Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Roosendaal

Programma van Eisen Mantelzorgsteunpunt 2019

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRoosendaal
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingProgramma van Eisen Mantelzorgsteunpunt 2019
CiteertitelProgramma van Eisen Mantelzorgsteunpunt 2019
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Roosendaal/CVDR285104/CVDR285104_1.html
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Roosendaal/CVDR610992/CVDR610992_1.html
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-08-201822-03-2021Nieuwe regeling

19-06-2018

gmb-2018-177865

136538

Tekst van de regeling

Intitulé

Programma van Eisen Mantelzorgsteunpunt 2019

 

Gemeente Roosendaal

Team Maatschappij

 

 

 

 

Inhoudsopgave

 

1

Inleiding

3

1.1

Probleemopgave

4

 

 

 

2

Toelichting Programma van Eisen

5

2.1

Bestandsdelen

5

2.2

Uitgangspunten en richtlijnen

5

 

 

 

3

Gevraagde diensten

6

3.1

Mantelzorgondersteuning

6

3.1.1

Vinden (en gevonden worden)

6

3.1.2

Versterken

7

3.1.3

Verlichten

8

3.1.4

Verbinden

10

3.2

Dementievriendelijk

11

3.3

Medezeggenschap

11

3.4

Mantelzorgwaardering

11

 

 

 

4

Maatschappelijk effect, doelstellingen en resultaten

12

4.1

Maatschappelijk effect

12

4.2

Doelstellingen

12

4.3

Resultaten, monitoring en verantwoording

13

 

 

 

 

 

Inleiding

 

Met de overgang van de functies begeleiding en dagbesteding hebben de gemeenten de verantwoordelijkheid voor het gehele stelsel van maatschappelijke ondersteuning van mensen met een beperking gekregen. We gaan daarbij uit van wat mensen wel kunnen en organiseren de ondersteuning die nodig is dichtbij de burger. Daardoor ontstaat er een ander evenwicht tussen hetgeen burgers en hun omgeving zelf kunnen (organiseren) en wat de gemeente aan ondersteuning levert. Er wordt ingezet op mogelijkheden van de burger, het stimuleren van eigen initiatief en het aanspreken van eigen verantwoordelijkheid.

 

Voor de beschrijving van het nieuwe stelsel borduren we voort op de vierdeling die in Roosendaal, stad van de menselijke maat is weergegeven:

  • 1.

    Het voorliggende veld met de vrij-toegankelijke voorzieningen

  • 2.

    De toegang

  • 3.

    Het specialistische veld met de niet-vrij toegankelijke voorzieningen

  • 4.

    De beleidsregisseur

 

Stichting Groenhuysen heeft met de uitvoering van de mantelzorgondersteuning een belangrijke rol in het voorliggend, vrij toegankelijk veld en een verantwoordelijkheid voor versterking van dit veld.

 

Voor het voorliggend veld heeft de gemeente Roosendaal de volgende beleidsdoelen gesteld:

Voorliggend veld:

  • 1.

    Het voorliggend veld is voldoende toegerust in het geven van informatie en het bieden van oplossingen m.b.t. lichte ondersteuningsvragen.

  • 2.

    Toename van het aantal hulp- en ondersteuningsvragen die in het voorliggend veld opgelost worden.

  • 3.

    Signalen over onveilige of andere zorgwekkende situaties komen op de juiste plaats terecht en worden adequaat opgepakt.

  • 4.

    Toename van het aantal gezinnen dat eigen regie op het leven ervaart.

  • 5.

    Participatie van bijzondere doelgroepen op het gebied van onderwijs, werk en vrije tijd is toegenomen (door toename van het aanbod activiteiten).

De positie van de mantelzorgers wordt versterkt in de nieuwe Wmo. Het is belangrijk dat mantelzorgers een eigen plek hebben in het keukentafelgesprek. Daarbij moet niet alleen gekeken worden wat mantelzorgers kunnen, maar ook wat zij zelf nodig hebben. De ondersteuning moet daadwerkelijk beschikbaar zijn. De basisfuncties mantelzorg zijn bij de ondersteuning een belangrijk leidraad zijn. Voorop staat dat het om maatwerk gaat!

