Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwegein houdende regels omtrent subsidies (Subsidieregeling Nieuwegein 2019) |
Citeertitel | Subsidieregeling Nieuwegein 2019 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-12-2019 | 09-09-2020 | artikel 48, bijlage 2 | 19-11-2019 | ||
05-09-2019 | 24-12-2019 | artikel 36, 38, bijlage 1, 2 | 27-08-2019 | ||
18-07-2019 | 05-09-2019 | hoofdstuk 4 | 09-07-2019 | ||
14-06-2019 | 18-07-2019 | bijlage | 28-05-2019 | ||
01-01-2019 | 14-06-2019 | nieuwe regeling | 11-12-2018 |
Het college van burgemeester en wethouders van Nieuwegein,
gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Nieuwegein 2015,
de subsidieregeling houdende regels over de activiteiten die in aanmerking kunnen komen voor subsidie, de aanduiding van subsidieplafonds, gereserveerde begrotingsbudgetten ten behoeve van subsidies, de verdeling van subsidies en de wijze van bevoorschotting.
Hoofdstuk 2 Financiële bepalingen
Op 31 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de subsidie wordt aangevraagd, is de omvang van toegestane reserve die gevormd is uit verkregen middelen voor de activiteit dan wel periodieke activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd, maximaal 30% van de begrote kosten voor deze activiteit.
Wanneer de subsidieaanvrager aantoont dat voor een bestendige uitvoering van de te subsidiëren activiteiten een reserve noodzakelijk is die hoger is dan de reserve als bedoeld in het tweede lid, stelt het college bij verleningsbeschikking de hoogte van de toegestane reserve vast op de aangetoonde noodzakelijke omvang.
Hoofdstuk 3 Specificatie Welzijn en Ondersteuning
Hoofdstuk 4 Specificatie Onderwijs
4.1 Peuteropvang en voorschoolse educatie
Artikel 16 Aanvullende subsidiecriteria
Artikel 17 Aanvullende verdeelregels
De subsidie voor de doelgroeppeuter bestaat uit 2 componenten:
het jaarlijks in september berekende en bekend gemaakte uurtarief voor de peuteropvang aan de hand van de kinderopvangtoeslagtabel voor maximaal 16 uur per week en 40 weken per jaar minus de door de aanbieder berekende inkomstenafhankelijke ouderbijdrage voor maximaal 8 uur per week en 40 weken per jaar;
Aanbieders van peuteropvang die voor intrede van de Wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk op 1januari 2018 peuterspeelzaalwerk aanboden binnen de gemeente Nieuwegein, kunnen een vergoeding krijgen voor de meerkosten van de pedagogisch medewerkers die voor 1 januari 2018 in dienst waren. Deze meerkosten zijn gelijk of lager dan het in het jaar daarvoor toegekende subsidiebedrag voor deze meerkosten.
Artikel 18 Aanvullende verplichtingen
Voor mogelijke controle legt de aanbieder dossiers aan met minimaal de volgende informatie en documenten: aanvraagformulier ouder, ondertekende overeenkomst ouder en aanbieder, inkomensverklaring, start-/einddatum en/of wijzigingen, aantal uren peuteropvang per maand, uurtarief en ouderbijdrage, regulier of doelgroepkind, jaarlijkse toetsing van het niet recht hebben op kinderopvangtoeslag, afschrift indicatiestelling van de peuter door de JGZ, eventuele aanmaningen, bevestiging opzegging.
