Organisatie | Krimpen aan den IJssel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Krimpen aan den IJssel houdende regels omtrent interne klachten Interne klachtenregeling Krimpen aan den IJssel 2018 |
Citeertitel | Interne Klachtenregeling Krimpen aan den IJssel 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is tevens vastgesteld door het college van de burgemeester en wethouders en de burgemeester.
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-11-2018 | nieuwe regeling | 26-09-2017 |
De raad van de gemeente Krimpen aan den IJssel;
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpen aan den IJssel;
de burgemeester van de gemeente Krimpen aan den IJssel, ieder voor zover het ieders bevoegdheden betreft;
gelet op de instemming van de Ondernemingsraad in haar overlegvergadering d.d. ;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;
dat de gemeente Krimpen aan den IJssel zorg wil dragen voor een behoorlijke behandeling van klachten;
dat vanuit een oogpunt van eenduidige en transparante behandeling van klachten een gemeente-brede klachtenregeling gewenst is;
Vast te stellen de Klachtenregeling Krimpen aan den IJssel 2018
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Mondeling ingediende klachten worden door de klachtbehandelaar, voor zover mogelijk in overleg met de klager, op schrift gesteld, schriftelijk bevestigd aan klager en als schriftelijke klacht in behandeling genomen.
Artikel 5 Vervallen verplichting behandeling klacht
Zodra het bestuursorgaan naar tevredenheid van de klager aan de klacht tegemoet is gekomen, vervalt de verplichting tot het verder toepassen van deze Regeling. Het bestuursorgaan bevestigt schriftelijk aan de klager dat de klacht naar diens tevredenheid is afgehandeld.
Hoofdstuk 2 De klachtbehandelaar en de klachtencoördinator
Artikel 8 Informatieverzameling en –bewaring
De directeuren, afdelingshoofden en teamleiders, of de griffier dragen er zorg voor, dat de klachtencoördinator en de klachtbehandelaar de documenten, bescheiden en correspondentie ter beschikking gesteld worden, die zij voor de uitvoering van hun taak naar het oordeel van de klantencoördinator of klachtbehandelaar nodig hebben.
Vastgesteld in de raadsvergadering van
de griffier, de voorzitter,
Vastgesteld in de vergadering van het college van 26 september 2017
de secretaris, de burgemeester,
Vastgesteld door de burgemeester d.d. 26 september 2017
de burgemeester,
Toelichting op de Klachtregeling Krimpen aan den IJssel 2018
Hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht regelt de behandeling van klachten over gedragingen van hen die de overheid vertegenwoordigen: bestuursorganen en personen werkzaam onder de verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan.
Het klachtrecht bestaat uit twee onderdelen: intern klachtrecht, geregeld in titel 9.1, het recht op en de procedure voor de behandeling van klachten over gedragingen van bestuursorganen door het betreffende bestuursorgaan zelf; extern klachtrecht, geregeld in titel 9.2, het recht op en de procedure voor de behandeling van klachten over gedragingen van bestuursorganen door een ‘ombudsman’: de Nationale Ombudsman of een onafhankelijke, externe klachtinstantie op decentraal niveau. De interne klachtprocedure van titel 9.1 is een verplichte voorfase voordat men terecht kan bij een ombudsman, het zogenoemde ‘kenbaarheidsvereiste’ als bepaald in artikel 9:20.
De minimumeisen van titel 9.1, intern klachtrecht, bieden een voldoende voorziening voor behoorlijke klachtbehandeling, maar is geen uitputtende regeling, bestuursorganen hebben de vrijheid om extra voorschriften in een eigen regeling op te nemen, in het bijzonder als deze extra waarborgen voor de burger bevatten, al moet hier wel terughoudend mee worden omgegaan.
Klachten kunnen zowel mondeling als schriftelijk (digitaal) worden ingediend. De afhandeling van mondelinge klachten kent geen procedurele vereisten, moet ‘slechts’ zorgvuldig gebeuren. De afhandeling van schriftelijke klachten kent wel de nodige procedurele vereisten.
Klachten over gedragingen (leden van) bestuursorganen
Artikel 9:1 lid 1 Awb bepaalt dat een ieder het recht heeft om over de wijze waarop een bestuursorgaan zich in een bepaalde aangelegenheid jegens hem of een ander heeft gedragen, een klacht in te dienen bij dat bestuursorgaan.
Lid 2 bepaalt dat een gedraging van een persoon, werkzaam onder de verantwoordelijkheid van een bestuursorgaan, wordt aangemerkt als een gedraging van dat bestuursorgaan.
Ingevolge lid 2 worden gedragingen van medewerkers en van leden van bestuursorganen toegerekend aan het bestuursorgaan. Er kan dus ook worden geklaagd over gedragingen van collegeleden, die immers werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van het college. Omdat een gemeenteraadslid niet werkzaam is onder de verantwoordelijkheid van de raad kan ‘alleen’ worden geklaagd over gedragingen van de gemeenteraad als bestuursorgaan, niet over gedragingen van individuele raadsleden.