 

In het Programma van Eisen (PvE) maken wij scherp wat de gemeente aan Stichting Groenhuysen vraagt met betrekking tot de uitvoering van de mantelzorgondersteuning en welke indicatoren van belang zijn bij de vaststelling van de subsidie. Prestatie-indicatoren, waarmee getoetst wordt of de prestatie is geleverd worden onderscheiden van de informatie-indicatoren waarover gegevens moeten worden aangeleverd ten behoeve van monitoring. Deze gegevens stellen zowel de gemeente als Stichting Groenhuysen in staat de effecten van activiteiten te volgen ten behoeve van de beleidsevaluatie. Uitgangpunt blijft dat wij met het Programma van Eisen helder en eenduidig willen aangeven wat we van Stichting Groenhuysen vragen en verwachten in retour een heldere subsidieaanvraag (incl. activiteitenplan en begroting).

 

1.1 Probleemopgave

De omvang en intensiteit van de mantelzorg gaat in veel gevallen de gebruikelijke zorg die naasten geacht worden aan elkaar te verlenen flink te boven. De bovenmatige inzet aan mantelzorg is een zorgelijk aspect als zij het karakter krijgt van een aanhoudend zware belasting of zelfs een overbelasting van de mantelzorger. Mantelzorgers, en speciaal zwaar- en overbelaste personen hebben soms behoefte aan ondersteuning. Mantelzorg is vaak moeilijk te combineren met een betaalde baan, en mantelzorgers hebben weinig mogelijkheden om de zorg tijdelijk over te dragen. Hierdoor kunnen ze bijvoorbeeld in sociaal isolement raken, gezondheidsproblemen ondervinden of uitvallen.

 

Juist nu we zorg in de buurt organiseren en mensen langer thuis kunnen blijven wonen, is de inzet van mantelzorgers van onschatbare waarde.

De komende jaren wordt het beroep op mantelzorg alleen maar groter . De gemeente wil graag inzetten op preventie om te voorkomen dat mantelzorgers overbelast raken. Daar waar reeds sprake is van overbelasting wordt ingezet op ondersteuning van de mantelzorger, zodat deze weer terug komt in zijn/haar eigen kracht en de (mantel)zorg weer aankan. Bij de mantelzorgondersteuning draait het steeds meer om het leveren van maatwerk. Maatwerk zorgt ervoor dat mantelzorgers beter en langer in staat zijn de mantelzorg vol te houden en dat voorkomt een beroep op zwaardere zorg.

 

 

2 Toelichting Programma van Eisen

2.1 Bestandsdelen

De beleidsdoelen van de drie decentralisaties zijn het vertrekpunt voor dit Programma van Eisen. Stichting Groenhuysen heeft met name een belangrijke rol in het voorliggend veld waarbij ingezet wordt op participatie, burgerkracht, eigen kracht en zelfredzaamheid

 

Dit Programma van Eisen voor 2019 bestaat uit de volgende elementen:

  • Voorwaarden (uitgangspunten en richtlijnen)

  • De gevraagde dienstverlening

  • De maatschappelijke effecten /doelenstellingen/ resultaten

 

2.2 Uitgangspunten en richtlijnen

Uitgangspunten

  • 1.

    Visiedocument ‘Goed voor Elkaar, Notitie Roosendaal, stad van de menselijke maat en het beleidsplan Wmo, beleidsplan jeugd en “Gebundelde kracht”; de veranderagenda sociaal domein;

  • 2.

    In het PvE worden alleen die activiteiten benoemd die ook daadwerkelijk tot een door de gemeente Roosendaal gesubsidieerde activiteit van Stichting Groenhuysen leiden.

  • 3.

