Mandaatbesluit GBI gemeente Nijmegen

• 1.

  De burgemeester van de gemeente Nijmegen, gelet op artikel 171, lid 2 jo lid 1 van de Gemeentewet, draagt het hoofd Zorg en Inkomen (a.) respectievelijk het lid van de directieraad verantwoordelijk voor Zorg en Inkomen (b.) op, voor de periode tot aan de oprichting van de coöperatieve vereniging Gemeentelijke Basisprocessen Inkomensvoorziening (hierna GBI) dan wel uiterlijk tot 31 december 2020, de gemeente buiten rechte te vertegenwoordiger in het bestuur (a.) en in de algemene deelnemersvergadering GBI (b.).

• 2.

  Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen machtigt de onder 1 genoemde vertegenwoordigers van de gemeente, ieder voor zover bevoegd, om hem bij besluitvorming in de onder 1 vermelde GBI-gremia tot aan de oprichting van de coöperatieve vereniging GBI dan wel uiterlijk tot 31 december 2020 te binden tot het namens hun college verrichten van feitelijke handelingen en verleent die functionarissen tevens volmacht tot het namens het college in dezelfde periode verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, voor zover die binding zich beweegt binnen de kaders van de Strategische Agenda GBI 2016 – 2020 en de begroting GBI. De machtiging en volmacht strekt tot het maximum van de bijdrage van de gemeente in de kosten van GBI als opgenomen in de begroting GBI.

• 3.

  Het college mandateert zijn bevoegdheid als bedoeld in artikel 160 lid 1, aanhef en onder e. van de Gemeentewet voor de periode tot aan de oprichting van de coöperatieve vereniging GBI dan wel uiterlijk tot 31 december 2020 aan de onder 1 genoemde functionaris die lid is van het bestuur, om namens het college met de andere aan de GBI deelnemende gemeenten een onderlinge vrijwaringsovereenkomst te sluiten voor de werkgeversrisico’s die verbonden zijn aan indienstneming door Wigo4it personeelsleden van GBI, met dien verstande dat de gemeente tot maximaal het percentage waarmee zij deelneemt in de bijdragen van de deelnemers aan GBI aansprakelijk kan worden gehouden.

• 4.

  De burgemeester, gelet op artikel 171, lid 2 jo lid 1 van de Gemeentewet, draagt de onder 3 genoemde functionaris op de gemeente buiten rechte te vertegenwoordigen in de vorm van het voor de gemeente ondertekenen van de onder 3 genoemde overeenkomst.

Het college verleent aan de functionarissen onder 1 machtiging tot het verrichten van handelingen die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.