Paragraaf 1. Voorbereidingen
Artikel 8. Vergaderfrequentie
- 1.
In de regel vinden de vergaderingen van de raadscommissies plaats volgens het vergaderschema opgesteld en vastgesteld door de agendacommissie
- 2.
De vergaderingen van de raadscommissies vangen aan om 20.00 uur.
- 3.
De vergaderingen van de raadscommissies eindigen om 23.00 uur, tenzij de raadscommissies anders bepalen.
- 4.
De agendacommissie kan een andere dag of aanvangsuur bepalen.
Artikel 9. Oproep
- 1.
De commissievoorzitter zendt ten minste 10 dagen voor een vergadering de leden een digitale oproep en de voorlopige agenda met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van de in artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet bedoelde stukken, worden tegelijkertijd met de schriftelijke oproep aan de leden verzonden.
- 2.
Indien een aanvullende agenda wordt vastgesteld als bedoeld in artikel 10, eerste lid, wordt deze agenda met de daarbij behorende stukken zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering aan de leden gezonden.
Artikel 10. Aanvullende agenda; vaststellen agenda
- 1.
In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter na het verzenden van de digitale oproep een aanvullende voorlopige agenda opstellen. De daarbij behorende stukken worden openbaar gemaakt.
- 2.
Bij aanvang van de vergadering stelt de raadscommissie de agenda vast. Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie bij de vaststelling van de agenda onderwerpen aan de agenda toevoegen of van de agenda afvoeren.
- 3.
Wanneer de raadscommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voor de beraadslaging voorbereid acht, kan hij aan het college of de burgemeester nadere inlichtingen of advies vragen. De raadscommissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
- 4.
Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.
Artikel 11. Ter inzage leggen van stukken
- 1.
Stukken, die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de digitale oproep voor een ieder op het gemeentehuis ter inzage gelegd. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raadscommissie en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving
- 2.
Stukken die digitaal beschikbaar zijn, worden op de website van de gemeente geplaatst.
- 3.
Als omtrent stukken op grond van artikel 25 of artikel 86, eerste en tweede lid van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het eerste lid, onder berusting van de griffier verleent deze de commissieleden op verzoek inzage.
Artikel 12. Openbare kennisgeving
- 1.
Commissievergaderingen worden ten openbare kennis gebracht door aankondiging op de website van de gemeente en in het huis-aan-huisblad “De Schakel”, rubriek Blik op Barendrecht.
- 2.
In spoedeisende gevallen kan de openbare kennisgeving uitsluitend langs elektronische weg plaatsvinden.
Paragraaf 2. Ter vergadering
Artikel 13 Opening vergadering; quorum
- 1.
De voorzitter opent de vergadering op het vastgestelde uur, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende fracties aanwezig is.
- 2.
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal fracties aanwezig is, bepaalt de voorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen der afwezige fracties, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na het bezorgen van de schriftelijke oproep is gelegen.
- 3.
Op de vergadering, bedoeld in het tweede lid, is het eerste lid niet van toepassing. De raadscommissie kan echter alleen over andere aangelegenheden beraadslagen of besluiten, indien meer dan de helft van het aantal zitting hebbende fracties aanwezig is.
Artikel 14. Het verslag
- 1.
De commissiegriffier draagt zorg voor de geluidsopnamen van de vergaderingen, die bewerkt worden tot een audioverslag. De audioverslagen zijn voor iedereen te raadplegen.
- 2.
Het commissieadvies dient als leidraad voor het audioverslag.
Artikel 15. Advies; geen stemmingen
- 1.
Wanneer de voorzitter vaststelt dat een onderwerp of voorstel voldoende is toegelicht, sluit hij de beraadslaging, tenzij de raadscommissie anders beslist.
- 2.
Nadat de beraadslaging is gesloten, beslissen de leden op voorstel van de voorzitter over de inhoud van het uit te brengen advies.
- 3.
In het advies wordt in ieder geval opgenomen:
- a.
of het onderwerp rijp is voor behandeling in de raadsvergadering;
- b.
eventuele fractievoorbehouden;
- c.
of in de raadsvergadering een nader debat gewenst is (wanneer er geen debat gewenst wordt, wordt het onderwerp op de raadsvergadering als hamerstuk geagendeerd). Wanneer een nader debat gewenst is, worden de debatpunten in het advies opgenomen;
- d.
eventuele toezeggingen en actiepunten;
- e.
eventuele aanpassingen in de termijnagenda.
- 4.
Het advies wordt per onderwerp weergegeven bij de agenda van de vergadering op de gemeentelijke website.
- 5.
In de vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering over geheimhouding en met betrekking tot de orde
Artikel 16. Woordvoerderschap en aantal spreektermijnen
- 1.
Tijdens de beraadslaging heeft een fractie maximaal twee woordvoerders per onderwerp. Wanneer de aard van de vergadering daarom vraagt, kan de agendacommissie bij het opstellen van de agenda hier gemotiveerd van afwijken.
- 2.
De raadsleden en buitengewone commissieleden kunnen het woord voeren.
- 3.
De beraadslaging over een onderwerp of voorstel geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.
- 4.
Elke spreektermijn wordt door de voorzitter afgesloten.
- 5.
Een lid mag in een termijn niet meer dan éénmaal het woord voeren over hetzelfde onderwerp of voorstel.
- 6.
Bij de bepaling hoeveel malen een lid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.
Artikel 17. Beraadslaging
- 1.
De raadscommissie kan op voorstel van de voorzitter of een lid beslissen over één of meer onderdelen van een onderwerp of voorstel afzonderlijk te beraadslagen.