    In het PvE wordt concreet benoemd welke inzet er van de professionals wordt gevraagd. Voor diensten die feitelijk door vrijwilligers worden uitgevoerd, regelt de organisatie zelf, in samenwerking met het Vrijwilligersondersteuningspunt van WijZijn Traverse, de coördinatie, werving en begeleiding van de vrijwilligers.

  • 4.

    De activiteiten die ingekocht worden door andere afdelingen en op outputbasis afgerekend worden vallen buiten het PvE.

  • 5.

    We gaan ervan uit dat de maatschappelijke activiteiten waarvoor Stichting Groenhuysen additioneel subsidie ontvangt waar mogelijk aansluiten bij /aanvullend zijn op de gevraagde diensten/producten in dit programma van eisen en ook een bijdrage leveren aan de gewenste maatschappelijke effecten.

  • 6.

    Maatschappelijke- of op voorlichting gerichte activiteiten die door andere, door de gemeente gesubsidieerde organisaties worden geboden, worden niet aan Stichting Groenhuysen gevraagd. Als middel om maatschappelijke doelen te bereiken kunnen deze activiteiten al of niet in samenwerking met deze organisaties aangeboden worden.

  • 7.

    De aandacht gaat uit naar preventie om te voorkomen dat mantelzorgers overbelast raken.Daar waar reeds sprake is van overbelasting wordt ingezet op ondersteuning van de mantelzorger, zodat deze weer terug komt in zijn/haar eigen kracht en de (mantel)zorg weer aankan.

  • 8.

    Er wordt uitgegaan van tijdelijkheid van professionele ondersteuning. Dienst- en hulpverlening dient erop gericht te zijn om de eigen kracht en zelfredzaamheid van (groepen) burgers te versterken. Professionals dienen, waar mogelijk, zichzelf overbodig te maken.

  • 9.

    Samenwerking met ketenpartners is een vanzelfsprekendheid en wordt om herhaling te voorkomen niet voortdurend benoemd in het PvE.

  • 10.

    De medewerkers zijn gekwalificeerd en houden de ontwikkelingen in het vak ook bij.

  • 11.

    Er wordt vanuit gegaan dat de organisatie zorgt voor adequate vervanging bij ziekte.

 

 

3 Gevraagde diensten

3.1 Mantelzorgondersteuning

De gevraagde diensten met betrekking tot de mantelzorgondersteuning zullen worden beschreven aan de hand van de volgende vier functies van de mantelzorgondersteuning:

  • Vinden

  • Versterken

  • Verlichten

  • Verbinden

 

Per ‘V’ zal worden aangegeven wat we met het mantelzorgbeleid willen bereiken en welke diensten/activiteiten wij hierbij vragen aan Stichting .

 

Netwerkorganisatie

De focus van de dienstverlening die tot op heden vanuit het steunpunt is geleverd gaat verschuiven.

Daar waar vanuit het steunpunt hoofdzakelijk is gevraagd invulling te gegeven aan de basisfuncties van de mantelzorgondersteuning, krijgt zij steeds meer een coördinerende rol binnen een netwerkorganisatie rondom mantelzorgondersteuning toebedeeld.

 

Specifieke eis

De dienstverlening dient geboden te worden vanuit een ‘mantelzorgsteunpunt’ wat onafhankelijk is gepositioneerd binnen de gemeente. Dit houdt concreet in dat vanuit de PR en communicatie de dienstverlening vanuit het steunpunt niet in verband wordt gebracht met de uitvoeringsorganisatie, in dit geval Stichting Groenhuysen.

 

3.1.1 Vinden (en gevonden worden)

Mantelzorgers moeten eerst worden gevonden, omdat dat de voorwaarde is om hen te kunnen versterken, verlichten en verbinden.

 

De mantelzorger dient te worden gevonden door:

  • Te zoeken dichtbij het eigen leefpad en dicht bij het zorgpad van hun naaste.

  • Van professionals en andere betrokkenen te vragen alert te zijn op signalen en een zesde zintuig te ontwikkelen voor mantelzorgers die dreigen overbelast te raken dan wel anderszins onvoldoende bij hun taken worden ondersteund.