4.2 Onderwijsachterstandenbeleid
Artikel 19 Subsidiabele activiteiten
Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn:
Artikel 20 Aanvullende verdeelregels
In aanvulling op het in artikel 4 bepaalde gelden de volgende verdeelregels:
Voor de activiteit als bedoeld in artikel 19 onder a is jaarlijks maximaal € 55.000 beschikbaar, waarbij geldt:
wanneer de som van de aanvragen als bedoeld onder artikel 20 lid 1 onder a het maximum overschrijdt, hebben de scholen met een totale onderwijsachterstandscore hoger dan 5% voorrang en vervolgens hebben de scholen met een leerlingscore hoger dan 0,5% voorrang. Deze scores zijn ontleend aan de OAB-scan Nieuwegein op basis van het rekenmodel van het CBS (2017);
Voor activiteiten als bedoeld in artikel 19 onder d is jaarlijks maximaal € 50.000 beschikbaar en daarbij geldt dat wanneer de som van de aanvragen als bedoeld onder artikel 19 het maximum overschrijdt, hebben de activiteiten voorrang in de wijken waarin de scholen een totale onderwijsachterstandscore hoger dan 5% hebben. Deze scores zijn ontleend aan de OAB-scan Nieuwegein op basis van het rekenmodel van het CBS (2017).
Artikel 21 Subsidiabele activiteiten
Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn:
Artikel 22 Aanvullende subsidiecriteria
Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt in aanvulling op het in artikel 3 bepaalde, voldaan aan de volgende aanvullende criteria:
Artikel 23 Aanvullende verdeelregels
In aanvulling op het in artikel 4 bepaalde gelden de volgende verdeelregels:
het beschikbare budget voor de activiteit als bedoeld in artikel 21 onder a wordt verdeeld naar rato van het aantal leerlingen per schoolbestuur ten opzichte van het totaal aantal leerlingen in het primair onderwijs, gebaseerd op de 1 oktobertellingen van het kalenderjaar waarin de subsidie wordt verstrekt -2;
Hoofdstuk 6 Specificatie Theater en Cultuur
Artikel 32 Aanvullende subsidiecriteria
Artikel 33 Aanvullende verdeelregels
Hoofdstuk 7 Specificatie Sport en Bewegen
Artikel 34 Subsidiabele activiteiten
Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn:
Artikel 35 Aanvullende subsidiecriteria
Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt in aanvulling op het in artikel 3 bepaalde, voldaan aan de volgende aanvullende criteria:
Hoofdstuk 8 Specificatie Overige Subsidies
Artikel 43 Subsidiabele activiteiten
Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn activiteiten die een veilige en aantrekkelijke omgeving bevorderen en sociale contacten tussen buurtbewoners stimuleren, door of met ondersteuning van de wijkplatforms.
Hoofdstuk 9 Inwonersinitiatieven
Artikel 46 Subsidiabele activiteiten
Activiteiten in Nieuwegein die inwoners samenbrengen en verbinden.
Artikel 47 Aanvullende subsidiecriteria
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 46 in aanmerking te komen wordt, in aanvulling op het in artikel 3 bepaalde, voldaan aan de volgende aanvullende criteria:
Aldus vastgesteld in de vergadering van 11 december 2018,
burgemeester en wethouders,
P.J.M. Liebregts
secretaris
F.T.J.M. Backhuijs
burgemeester
Bijlage 1 bij Subsidieregeling Nieuwegein 2019: Subsidieplafonds 2019
Wanneer er een verschil ontstaat tussen de subsidieplafonds en de Programmabegroting 2019, is de Programmabegroting leidend.
Toelichting op de subsidieplafonds:
Voor subsidieaanvragen binnen het werkveld Algemene voorzieningen WMO en Jeugd geldt dat het beschikbare budget voor subsidies bestaat uit het totaal voor deze werkvelden begrote bedrag verminderd met de bedragen voor inkoop van dienstverlening, voor dienstverlening via een gemeenschappelijke regeling en voor de kosten voor de lokale infrastructuur.
Bijlage 2 bij Subsidieregeling Nieuwegein 2019: Subsidieplafonds 2020
De subsidieplafonds 2020 worden vastgesteld onder het voorbehoud dat de gemeenteraad de middelen in de programmabegroting 2020 beschikbaar stelt.
Voor de werkvelden zonder subsidieplafond geldt:
Het beschikbare budget voor subsidies bestaat uit het totaal voor deze werkvelden begrote bedrag verminderd met de bedragen voor inkoop van dienstverlening, voor dienstverlening via een gemeenschappelijke regeling en voor de kosten voor de lokale infrastructuur.