- 2.
Op voorstel van een lid of de voorzitter kan de raadscommissie beslissen de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Artikel 18. Deelname aan de beraadslaging door anderen
De raadscommissie kan op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.
Artikel 19. Spreekrecht burgers
- 1.
Tijdens de commissievergaderingen kunnen insprekers (niet zijnde leden van de commissie) met inachtneming van het hierna gestelde het woord voeren over en geagendeerde en niet-geagendeerde onderwerpen.
- 2.
Met betrekking tot de niet-geagendeerde onderwerpen worden insprekers na de opening van de vergadering in de gelegenheid gesteld het woord te voeren.
- 3.
De inspreker voert het woord, nadat de voorzitter hem dit heeft verleend. De leden van de commissie worden door de voorzitter in de gelegenheid gesteld aan de inspreker vragen te stellen. De inspreker krijgt van de voorzitter kort gelegenheid op de vragen van de leden te reageren. Er worden tijdens de vergadering geen discussies toegestaan tussen insprekers en de leden van de commissie.
- 4.
De voorzitter of een lid doet een voorstel voor de behandeling van de inbreng van de inspreker.
- 5.
Met betrekking tot de geagendeerde onderwerpen worden insprekers voor aanvang van de eerste termijn van de behandeling van het betreffende agendapunt in de gelegenheid gesteld het woord te voeren.
- 6.
Na het sluiten van de eerste termijn en voor aanvang van de tweede termijn van de beraadslaging krijgt de inspreker de gelegenheid eventuele ontstane omissies en onduidelijkheden nader toe te lichten.
- 7.
Indien nodig doet de voorzitter of een lid na afsluiting van de beraadslaging een voorstel voor verdere de behandeling van de inbreng van de inspreker.
- 8.
Insprekers kun niet het woord voeren over:
- a.
een besluit van het gemeentebestuur waartegen bezwaar en beroep openstaat of heeft open gestaan;
- b.
benoemingen, keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen;
- c.
een gedraging waarover een klacht ex artikel 9: 1 van de Algemene wet bestuursrecht kan of kon worden ingediend;
- d.
verslag van de commissie;
- e.
- f.
mededelingen van de voorzitter.
- 9.
Degene, die van het inspreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk vóór 12.00 uur van de dag waarop de vergadering plaatsvindt bij de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren.
- 10.
De inspreker krijgt bij aanmelding van de commissiegriffier uitleg over de inspraakregels, dit kan mondeling of per e-mail.
- 11.
De voorzitter geeft het woord op volgorde van aanmelding. De voorzitter kan van de volgorde afwijken, indien dit in het belang is van de orde van de vergadering.
- 12.
Elke inspreker krijgt maximaal vijf minuten het woord. De voorzitter kan tevens in bijzondere gevallen afwijken van de maximale lengte van de spreektijd.
- 13.
Wanneer er bij de samenstelling van de agenda voor een te behandelen onderwerp veel insprekers worden verwacht, wordt daarvoor een afzonderlijke vergadering belegd als de behandeling van de rest van de agenda dit, gelet op het tijdsbeslag, noodzakelijk maakt.
- 14.
Wanneer de aard van de vergadering daarom vraagt kan de agendacommissie bij het opstellen van de agenda afwijken van het hierboven gestelde.
- 15.
Hoorzittingen vinden te allen tijde plaats in afzonderlijke vergaderingen.
Artikel 20. Handhaving orde; schorsing
- 1.
De commissievoorzitter zorgt voor de handhaving van de orde van de vergadering.
- 2.
Een spreker mag in zijn betoog niet worden gestoord, tenzij:
- a.
de voorzitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van deze verordening te herinneren;
- b.
een lid hem interrumpeert. De voorzitter kan bepalen dat de spreker zonder verdere interrupties zijn betoog zal afronden.
- 3.
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
- 4.
De voorzitter kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en -indien na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord- de vergadering sluiten.
- 5.
De voorzitter kan een raadscommissie voorstellen aan een lid, dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen.
- 6.
Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.
Artikel 21. Voorstellen van orde
- 1.
De voorzitter en ieder lid kunnen tijdens de vergadering mondeling een voorstel van orde doen, dat kort kan worden toegelicht.
- 2.
Over een voorstel van orde beslist de raadscommissie terstond.
Paragraaf 4 Besloten adviserende vergadering
Artikel 24. Algemeen
Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet in strijd is met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 25. Het verslag
Van besloten adviserende commissievergaderingen worden geluidsopnamen gemaakt. De opnamen zijn voor raads- en collegeleden te raadplegen.
Artikel 26. Geheimhouding
Voor de afloop van de besloten vergadering beslist de raadscommissie overeenkomstig artikel 86, eerste lid, van de Gemeentewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De raad kan besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 27. Opheffing geheimhouding
Indien de raad op grond van artikel 25, derde en vierde lid, van de Gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt daarover, indien de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.
Paragraaf 5 Toehoorders en pers
Artikel 28. Toehoorders en pers
- 1.
De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen bijwonen.
- 2.
Het geven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is verboden.
- 3.
De voorzitter is bevoegd toehoorders, die op enigerlei wijze de orde van de vergadering verstoren, te doen vertrekken.
- 4.
Toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren kan hij voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering ontzeggen.
Artikel 29. Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de vergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de voorzitter en gedragen zich naar zijn aanwijzingen.
Artikel 30. Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is telefoneren niet toegestaan. Als overig gebruik van communicatiemiddelen storend is voor de orde tijdens de vergadering kan de voorzitter dit gebruik verbieden.