 

Bij het aandachtspunt ‘vinden’ worden het volgende acties/diensten gevraagd:

  • -

    Coördinatie van de registratie van mantelzorgers

    De mantelzorgers dienen in beeld gebracht te worden door registratie van deze mantelzorgers bij het mantelzorgsteunpunt. Voor de registratie van mantelzorgers dienen er afspraken gemaakt te worden met alle zorg- en welzijnsinstellingen die zich dichtbij het leefpad van de mantelzorger begeven of bij het zorgpad van hun naaste. Hieronder vallen bijv. de partners binnen de netwerkorganisatie Wegwijs (jeugd- en wmoprofessionals, AMW van WijZijn Traverse, MEE West-Brabant), de jeugdgezondheidszorg (Twb en GGD), wijkzusters, scholen, ontmoetingscentra, huisartsen, KBO’s, etc. De coördinatie rondom de registratie van mantelzorger wordt belegd bij het mantelzorgsteunpunt. Het steunpunt dient afspraken te maken met de thuiszorgorganisatie m.b.t. registratie van mantelzorgers in relatie tot de HHT-regeling.

 

  • -

    Professionals en vrijwilligers op de vindplaatsen bewust maken van hun signalerende rol

    Medewerkers vanuit het mantelzorgsteunpunt dienen met professionals en vrijwilligers op de vindplaatsen in gesprek te gaan over de signalerende rol die zij vervullen t.a.v. (overbelaste) mantelzorgers. Deze professionals en vrijwilligers dienen op de hoogte te zijn van de ondersteuningsmogelijkheden voor mantelzorgers, zodat zij evt. goed kunnen doorverwijzen.

 

  • -

    Wervingsacties

    Het mantelzorgsteunpunt wordt gevraagd om diverse wervende activiteiten te organiseren om mantelzorgers te bereiken in samenwerking met relevante organisaties. Hierbij moet vooral ook aandacht zijn voor de jonge, werkende en oudere mantelzorger.

 

In het kader van ‘gevonden worden’ wordt het volgende gevraagd:

  • -

    Actuele sociale kaart

    Het mantelzorgsteunpunt is verantwoordelijk voor een helder zicht op de ondersteuningsmogelijkheden voor mantelzorgers. Deze informatie dient voor iedereen laagdrempelig beschikbaar te zijn en gevonden kunnen worden op voor hen logische vindplaatsen.

 

  • -

    Bewustwording

    Voordat iemand überhaupt op zoek gaat naar mantelzorgondersteuning, moet men zich er eerst van bewust zijn dat hij/zij mantelzorger is. Informatie kan zich direct op de individuele mantelzorger richten, maar heeft ook een algemene en indirecte functie. Informatie aan een breed publiek over mantelzorg en mantelzorgondersteuning draagt bij aan de bewustwording over, (h)erkenning van mantelzorg en het belang van ondersteuning daarbij.

 

3.1.2 Versterken

Bij het versterken willen we bereiken dat de mantelzorgers de regie kunnen voeren en behouden, en keuzemogelijkheden hebben hoe zij de mantelzorg vormgeven.

De versterking van de mantelzorger zit hem vooral in het zo vroeg mogelijk betrekken van de mantelzorger in het keukentafelgesprek. Het betrekken van mantelzorgers bij het keukentafelgesprek moet een vanzelfsprekendheid zijn voor cliëntondersteuners, jeugdprofessionals en Wmo-professionals.

Binnen het keukentafelgesprek worden zowel de zorgbehoefte van de zorgvrager als de mogelijkheden en grenzen van de mantelzorger expliciet en dus bespreekbaar.

 

Het in kaart brengen van de ondersteuningsbehoefte van de mantelzorger en de toeleiding van de mantelzorger naar de mantelzorgondersteuning dient geborgd te zijn binnen we werkprocessen van de toegangsorganisatie Wegwijs en toeleidingsorganisaties, zoals MEE, TWB (wijkzusters), WijZijn Traverse, etc. Oftwel het betrekken van de mantelzorger dient onderdeel te zijn van de gehanteerde methodiek van deze organisaties.

