Organisatie | Delft |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Delft houdende regels omtrent Gedragscode college Delft 2018 |
Citeertitel | Gedragscode college Delft 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-10-2018 | nieuwe regeling | 27-09-2018 | 3719557 |
Artikel 3 Belangenverstrengeling en nevenfuncties
Een collegelid behoudt geen inkomsten uit een ambtsgerelateerde- of q.q.-
nevenfunctie, tenzij dat op grond van de wet geheel of gedeeltelijk is toegestaan. De
inkomsten komen ten goede aan de kas van de gemeente. Voor een voltijds-
collegelid vindt ook verrekening plaats met inkomsten uit niet aan het ambt gebonden
Een collegelid gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde
van zijn ambt beschikt. Hij zorgt ervoor dat stukken met vertrouwelijke en geheime
gegevens veilig worden opgeborgen en dat computers, tablets en andere data- en
communicatieapparatuur dan wel computerbestanden beveiligd zijn.
Artikel 5 Geschenken, diensten en uitnodigingen
Het collegelid kan incidentele geschenken die een geschatte waarde hebben van
ten hoogste € 50,- behouden, waarbij ook dan geldt dat de onafhankelijke positie niet
mag worden beïnvloed. Melden en registreren vinden plaats overeenkomstig de
‘Algemene afspraken met betrekking tot declaraties van het college’.
Het college kan binnen een redelijke termijn, alsnog besluiten een hem door een
collegelid overgedragen geschenk - gelet op de aard hiervan of op de hiermee
beoogde bedoeling - niet te aanvaarden en aan de gever terug te geven. Betreft het
een aangeboden dienst, dan kan het college alsnog aan de aanbieder meedelen dat
Artikel 6 Bestuurlijke uitgaven
De gemeente Delft richt de financiële en administratieve organisatie zodanig in
dat er een getrouw beeld mogelijk is van de juistheid en rechtmatigheid van de
uitgaven en hanteert heldere procedures over de wijze waarop functionele uitgaven
rechtstreeks in rekening worden gebracht of kunnen worden gedeclareerd bij de
Artikel 8 Gebruik van gemeentelijke voorzieningen
Collegeleden kunnen met het oog op het onderhouden van binnen- en buitenlandse
betrekkingen conform de vastgestelde criteria een beroep doen op de relatiegeschenken
van de gemeente. De uitgifte en het gebruik van relatiegeschenken wordt centraal
geregistreerd onder vermelding van het verantwoordelijke collegelid en de aanleiding/
Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een lid van het college is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij, en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming van het college betrokken.
De raad stelt een regeling op voor de behandeling van meldingen van (vermoedens van)
handelen in strijd met deze Gedragscode en andere vormen van niet integer handelen.
Artikel 12 Bekendmaking en inwerkingtreding Gedragscode
De gedragscode wordt bekendgemaakt in het gemeenteblad en treedt een dag na bekendmaking inwerking.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 september 2018.
J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart,
De gedragscode heeft tot doel een algemene leidraad te bieden voor de collegeleden op het gebied van integer handelen. Waar dat van toepassing is, wordt in deze gedragscode naar
specifieke bepalingen, omtrent integriteit, in de Gemeentewet verwezen.
Bestuurlijke integriteit houdt in dat de verantwoordelijkheid die met de functie samenhangt wordt aanvaard en dat er de bereidheid is daarover verantwoording af te leggen. Verantwoording wordt intern afgelegd aan mede- collegeleden en de gemeenteraad, maar ook extern aan organisaties en burgers voor wie collegeleden de functie vervullen. Een aantal kernbegrippen is daarbij leidend en plaatst bestuurlijke integriteit in een breder perspektief.
Het handelen van een collegelid is altijd en volledig gericht op het belang van de gemeente en op de
organisaties en burgers die daar onderdeel van uitmaken.
Het handelen van een collegelid heeft een herkenbaar verband met de functie die hij vervult in het
Het handelen van een collegelid wordt gekenmerkt door onpartijdigheid, dat wil zeggen dat geen
vermenging optreedt met oneigenlijke belangen en dat ook iedere schijn van een dergelijke vermenging
Het handelen van een collegelid is transparant, opdat optimale verantwoording mogelijk is en de
controlerende organen volledig inzicht hebben in het handelen van de politiek ambtsdrager en zijn
Op een collegelid moet men kunnen rekenen. Die houdt zich aan zijn afspraken. Kennis en informatie
waarover hij uit hoofde van zijn functie beschikt, wendt hij aan voor het doel waarvoor die zijn gegeven.
Het handelen van een collegelid is zodanig dat alle organisaties en burgers op gelijke wijze en met
respect worden bejegend en dat belangen van partijen op correcte wijze worden afgewogen.
Het is belangrijk aan te tekenen dat bij twijfel of bepaald handelen de toets van de integriteit kan
doorstaan, het beter is aan de veilige kant van de streep te blijven.
Collegeleden dienen zich terdege bewust te zijn van hun eigen verantwoordelijkheden én van wat het functioneren als collegelid voor hen én de gemeente betekent. Het is daarom belangrijk dat ze bij hun aantreden kennisnemen van deze gedragscode.
Integer handelen begint immers bij bewustwording van wat integer handelen inhoudt. Het is goed erop te
wijzen dat in bepaalde gevallen, als het collegelid in strijd handelt met zijn verplichtingen, dit meerdere vervelende gevolgen kan hebben. Naast gevolgen voor het aanzien van de politiek, kan het ook concrete (juridische) gevolgen voor hemzelf, de gemeente of derden hebben:
- Civielrechtelijk: Als een collegelid zijn mond voorbijpraat waar hij geacht wordt te zwijgen, kan dit
schade voor de gemeente of derden meebrengen. Een derde kan in zo’n geval de gemeente
aanspreken tot schadevergoeding.