Een raadslid is zowel raadslid, als politicus als inwoner van de gemeente. Hoewel formeel niet kan worden geklaagd over gedragingen van individuele raadsleden, worden deze, als ze binnenkomen, voorgelegd aan de burgemeester en zal hij naar bevind van zaken handelen.
Het klachtrecht betreft gedragingen van bestuursorganen. Hoofdstuk 9 en deze Regeling zijn niet van toepassing op klachten die zaken betreffen in de buitenruimte, zoals bijvoorbeeld zwerfvuil, achterstallig onderhoud, losliggende straattegels, verlichting etc. Klachten daarover worden geregistreerd als een ‘melding’ die wordt afgehandeld door de afdeling Ruimte. De wijze waarop bestuursorganen zich gedragen ten aanzien deze feiten en omstandigheden in de buitenruimte valt wel onder het klachtrecht.
Voor wat betreft de in lid 2 genoemde klachten moet het betreffende bestuursorgaan expliciet besluiten om ze in behandeling te nemen (‘nee, tenzij…’).
Wij achten het zorgvuldig om klager snel op de hoogte te stellen dat diens klacht niet in behandeling wordt genomen en wat de reden daarvoor is.
De afhandeling van mondelinge klachten kent geen procedurele vereisten; het ‘enige’ dat in hoofdstuk 9 van de Awb is bepaald over mondelinge klachten is dat ze op behoorlijke wijze moeten worden behandeld (artikel 9:2). In het belang van de klager worden mondeling ingediende klachten op schrift gesteld, waarmee de procedurele vereisten voor de afhandeling van schriftelijk ingediende klachten, als bedoeld in afdeling 9.1.2, van toepassing zijn.
Artikel 5Vervallen verplichting behandeling klacht
De Awb bepaalt dit in artikel 9:5. In deze Regeling wordt aan dit artikel toegevoegd dat als dit aan de orde is, het bestuursorgaan aan de klager schriftelijk bevestigt dat de klacht naar diens tevredenheid is afgehandeld. Dit dient er vooral voor om uit te sluiten dat misverstand zou ontstaan over de tevredenheid van de klager, en daarmee over de verplichting tot (verdere) behandeling van de klacht.
Artikel 6De klachtencoördinator
Op grond van artikel 9:12a Awb hoeven alleen de schriftelijke klachten te worden geregistreerd en gepubliceerd. Nu artikel 3 van de Regeling bepaalt dat mondeling ingediende klachten op schrift worden gesteld en als schriftelijke klacht in behandeling worden genomen, geldt de registratie- en publicatieplicht ook voor mondeling ingediende klachten. Deze verplichting geldt ook voor de klachten die op grond van artikel 9:8 Awb en op grond van artikel 2 lid 2 van de Regeling niet in behandeling worden genomen.
De publicatie van klachten is vormvrij en vindt in onze gemeente plaats middels het uitbrengen van een kort jaarverslag..
Artikel 9:7 lid 1 bepaalt dat de behandeling van de klacht door een persoon geschiedt die niet bij de gedraging waarop de klacht betrekking heeft, betrokken is geweest. Iedere afdeling dient minimaal één klachtbehandelaar te hebben, evenals de griffie, en doet er verstandig aan minimaal een tweede klachtbehandelaar aan te wijzen.
Artikel 9Informele behandeling
De klachtbehandeling kent drie fasen:
Artikel 10Formele behandeling in eerste instantie
De formele behandeling van klachten door de klachtenbehandelaar betreft zowel klachten tegen medewerkers van de ambtelijke organisatie als tegen medewerkers van de griffie.
De plicht om klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft in de gelegenheid te stellen te worden gehoord, is een essentieel onderdeel van de klachtprocedure, waar op zorgvuldige wijze mee om moet worden gegaan. Het horen dient verschillende doelen: verduidelijking van de klacht, verkrijgen van nadere informatie, conflictoplossing, herstel van geschonden vertrouwen en waarheidsvinding.
De aangeklaagde moet altijd worden gehoord. De klachtenbehandelaar kan afzien van het horen van klager als:
Klager en beklaagde mogen zich op eigen verzoek bij het horen laten vertegenwoordigen of bijstaan.
Artikel 11Formele behandeling in tweede instantie
Hierop is van toepassing de Verordening gemeentelijke ombudsman Krimpen aan den IJssel 2017.
Artikel 9:11 Awb bevat de afdoeningstermijn(en) van klachten. De in dit artikel genoemde termijnen zijn zogenoemde termijnen van orde; er zijn geen (rechts)gevolgen verbonden aan het overschrijden van de termijn. Er wordt wel uitdrukkelijk naar gestreefd om aan de termijnen te voldoen.
Artikel 14 Afdoening klachten over medewerkers
Indien bestuursorganen hun bevoegdheid tot het afdoen van klachten hebben gemandateerd, wordt de mandatering opgenomen in de Mandaatregeling van de desbetreffende afdeling.