 

In het kader van het versterken van de positie van de mantelzorger dient de onpartijdige cliënt- en mantelzorgondersteuning goed georganiseerd te worden. De definitie van onpartijdige cliëntondersteuning is ‘onafhankelijke ondersteuning met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening.

 

Bij deze dienstverlening wordt er professionele ondersteuning geboden aan kwetsbare burgers en hun mantelzorger bij de voorbereiding en/of uitvoering en/of evaluatie van diens gesprekken /onderhandelingen met derden, zoals gemeenten, zorgaanbieders, scholen, UWV, etc. en waarbij de inhoud raakt aan het voeren van de eigen regie en participatie. Het gaat daarbij om het kennen en kenbaar maken van eigen behoeften, wensen en (on)mogelijkheden en het opkomen en onderhandelen over deze belangen, zodat het vooraf beoogde resultaat wordt bereikt.

 

Met betrekking van dit aandachtgebied wordt aan het steunpunt Mantelzorg het volgende gevraagd:

  • -

    Samen met de partners binnen de netwerkorganisatie Wegwijs en andere relevante organisaties (TWB, Wijkzuster, etc) te komen tot eenduidige afspraken inzake de wijze van het betrekken van de mantelzorg bij het keukentafelgesprek, het in kaart brengen van de hulpvraag van de mantelzorger en de toeleiding naar de ondersteuning.

  • -

    De medewerkers van het mantelzorgsteunpunt dienen hun opgebouwde kennis, netwerken, sociale kaarten en expertise in te zetten om medewerkers binnen de netwerkorganisatie Wegwijs en andere relevante zorg- en welzijnspartners (bij) te scholen (signaleren van overbelasting bij mantelzorgers, gesprekstechniek/methodiek, kennis sociale kaart, e.d.).

  • -

    Het mantelzorgsteunpunt fungeert in deze ook als ‘expertisecentrum’ rondom mantelzorg die te allen tijde door organisaties geconsulteerd kan worden.

  • -

    De onpartijdige cliënt- en mantelzorgondersteuning dient samen met MEE West-Brabant onafhankelijk van de toegang in het voorliggend veld georganiseerd te worden.

  • -

    Stichting Groenhuysen en MEE West-Brabant zijn verantwoordelijk dat hun dienstverlening m.b.t. onafhankelijke cliënt- en mantelzorgondersteuning bekend is bij de burger, de medewerkers binnen de toegang en de professionals binnen het voorliggend veld;

 

3.1.3 Verlichten

Bij het verlichten gaat het om het organiseren van ondersteuning om ervoor te zorgen dat mantelzorgers hun mantelzorgtaken kunnen (blijven) uitvoeren. Verlichten gaat over het behoud van draagkracht van mantelzorgers. Een mantelzorger is, naast mantelzorger, immers ook partner, kind, werknemer, scholier of vrijwilliger. Het is belangrijk dat de balans tussen verschillende taken en rollen behouden blijft.

 

Het mantelzorgsteunpunt is verantwoordelijk dat er binnen de gemeente een op de behoefte gericht aanbod is van mantelzorgondersteuning. Het kan hierbij gaan om bestaande voorzieningen, maar ook om nieuwe (innovatieve) voorzieningen. Stichting Groenhuysen is in deze een soort ‘hoofdaannemer’. Zij is eindverantwoordelijk voor een passend voorzieningen-/ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers binnen de gemeente. Zij zullen echter niet voor al het aanbod zelf als uitvoeringsorganisatie fungeren. Daar waar een bepaald ondersteuningsaanbod/voorziening beter door een andere partij georganiseerd kan worden (i.v.m. bepaalde kennis, expertise, netwerk) dient Groenhuysen hieromtrent (prestatie- en budget)afspraken te maken met die betreffende partij als onderaannemer.

 

Informatie

Onder de informatievoorziening bij het aandachtsgebied verlichten wordt de informatieverstrekking verstaan aan de individuele mantelzorger.

