Organisatie | Limburg |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening burgerinitiatief Provincie Limburg 2018 |
Citeertitel | Verordening burgerinitiatief provincie Limburg 2018 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-11-2018 | Nieuwe regeling | 28-09-2018 | PB no. 084-2018 |
In deze verordening wordt onder een burgerinitiatief verstaan: een Statenvoorstel van een initiatiefgerechtigde ter plaatsing op de agenda van de vergadering van Provinciale Staten.
Artikel 4 Onderwerp burgerinitiatief
Een burgerinitiatief dat valt onder de bevoegdheid van het provinciaal bestuur, maar niet behoort tot de bevoegdheid van Provinciale Staten, zal door Provinciale Staten, eventueel vergezeld van een advies, worden doorgezonden naar het Gedeputeerde Staten of naar de Commissaris van de Koning in de hoedanigheid van portefeuillehouder.
Artikel 5 Vereisten verzoek burgerinitiatief
een lijst met achternamen, voornamen, adressen, geboortedata, handtekeningen en contactgegevens (e-mailadres en/of telefoonnummer) van minimaal 1.500 ingezetenen en/of anderszins direct belanghebbenden die het verzoek ondersteunen en die de leeftijd van 15 jaar of ouder hebben bereikt op de datum van indiening van het verzoek.
Artikel 6 Behandeling burgerinitiatief
Indien het burgerinitiatief voldoet aan de vereisten zoals gesteld in artikel 5 beslissen Provinciale Staten, behoudens spoedeisende omstandigheden, in de eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het initiatief of het voor inhoudelijke behandeling wordt geagendeerd voor een van de eerstvolgende vergaderingen van Provinciale Staten, met een al dan niet daaraan voorafgaande behandeling in een Statencommissie.
De voorzitter van de betreffende Statencommissie en die van Provinciale Staten nodigt de initiatiefnemer uit voor de vergadering waarvoor het burgerinitiatief inhoudelijk is geagendeerd. De initiatiefnemer of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze vergaderingen de gelegenheid om zijn burgerinitiatief mondeling nader toe te lichten. De voorzitter bepaalt hoeveel spreektijd de initiatiefnemer hiervoor krijgt toegewezen.
In de gevallen waarin deze verordening niet voorziet of bij twijfel over de toepassing van de verordening, beslist het Presidium.