Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Papendrecht

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van Papendrecht inzake het verlenen van mandaat aan de directeur van de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePapendrecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het college van burgemeester en wethouders van Papendrecht inzake het verlenen van mandaat aan de directeur van de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid.
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-11-2018nieuwe regeling

16-10-2018

gmb-2018-251014

2173461

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van Papendrecht inzake het verlenen van mandaat aan de directeur van de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid.

Burgemeester en wethouders van Papendrecht;

 

Gelet op artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Overwegende dat:

 

a. ons college alle bevoegdheden om als bevoegd gezag de Leerplichtwet uit te voeren

heeft overgedragen aan de Dienst Gezondheid & Jeugd Zuid-Holland Zuid, wat is

vastgelegd in artikel 5, lid III, onder a, van de gemeenschappelijke regeling;

 

b. in het algemeen bestuur van de Dienst Gezondheid & Jeugd op 1 februari 2018 is

vastgesteld dat het wenselijk is om ter handhaving van het bepaalde in artikel 2, lid 1

van de Leerplichtwet een last onder dwangsom te kunnen opleggen, en dat ons

college dit onderschrijft;

 

c. de formele bevoegdheid tot het mogen opleggen van een last onder dwangsom, als

bedoeld in artikel 125 van de Gemeentewet, niet zonder meer aan het bestuur van

een gemeenschappelijke regeling toekomt, maar dat colleges van de deelnemende

gemeenten deze bevoegdheid expliciet moeten toekennen;

 

d. dat door het algemeen bestuur van de Dienst Gezondheid & Jeugd is vastgesteld dat,

op basis van de positieve evaluatie van de uitgevoerde proef in het schooljaar 2016-

2017, de bevoegdheid in mandaat kan worden opgedragen aan de directeur van de

Dienst Gezondheid & Jeugd, en dat dit mandaat zich uitsluitend richt op handhaving

van de in de artikel 2 van de Leerplichtwet opgenomen bepaling, dat een jongere op

een school dient te zijn ingeschreven, het zogenaamd 'absoluut verzuim', en dat ons

college dit onderschrijft;

 

e. het mandaat voor onbepaalde tijd wordt verstrekt;

 

Besluiten:

vast te stellen de navolgende 'Mandaatregeling handhaving Leerplicht'.

 

  • 1.

    Aan de directeur van de Dienst Gezondheid & Jeugd, als bedoeld in artikel 30, lid 1, van de gemeenschappelijke regeling Dienst Gezondheid & Jeugd, wordt, voor zover het de bevoegdheden van het college betreft, mandaat verleend voor de hierna genoemde bevoegdheden:

 

  • a.

    Het nemen van een besluit om handhavend op te treden op grond van de Algemene wet bestuursrecht jo. artikel 125 van de Gemeentewet, door middel van een last onder dwangsom, voor zover dit strekt tot handhaving van de Leerplichtwet betreffende zogenaamd 'absoluut verzuim'.

  • b.

    Het aanzeggen van een voornemen tot het opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in het vorige lid.

  • c.

    Het opleggen, opschorten van de looptijd, opheffen of vermindering van een last onder dwangsom als bedoeld in de artikelen 5:32 en 5:34 van de Algemene wet bestuursrecht jo. artikel 125 van de Gemeentewet.

  • d.

    Het nemen van een besluit tot invordering van de dwangsom als bedoeld in artikel 5:37 eerste en tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede het nemen van besluiten tot restitutie van teveel betaalde dwangsombedragen of vermindering van het inningsbedrag vanwege verjaring van de invorderingsbevoegdheid op grond van de Algemene wet bestuursrecht.

 

  • 2.

    De directeur kan de bevoegdheden genoemd in artikel 1 in ondermandaat opdragen aan onder zijn bevoegdheid ressorterende functionarissen. Alle bepalingen in dit mandaat zijn van overeenkomstige toepassing op de uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat.

 

  • 3.

    Een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat of ondermandaat is verleend informeert het college bij zwaarwegende omstandigheden en gebeurtenissen die betrekking hebben op de gemandateerde bevoegdheden.

 

  • 4.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 3 heeft de directeur een aan de uitoefening van de bevoegdheid voorafgaande informatieplicht en een signaleringsplicht jegens het college, indien de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid voor het college naar verwachting politieke of maatschappelijke gevolgen kan hebben, of indien een besluit tot consequentie kan hebben dat de gemeente aansprakelijk zal worden gesteld of anderszins aangesproken zal worden. In de gevallen bedoeld in de vorige volzin verschaft de directeur alle benodigde informatie en voert hij overleg met het college alvorens de bevoegdheden bedoeld in artikel 1 uit te oefenen.

 

  • 5.

    Indien een besluit wordt genomen bij of krachtens het bepaalde in artikel 1 luidt de ondertekening:

'Burgemeester en wethouders van Papendrecht

namens dezen,

de directeur van de Dienst Gezondheid & Jeugd',

gevolgd door de handtekening en de naam van de functionaris.

 

  • 6.

    Indien een besluit wordt genomen bij of krachtens het bepaalde in artikel 2 luidt de ondertekening:

'Burgemeester en wethouders van Papendrecht

namens dezen,

Manager Dienstverlening van de Dienst Gezondheid & Jeugd,

gevolgd door de handtekening en de naam van de functionaris.

 

  • 7.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag nadat het overeenkomstig artikel 3:42, lid 2, van de Algemene wet bestuursrecht is bekendgemaakt.

 

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders

van gemeente Papendrecht op 16 oktober 2018.

de secretaris, de burgemeester,

R. van Netten A.J. Moerkerke