Vanuit de mantelzorgondersteuning moet in ieder geval informatie gegeven kunnen worden over:

  • 1.

    mantelzorg inpassen in het leven, ondermeer in combinatie met arbeid, belangenbehartiging;

  • 2.

    ziekten, beperkingen, handicaps en patiëntenverenigingen;

  • 3.

    het aanbod van hulp, ondersteuning, zorg (voorzieningen en aanbieders);

  • 4.

    diverse regelingen.

 

Naast het zelf kunnen geven van deze informatie, dient het mantelzorgsteunpunt ervoor te zorgen dat deze informatie (zoveel mogelijk) ook verstrekt kan worden door medewerkers van netwerkorganisatie Wegwijs en andere relevante zorg- en welzijnspartners.

 

Advies en begeleiding

Een groot aantal mantelzorgers heeft behoefte aan meer dan alleen informatie. Een luisterend oor is ook van belang. Vervolgens moet er voldoende begeleiding zijn bij het vinden van de weg in het grote aantal mogelijkheden, het zetten van stappen naar instanties en het maken van keuzes. De functie begeleiding en advies dient hier een antwoord op te geven en kenmerkt zich door een individuele benadering.

 

Het betreft hier lichte ondersteuning die sowieso door de mantelzorgconsulenten van het steunpunt gegeven moet kunnen worden, maar die ook geleverd kan worden vanuit de medewerkers van de netwerkorganisatie Wegwijs. Hierover dienen duidelijk afspraken gemaakt te worden, wanneer voor deze dienstverlening wel/niet doorverwezen wordt naar het mantelzorgsteunpunt.

 

Emotionele Steun

Zorg, ziekte en snel veranderende perspectieven vragen een specifieke ondersteuning, omdat emoties het moeilijk kunnen maken om mantelzorg te verlenen zonder overbelast te raken. De functie emotionele steun staat niet los van de functies informatie, advies en begeleiding. Emotionele steun kan

individueel worden verleend. Op groepsniveau dient emotionele steun vormgegeven door het organiseren van lotgenotencontacten.

Met name voor het onderdeel ‘emotionele steun’ op groepsniveau zal, afhankelijk van de doelgroep, gekeken moeten worden door welke partij de benodigde ondersteuning het best geleverd kan worden. De gemeente verleent direct geen aparte subsidies ten behoeve van lotgenotencontact voor mantelzorgers. Wanneer er behoefte blijkt aan een vorm van lotgenotencontact ten behoeve van mantelzorgers dient Groenhuysen ervoor te zorgen dat dit wordt gefaciliteerd en uitgevoerd door de meest passende organisatie.

 

Educatie

Mantelzorgers zijn gebaat bij voorlichting en training. Dit gaat verder dan het verstrekken van informatie en advies. Veelal wordt binnen de setting van educatie ook emotionele steun geboden. De educatie kan zich richten op zorg en ziekte, maar ook de mantelzorger zelf.

 

Het cursus-/ en trainingsaanbod voor mantelzorgers dient centraal aangeboden te worden via het mantelzorgcollege, waarbij optimaal gemaakt van de expertise van alle organisaties die in Roosendaal actief zijn op het gebied van zorg en welzijn.

 

Het scholings/- en trainingsaanbod voor vrijwilligers en mantelzorgers dient Stichting Groenhuysen in gezamenlijkheid vorm te geven met WijZijn Traverse en MEE West-Brabant en in samenwerking met alle organisaties op het gebied van zorg- en welzijn die werken met vrijwilligers en/of in contact komen met mantelzorgers.

 

Praktische ondersteuning

Ook praktische hulp richt zich op zowel het proces van zorgverlening als de mantelzorger zelf. Hierbij horen zaken als het doorverwijzen en zo nodig bemiddelen bij het overnemen van regeltaken i.v.m. financiële vergoedingen, PGB, Wmo en alle voorkomende regelingen. Er dient nauwe afstemming plaats te vinden tussen het Steunpunt Mantelzorg en de partners binnen de netwerkorganisatie Wegwijs over de geboden lichte ondersteuning aan de mantelzorgers.

