Organisatie | Westland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westland houdende regels omtrent gespreksvoering en beoordeling Regeling HRM-Gespreksvoering en Beoordeling |
Citeertitel | Regeling HRM-Gespreksvoering en Beoordeling |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Regeling HRM-Gespreksvoering en Beoordeling.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-08-2018 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 21-08-2018 |
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling/de Uitwerkingsovereenkomst;
de ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder a) van de CAR/UWO;
het gesprek tussen de ambtenaar en zijn leidinggevende over o.a. takenpakket/werkzaamheden, competenties, persoonlijke ontwikkeling (ook wel POP genaamd), werk-privé balans, verzuim, arbeidsomstandigheden, samenwerking, opleiding en loopbaan, waarbij de afspraken resultaatgericht worden vastgelegd;
digitaal gespreksformulier dat dient voor voorbereiding en de verslaglegging van het gesprek;
een gesprek tussen de ambtenaar en zijn leidinggevende waarbij aan de hand van het digitale beoordelingsformulier het functioneren over een beoordelingstijdvak wordt besproken;
oordeel over de wijze waarop de ambtenaar zijn functie heeft vervuld, gerelateerd aan afspraken in eerder gevoerde HRM-gesprekken;
maximaal 24 maanden en minimaal 6 maanden voorafgaand aan het beoordelingsgesprek;
de hiërarchisch direct-leidinggevende;
digitaal beoordelingsformulier dat dient voor voorbereiding en de verslaglegging van de beoordeling;
een informant is een persoon die een werkrelatie met de beoordeelde heeft en de leidinggevende mede kan informeren over de functie-uitoefening van de beoordeelde.
Hoofdstuk 2 HRM-gespreksvoering
Voorafgaand aan het HRM-gesprek wordt in onderling overleg afgesproken wie het gespreksverslag (en afspraken) op het digitale formulier invult. In het systeem wordt op het digitale gespreksformulier aangegeven door de leidinggevende dat hij akkoord is en door de ambtenaar of hij akkoord is, niet akkoord is of dat hij voor gezien invult. Daarna wordt het formulier opgeslagen in het digitale personeelsdossier.
Indien de leidinggevende en de ambtenaar, ook na onderling overleg hierover of na overleg hierover met de naast hogere leidinggevende, geen overeenstemming hebben over het verslag van het gevoerde gesprek en/of de afspraken in het verslag, stelt de leidinggevende het verslag (inclusief de afspraken) vast en heeft de ambtenaar de mogelijkheid om zijn/haar zienswijze op het formulier te vermelden.
Zo nodig kunnen, in overleg en met instemming tussen beoordelaar en ambtenaar, informant(en) als bedoeld in artikel 4 lid 3 worden geraadpleegd. Informant(en) worden bij voorbereiding van het gesprek kenbaar gemaakt. Indien na overleg verschil van mening blijft over het raadplegen van informanten(en) is het oordeel van de naast hogere leidinggevende doorslaggevend.
Artikel 4 Het beoordelingsgesprek
In daartoe aanleiding gevende gevallen kan een HRM-adviseur bij het gesprek aanwezig zijn. Op verzoek van de ambtenaar kan een adviseur (bijvoorbeeld vakbondsconsulent, bedrijfsmaatschappelijk werker, rechtsbijstand jurist) bij het gesprek aanwezig zijn. Aan de andere gesprekspartner wordt dit van te voren gemeld.
Ook de informant(en) kan/kunnen in onderling overleg en instemming worden uitgenodigd het gesprek geheel of gedeeltelijk bij te wonen. Als informant kan in de regel alleen diegene optreden die een functionele werkrelatie heeft tot de ambtenaar. Indien na overleg verschil van mening blijft over het bijwonen van het gesprek door de informanten(en), is het oordeel van de naast hogere leidinggevende doorslaggevend.