Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 |
Citeertitel | Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2018 | 27-04-2018 | wijziging | 11-09-2018 | RIS300474 |
Het college van burgemeester en wethouders ,
SUBSIDIEREGELING ONDERWIJSBELEID DEN HAAG 2014
Artikel 1:1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
tweede tranche: de periode waarbinnen een aanvraag om subsidieverlening kan worden ingediend, welke loopt van 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd zullen plaatsvinden, en eindigt op 31 mei in het jaar waarin de activiteiten zullen plaatsvinden.
Het bepaalde in deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders voor de in artikel 2:1 bedoelde activiteiten, tenzij een afzonderlijke subsidieregeling voor bepaalde activiteiten is vastgesteld.
§ 2 De activiteiten en de doelgroep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan:
a. Meer kansengelijkheid in het Haagse onderwijs;
b. voldoende bekwame en innoverende onderwijsprofessionals;
c. leren samenleven op school;
d. onderwijs dat bijdraagt aan de economie van de stad;
e. een brede leer- en ontwikkelomgeving;
Uitsluitend rechtspersonen die activiteiten verrichten op het gebied van onderwijs, maar geen school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs in stand houden, komen in aanmerking voor subsidie op grond van deze subsidieregeling.
Artikel 3:1 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de kosten die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van burgemeester en wethouders noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de activiteiten.
In aanvulling op het bepaalde in artikel 8, tweede lid, sub b van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, geeft de aanvrager bij zijn aanvraag aan in welke mate de activiteiten waarvoor hij subsidie aanvraagt bijdragen aan en gericht zijn op het bereiken van de ambities als bedoeld in artikel 2:1, eerste lid.
In afwijking van het bepaalde in artikel 8, tweede lid, sub c van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014, dient de aanvrager bij zijn aanvraag een dekkingsplan in, uitsluitend indien ten behoeve van dezelfde activiteiten bij andere bestuursorganen of niet krachtens publiek recht ingestelde rechtspersonen of personen subsidies of vergoedingen zijn aangevraagd. Daarbij wordt de stand van zaken van de bij deze anderen ingediende aanvragen vermeld.
De aanvraag dient te worden ondertekend met een elektronische handtekening namens de aanvrager, als bedoeld in artikel 2:16 van de Algemene wet bestuursrecht, dan wel op een andere door burgemeester en wethouders toegestane wijze van elektronische indiening waarbij geen twijfel bestaat over de authenticiteit van de aanvraag.
In afwijking van het bepaalde in artikel 10 van de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 beslissen burgemeester en wethouders op een aanvraag om subsidie, die in de eerste tranche is ingediend, uiterlijk op 31 december voorafgaand aan het jaar waarop de subsidie betrekking heeft.
Artikel 4.5 Wijze van verdeling
§ 5. Verplichtingen, verantwoording, vaststelling en voorschot
Voor alle subsidies gelden de volgende verplichtingen:
Artikel 6:1 Overgangs- en slotbepalingen
Deze regeling wordt bekendgemaakt door plaatsing in het Gemeenteblad binnen een week na het besluit tot vaststelling ervan.
Het college van burgemeester en wethouders,
Korte toelichting op de Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014
Het proces van subsidiëring in het kader van onderwijsbeleid wijkt af van het algemene proces zoals dat is neergelegd in de Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 (ASV), die per 1 juli 2014 in werking is getreden.
Zo moeten subsidieaanvragen digitaal via het Onderwijsloket worden ingediend en geschiedt subsidieverstrekking in tranches. Ook worden er andere termijnen gehanteerd dan in de ASV staan vermeld. Om af te kunnen wijken van de ASV is vaststelling van de Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 noodzakelijk.
Van belang is voorts dat er een link wordt gelegd met de Haagse Educatieve Agenda 2014-2018 “Kwaliteit als kompas” die in maart 2014 is vastgesteld en tot stand is gekomen in samenwerking met het Op Overeenstemming Gericht Overleg (OOGO). Uitsluitend activiteiten die bijdragen aan realisering van de ambities die in de Haagse Educatieve Agenda staan, komen voor subsidie in aanmerking.
De Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 geldt alleen voor subsidieverstrekking aan rechtspersonen die geen scholen in de zin van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in stand houden.
Subsidiëring van activiteiten op het gebied van onderwijsbeleid door schoolbesturen, gebeurt op basis van de Verordening personele en materiële voorzieningen onderwijs gemeente Den Haag 2014. De inhoud van hoofdstuk 2D “Voorzieningen onderwijsbeleid” van laatstgenoemde verordening en de Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 zijn op elkaar afgestemd, opdat voor beide categorieën subsidieaanvragers – schoolbesturen en andere organisaties – nagenoeg dezelfde verplichtingen, termijnen, e.d. gelden.
Op aanvragen om subsidies of subsidievaststellingen die op grond van de Subsidieregeling Onderwijsbeleid Den Haag 2014 zijn ingediend voordat deze wijzigingsregeling is vastgesteld, wordt beschikt op basis van de bepalingen in eerstgenoemde regeling, zoals deze luidden voor de inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling.
Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop de Verordening tot wijziging van de Verordening personele en materiële voorzieningen onderwijs gemeente Den Haag 2014 in werking treedt.