 

Respijtzorg

Respijtzorg is een verzamelbegrip voor voorzieningen die de mantelzorg tijdelijk en volledig overnemen zodat de mantelzorger de zorg uit handen kan geven om eigen activiteiten te ontplooien. Voorbeelden van respijtzorg zijn een oppas, bezoekservice, vervangende mantelzorg en ondersteunende begeleiding.

 

Het mantelzorgsteunpunt dient een op de behoefte gericht aanbod aan respijtvoorzieningen te realiseren. Het kan gaan om respijtzorg aan huis en respijtzorg buitenshuis, door professionals en/of door vrijwilligers. Bij respijtzorg kan gedacht worden aan thuisopvang/-begeleiding, dagopvang (verzorging en behandeling), maar ook aan logeeropvang en vakanties.

 

Stichting Groenhuysen dient ervoor te zorgen dat er binnen de gemeente een poule met een voldoende potentieel en diversiteit aan zorgvrijwilligers is om mantelzorgers in de thuissituatie tijdelijk te ontlasten. Van deze zorgvrijwilligers wordt specifieke kennis en ervaring gevraagd om een goede en betrouwbare vervanging te waarborgen. Een gedegen training of cursus is dan ook voorwaarde om als zorgvrijwilliger ingezet te kunnen worden. Aan de organisatie waaraan de vrijwilligers verbonden zijn, dienen de volgende eisen te worden gesteld:

  • Het hanteren van een VOG-procedure bij de inzet van zorgvrijwilligers.

  • Zorgvuldige matching tussen zorgvrager, mantelzorger en zorgvrijwilliger.

  • Zorgdragen voor scholing, intervisie en supervisie van zorgvrijwilligers.

  • Er voor zorgen dat zorgvrijwilligers bij hun vrijwillige inzet verzekerd zijn.

 

3.1.4 Verbinden

Bij dit aandachtgebied dienen er verbindingen te worden gelegd tussen formele en informele zorg en ondersteuning en worden partners – zorgaanbieders, mantelzorgondersteuners en vrijwilligersorganisaties – meegenomen in deze manier van (samen)werken.

 

Op het gebied van verbinden speelt het mantelzorgsteunpunt een belangrijke rol in de bewustwording van zorgorganisaties – en professionals over het belang van informele zorg voor het gehele systeem in plaats van alleen zorg voor de zorgvrager.

Voor een goede samenwerking met mantelzorgers dient de professional rekening te houden met de volgende vier rollen die een mantelzorger kan vervullen: collega, cliënt, naaste en expert.

Welke rol het meest prominent is, kan verschillen. Elke rol is gekoppeld aan een werkwoord, waarvan de beginletters het woord SOFA vormen:

  • Samenwerken: de mantelzorger als collega

  • Ondersteunen: de mantelzorger als schaduwcliënt

  • Faciliteren: de mantelzorger als naaste, in relatie tot de cliënt

  • Afstemmen: de mantelzorger als expert

 

Bij de ondersteuning van zorgvragers en mantelzorgers zijn vaak meerdere partijen betrokken. Het is belangrijk dat deze partijen elkaar aanvullen en ondersteunen en dat zij gebruik maken van elkaars kennis en expertise. Tekortkomingen en knelpunten worden zo sneller gesignaleerd. Graag willen we dat de zorg- en welzijnsinstellingen in onze gemeente bij elkaar worden gebracht om de samenwerking te bevorderen en elkaars kennis en expertise te delen.

 

Aan het mantelzorgsteunpunt wordt gevraagd om , onder hun coördinatie, een netwerk van mantelzorg op te starten van uitvoerend medewerkers van de zorg en welzijnsaanbieders in de gemeente.

