Organisatie | Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent openstelling oesterrapen in de Waddenzee 2019-2025 |
Citeertitel | Regeling Openstelling Oesterrapen in de Waddenzee 2019-2025 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-10-2018 | nieuwe regeling | 16-10-2018 | 01580505 |
Besluit van GEDEPUTEERDE STATEN van FRYSLÂN van d.d. 16 oktober 2018, nr. 01580505, betreffende vaststelling van een Beleidsregel voor de vergunningverlening ingevolge de Wet Natuurbescherming voor het commerciële handmatig rapen van Japanse Oesters in de Waddenzee en het vaststellen van de Regeling openstelling Oesterrapen in de Waddenzee 2019-2025.
GEDEPUTEERDE STATEN van FRYSLÂN:
dat met de betrokken partijen, te weten Netviswerk (belangen behartiger van de vissers), Coalitie Wadden Natuurlijk (gezamenlijke natuurorganisaties Waddengebied) en Ministerie van LNV meerjarige afspraken hebben gemaakt over ecologische en economische uitgangspunten voor een duurzame commerciële handmatig rapen van Japanse Oesters;
Gelet op artikel 4:81, lid 1 en 4:83 van de Algemene wet Bestuursrecht,
Het college van gedeputeerde staten van Fryslân (hierna: college) besluit tot vaststelling van de Regeling Openstelling Oesterrapen in de Waddenzee 2019-2025, hierna: de Regeling,
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Een bedrijfsplan wordt getoetst aan het beoordelingskader zoals opgenomen in artikel 6 en de daarbij horende toelichting onder deze Regeling.
Artikel 4 Meerjarenafspraken handmatig oesterrapen in de Waddenzee
Mogelijke verlening van een vergunning onder de Wet natuurbescherming voor het handmatig rapen van oesters geschiedt aan één overkoepelende vergunninghouder (hierna: vergunninghouder) met inachtneming van de beleidsregel Meerjarenafspraken handmatig oesterrapen in de Waddenzee.
Algemeen: achtergrond en aanleiding
Sinds 2010 is er een aantal experimentele vergunningen verleend voor het commercieel handmatig rapen van oesters in de Waddenzee. Om het commercieel handmatig rapen van oesters na 2018 duurzaam en passend te laten plaatsvinden binnen de Waddenzee, is er een algemeen kader opgesteld waarbinnen deze activiteit plaats moet vinden, de zgn. “meerjarenafspraken handmatig rapen van oesters”.
Als provincie Fryslân hebben we gekozen voor een gestructureerd proces om uiteindelijk te komen tot een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming voor het handmatig rapen van oesters.
Ten behoeve van dit proces is deze Regeling vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Fryslân (verder: GS) en gepubliceerd in het provinciaal Blad.
Op grond van deze Regeling kunnen geïnteresseerden voor het handmatig rapen van oesters een bedrijfsplan indienen bij GS.
De bedrijfsplannen worden getoetst aan de hand van de aangegeven selectiecriteria door een onafhankelijke commissie. Vervolgens zal deze commissie een advies geven aan GS met een prioritering van de bedrijfsplannen. De 12 best scorende bedrijfsplannen zullen worden geïntegreerd in één raapplan door Netviswerk danwel een andere door de geselecteerde bedrijven/ondernemers vertegenwoordigende organisatie.
Het raapplan zal vergezeld met een Passende Beoordeling en een Toezicht- en handhavingsplan ingediend worden door de vertegenwoordigende organisatie voor een aanvraag voor een vergunning Wet natuurbescherming.
De vergunning voor het handmatig rapen van oesters wordt aangevraagd door de vertegenwoordigende organisatie. Zij vraagt aan namens de geselecteerde bedrijven. De vergunning wordt verleend aan de vertegenwoordigende organisatie die ook het raapplan beheert. De 12 deelnemers/ondertekenaars van het raapplan krijgen een op naam gestelde kopie van deze vergunning. Dat kan op naam van een natuurlijk persoon zijn of van een onderneming. De vergunning geeft toestemming voor het rapen van oesters door één natuurlijk persoon die met naam en toenaam is genoemd in de vergunning en het raapplan.
Dit is de belangrijkste categorie van criteria. Uitgangspunt is dat de commissie zal beoordelen in welke mate het samenspel van bedrijfsactiviteiten leidt tot een commerciële activiteit met een zo laag mogelijke impact op de Waddenzee en tot een duurzame vangst van de Japanse oesters binnen bestaande wet- en regelgeving. Dit alles in relatie tot de voorgenomen omvang van activiteit. Naast ecologische duurzaamheid wordt ook getoetst op economische duurzaamheid. Naarmate een bedrijf financieel gezond is, kan het beter investeren in een duurzame toekomst.
Het bedrijfsplan dient in ieder geval de volgende informatie te bevatten:
Bij deze onderdelen wordt hieronder een korte toelichting gegeven. Bij het indienen van het bedrijfsplan dienen op een kaart de gebieden waar het rapen bij voorkeur wordt uitgevoerd, worden aangeleverd.
Gewenste jaarlijkse vangst aan gewicht en aantal oesters en de periode waarin wordt geraapt:Door dit in het bedrijfsplan aan te geven kan in samenhang met het gewenste gebiedsoppervlak een inschatting van de impact worden gemaakt. Dit zal mede gebruikt worden als input voor de op te stellen passende beoordeling, voor zover het bedrijfsplan wordt geselecteerd.
Maatregelen om negatieve effecten op de aanwezige natuurwaarden zoals vogels, zeehonden en habitats zo veel als mogelijk te voorkomen:Dit wordt deels reeds bepaald door de gebieden, type scheldierbank en hoeveelheid vangst. Er zijn mogelijk meer maatregelen aan te geven die er voor zorgen dat de impact op het waddengebied zo klein mogelijk wordt gehouden. Beschrijf zo concreet mogelijk welke maatregelen u neemt om negatieve effecten op de natuurwaarden zo veel als mogelijk te voorkomen.
De houders van een experimentele vergunning krijgen 15 punten, mits zij daarvan binnen de voorschriften en voorwaarden aantoonbaar gebruik van hebben gemaakt.
Het zijn van een kleinschalig visserijbedrijf in de Waddenzee (maximaal 10 punten)
In lijn met de “Brede Visie op Duurzame Visserij in de Waddenzee” wordt met dit criterium ingezet op een versterking van de bestaande kleinschalige geïntegreerde visserij in de Waddenzee. Een bedrijf dat zich dusdanig kwalificeert, kan maximaal 10 punten krijgen als het beschikt over (een) vigerende vergunning(en) voor andere kleinschalige visserijactiviteiten (o.a. vaste vistuigvissers en handkokkelaars) en daarvan ook binnen de voorschriften en voorwaarden gebruik hebben gemaakt. De mate waarin u kwalificeert wordt beoordeeld aan de hand van de volgende elementen:
Vermarkten van het begrip Werelderfgoed Waddenzee (maximaal 5 punten)
Maximaal 5 punten voor indieners met aantoonbare ervaring met de marketing van andere duurzame producten van het Werelderfgoed Waddenzee.