- Bestuursrechtelijk: Als een collegelid meedoet aan een stemming over een aangelegenheid van
een instelling waar hij zich op grond van persoonlijke belangen had moeten onthouden van stemmen,
kan dat onder sommige omstandigheden leiden tot vernietiging van een besluit door de bestuursrechter
op grond van vooringenomenheid (artikel 2:4 Algemene wet bestuursrecht).
- Strafrechtelijk: Als een collegelid vertrouwelijke of geheime informatie naar buiten brengt, is hij
strafbaar op grond van artikel 272 van het Wetboek van Strafrecht.
- Politiek: De Gemeentewet regelt in artikel 47 voor wethouders het volgende: Indien een wethouder
niet langer voldoet aan de vereisten voor het wethouderschap, bedoeld in artikel 36a, eerste en tweede
lid, of een functie gaat bekleden als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, en het tweede of derde lid van dat
artikel niet van toepassing zijn, neemt hij onmiddellijk ontslag. Hij doet hiervan schriftelijk mededeling
aan de raad. De raad verleent hem ontslag indien hij dit nalaat. Het ontslag gaat in terstond na de
bekendmaking van het ontslagbesluit.
Het Rechtspositiebesluit Burgemeester regelt de gevolgen van het aanvaarden van onverenigbare
betrekkingen of het verrichten van verboden handelingen door de burgemeester.
Artikel 3 Belangenverstrengeling en nevenfuncties
Het collegelid kan anders dan als gevolg van functiebekleding relevante belangen hebben
in bepaalde sectoren van de lokale samenleving, niet alleen financiële, welke aanleiding kunnen zijn tot
(schijn van) belangenverstrengeling. Het kan gaan om het bezit van effecten, vorderingsrechten,
onroerend goed, bouwgrond alsook om financiële deelnemingen in ondernemingen en dergelijke.
Dergelijke financiële belangen kunnen een rol gaan spelen bij besluiten over bijvoorbeeld
bestemmingsplannen, grondverkopen, maatschappelijke, culturele of welzijnsorganisaties, of andere
organisaties met een ideële doelstelling. Relevant in dit verband zijn lidmaatschappen van die
verenigingen of media, die belangen hebben die strijdig zijn met het belang van de gemeente
Deze norm betreft een aanvulling op de norm uit 2:4, tweede lid Awb dat het bestuursorgaan
oproept er tegen te waken dat tot het bestuursorgaan behorende personen die een persoonlijk belang bij
een besluit hebben, de besluitvorming beïnvloeden.
Deze regel komt voort uit artikel 58 van de Gemeentewet.
De Gemeentewet kent in de artikelen 36b en 68 een opsomming van een aantal functies die
de wethouders respectievelijk de burgemeester niet met hun betrekking mogen combineren.
Deze normen zijn aanvullend op de normen die de Gemeentewet in de artikelen 41b, eerste
lid en 67, eerste lid, stelt voor respectievelijk wethouders en de burgemeester. In dit verband wordt ook
gewezen op de verplichtingen van een collegelid tot melding van een voornemen tot aanvaarding van
een nevenfunctie aan de raad, een en ander conform artikel 41b tweede lid en artikel 67 tweede lid
Toelichting lid 16: in dat besluit wordt onder verbonden partij verstaan: een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie onderscheidenlijk gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft.
Toelichting lid 1: Met de tegenwoordige stand van zaken op het terrein van digitale gegevensopslag en
communicatiemogelijkheden, wordt extra zorgvuldigheid betracht bij het omgaan met en transporteren
van dergelijke informatie. Het collegelid is hiervoor verantwoordelijk en kan, bij aan hem te wijten naar
buiten komen van geheime of vertrouwelijke informatie, hierop worden aangesproken.
Het kan hier bijvoorbeeld gaan om een USB-stick die ergens (bijvoorbeeld in de taxi) achterblijft of de niet meer
gebruikte computer welke aan de straat wordt gezet.`
Artikel 5 Geschenken, diensten en uitnodigingen
Toelichting lid 2: Dit is het algemene uitgangspunt. Het gaat om een essentiële verplichting welke ook een
belangrijk onderdeel uitmaakt van de eed dan wel belofte die het collegelid aflegt.
De nieuwe code is in dit opzicht strikter dan de oude van 2003, waar een geschenk van hoogstens €
50,- altijd kon worden geaccepteerd. De algemene regel hoort echter te zijn dat geen enkel geschenk
of dienst acceptabel is, indien de onafhankelijkheid van het collegelid daardoor in het geding kan
Vele kleinere geschenken kunnen tezamen wel degelijk de onafhankelijkheid van het
collegelid aantasten, of de schijn wekken. In die situatie begeeft het collegelid zich niet.
Toelichting lid 3: Het uitgangspunt is het niet aanvaarden van kostbare geschenken of aanbiedingen. Er zijn
uitzonderingen denkbaar. Bijvoorbeeld wanneer een geschenk, of een faciliteit in het belang van de gemeente
(publiek belang) goed te verdedigen is. Voor dat doel is het
denkbaar dat het collegelid weliswaar aanvaardt, maar hij dit dan zo snel mogelijk meldt en de gift dan
wel de aangeboden faciliteit zo snel mogelijk aan de gemeente ten goede komt. Hierbij wordt
volstrekte openheid betracht. Het is van belang ter voorkoming van elke verkeerde schijn dan ook dat het
collegelid dit direct meldt aan de gever of de aanbieder. Er wordt bij overdracht aan de gemeente, een