Organisatie | Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland houdende regels omtrent reizen Regeling reizen Gelderland |
Citeertitel | Regeling reizen Gelderland |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Reisregeling provincie Gelderland 2015
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-12-2018 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 04-12-2018 | 2018-014017 |
Gedeputeerde Staten van Gelderland
Gezien de instemming van de vertegenwoordigers van de vakbonden in het decentraal overleg bedoeld in artikel 12.2.1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018 met de Regeling reizen Gelderland;
Gelet op artikel 3.1.4, eerste en vierde lid van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018;
Aanspraak vergoeding reiskosten woon-werkverkeer
De op basis van de leden 2 tot en met 6 berekende maandelijkse tegemoetkoming is nooit lager dan het bedrag dat overeenkomt met 5/7 deel van de kosten van een maandabonnement voor busvervoer in Arnhem. Als de ambtenaar in deeltijd werkt, wordt de maandelijkse tegemoetkoming aangepast aan de deeltijdfactor.
Stopzetten vergoeding reiskosten woon- werkverkeer
De betaling van de tegemoetkoming in de reiskosten van woon- werkverkeer wordt stopgezet wanneer er sprake is van ziekte op het moment dat deze ziekte langer dan één maand duurt. De betaling wordt weer hervat op de eerste dag van de maand volgend op de maand dat de ambtenaar weer geheel of gedeeltelijk aan het werk gaat.
De tegemoetkoming wordt geheel of gedeeltelijk stopgezet wanneer er sprake is van andere vormen van langdurige afwezigheid, anders dan vakantieverlof, op het moment dat deze afwezigheid langer dan één maand duurt. De uitbetaling van de tegemoetkoming wordt hervat op de eerste dag van de maand volgend op de maand dat de medewerker weer geheel of gedeeltelijk aan het werk gaat.
Vergoeding reiskosten dienstreizen
Als de medewerker in aanmerking komt voor een vergoeding op basis van artikel 2 van deze regeling worden de kilometers woon-werkverkeer in mindering gebracht op de te declareren kilometers in verband met dienstreizen als er wordt gereisd van het huisadres naar een zakelijke bestemming en weer terug naar het huisadres.
Gedeputeerde Staten van Gelderland
Clemens Cornielje
Commissaris van de Koning
Pieter Hilhorst
Secretaris
Aan de ambtenaar wordt een vaste tegemoetkoming in de reiskosten voor woon-werkverkeer
verstrekt voor de afstand woonadres naar het vaste werkadres, doorgaans zijn dit de provinciale
gebouwen. Fiscale uitgangspunten hierbij zijn dat de ambtenaar op ten minste 70% van zijn
werkdagen naar zijn vaste werkadres reist. De fiscus gaat hierbij uit van 214 werkdagen per jaar
ingeval iemand 5 dagen per week werkt. Reist de ambtenaar met een voltijdsdienstverband dus 150
dagen (70% van 214 dagen) per kalenderjaar naar het werkadres, dan reist hij voor de fiscus
doorgaans naar dezelfde werkplek. In dat geval mag een vaste reiskostenvergoeding worden
gegeven volgens de fiscale formule 214 dagen x reisafstand retour x kilometervergoeding:12
maanden. Reist de ambtenaar niet doorgaans naar dezelfde werkplek, dan moet een reële
berekening worden gemaakt van de afgelegde kilometers woon-werkverkeer op basis van het
Voorbeeld 1 Jan werkt voltijds en reist doorgaans naar het provinciehuis. Zijn reisafstand is 15
kilometer enkele reis. Hij krijgt van de provincie een maandelijkse tegemoetkoming van een
twaalfde deel van 214 * 30 * € 0,19, zijnde € 101,65.
Voorbeeld 2 Peter werkt in deeltijd voor 0,70 fte en reist doorgaans naar het Districtskantoor in
Herveld. Zijn reisafstand is 40 kilometer enkele reis. Zijn tegemoetkoming wordt als volgt berekend
0,7 x 214 x 80 x € 0,19. Dit betekent een maandelijkse tegemoetkoming van € 189,75.
Voorbeeld 3 Sandra werkt voltijds en reist naar het provinciehuis. Zij woont 60 kilometer van het
provinciehuis. De maandelijkse vergoeding bedraagt volgens de berekening een twaalfde deel van
214 * 120 * € 0,19, zijnde € 406,60. Zij ontvangt echter het maximale bedrag van € 375,40 per
Voorbeeld 4 Mike heeft een deeltijd dienstverband van 0,70 fte. Hij reist 5 dagen van huis naar
het provinciehuis. Doordat het aantal werkdagen in verhouding meer is dan de deeltijdfactor
ontstaat er een onredelijk nadelig effect. De tegemoetkoming wordt daarom berekend op basis van
het aantal werkdagen in plaats van de deeltijdfactor.
De ambtenaar heeft toegang tot het provinciale parkeerterrein. Er is een beperkt aantal
parkeerplaatsen beschikbaar. Als er geen plek is, is de ambtenaar zelf verantwoordelijk voor het
vinden van een parkeerplaats elders. Eventuele parkeerkosten zijn voor rekening van de
ambtenaar. Als er (medische) noodzaak is om (tijdelijk) op het provinciaal terrein te parkeren, kan
hiervoor in overleg met de HR-verantwoordelijke en op aangeven van de ARBO-adviseur,
Afstand woonplaats – werkadres: 18,6 kilometer
Dienstreis Zevenaar – Zwolle v.v. 161,4 km
Aftrek afstand woon- werkverkeer 37,2 km (2 x 18,6 km)
(hiervoor ontvang je al een vergoeding)
Dienstreis Zevenaar – Zwolle 80,7 km
Aftrek afstand woon-werkverkeer - 18,6 km
(hiervoor ontvang je al een vergoeding)
Geen aftrek afstand woon-werkverkeer 0
Aftrek afstand woon-werkverkeer -18,6 km
(hiervoor ontvang je al een vergoeding)
De maximaal te vergoeden bedragen zijn opgenomen in het door de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties vastgestelde artikel 5 van de Reisregeling binnenland.
Omdat dienstreizen naar het buitenland bij de provincie slechts incidenteel voorkomen, is er geen
gedetailleerde regeling voor verblijfkosten in het buitenland vastgesteld. Voor de maximaal te
vergoeden bedragen wordt aansluiting gezocht bij vergoedingen die worden geboden aan
rijksambtenaren. Zie hiervoor de Reisregeling buitenland en de daarbij als bijlage opgenomen
tarieflijst. Deze tarieflijst geeft per land of gebiedsdeel een maximale verblijfskostenvergoeding aan.
Voor dienstreizen in Nederland kan een vervoersbewijs worden aangevraagd via het Serviceplein.
Er wordt dan dus geen declaratie ingediend. Het vervoersbewijs wordt direct na gebruik weer
ingeleverd. Wanneer het niet mogelijk is voor een binnenlandse dienstreis vooraf een
vervoersbewijs aan te vragen, kunnen de gemaakte kosten voor het openbaar vervoer achteraf