 

Daarnaast is het belangrijk dat er direct contact met mantelzorgers wordt onderhouden. Om zicht te houden op de verschillende organisaties en activiteiten in de gemeente is monitoring onontbeerlijk. Door regelmatig met mantelzorgers te spreken/rond de tafel te zitten, kunnen knelpunten in de uitvoering van het beleid tijdig worden gesignaleerd en opgepakt. Het mantelzorgsteunpunt wordt gevraagd om dit contact met mantelzorgers (met enige regelmaat) te organiseren.

 

3.2 Dementievriendelijk

Het College van B&W van de gemeente Roosendaal heeft in 2017 het besluit genomen de komende jaren te willen werken aan het dementievriendelijk maken van de Roosendaalse gemeenschap.

Het mantelzorgsteunpunt dient hierbij aan te sluiten en een bijdrage te leveren aan het dementievriendelijk maken van de Roosendaalse gemeenschap.

In samenwerking met relevante partners dient Stichting Groenhuysen activiteiten te organiseren die bijdragen aan het vergroten van kennis over de ziekte en de omgang met mensen met dementie en activiteiten die een bijdrage leveren aan de deelname van mensen met dementie en hun mantelzorger aan de samenleving.

 

3.3 Medezeggenschap

Het mantelzorgsteunpunt dient de mantelzorger zelf te betrekken bij het bepalen van haar activiteiten en de uitvoering van het beleid. Vanuit het mantelzorgsteunpunt dient een medezeggenschapsraad van mantelzorgers en (ex)mantelzorgers te worden gefaciliteerd. Het mantelzorgsteunpunt dient dit adviesorgaan te betrekken bij het bepalen welke activiteiten en welk beleid wordt uitgezet.

 

3.4 Mantelzorgwaardering

Gemeenten zijn verantwoordelijk om te regelen dat mantelzorgers jaarlijks een blijk van waardering ontvangen. De gemeente waar de hulpvrager woont is verantwoordelijk voor de waardering van zijn/haar mantelzorger(s), ook als deze mantelzorger in een andere gemeente woont. Binnen de gemeente Roosendaal wordt gekozen voor een een mix van activiteiten en diensten.

 

Vanuit het oogpunt van mantelzorgwaardering wordt gevraagd om vanuit het mantelzorgsteunpunt het volgende te organiseren/ aan te bieden:

  • Dag van de mantelzorger

  • Extra respijtzorg gericht op de mantelzorger zelf

  • Kosteloze verstrekking van een Mantelzorgpas met kortingssysteem bij lokale aanbieders

  • Vouchersysteem. Vouchers dienen te worden verstrekt aan mantelzorger die staan geregistreerd bij het mantelzorgsteunpunt. De voucher vertegenwoordigd een bepaalde waarde en moet voor verschillende diensten, activiteiten ingeleverd kunnen worden. Bij het vouchersysteem mag er geen sprake zijn van gedwongen winkelnering bij Groenhuysen.

 

 

4 Maatschappelijk effect, doelstellingen en resultaten

4.1 Maatschappelijke effect

De gemeente Roosendaal streeft in zijn algemeenheid er naar dat ‘iedere inwoner naar eigen tevredenheid, op eigen kracht actief deelneemt aan de samenleving’.

 

4.2 Doelstellingen

Ten behoeve van de mantelzorgondersteuning zijn de volgende algemene doelstellingen geformuleerd.

 

Het realiseren dat burgers zich maximaal in (kunnen) zetten voor het verlenen van zorg die rechtstreeks voortvloeit uit de onderlinge sociale relatie en die gebruikelijke zorg van huisgenoten overstijgt. Draagkracht en draaglast zijn daarbij in verhouding.

 

Mantelzorgers voelen zich erkend en gewaardeerd.

 

Hieronder worden per aandachtgebied de doelstellingen aangegeven.

 

Vinden/gevonden worden

  • Zorg ervoor dat zoveel mogelijk mantelzorgers in beeld zijn.

  • Het steunpunt en het ondersteuningsaanbod moet makkelijk, laagdrempelig gevonden kunnen worden.

  • Binnen Roosendaal dient bij eenieder het begrip mantelzorg bekend zijn.

 

Versterken

  • Mantelzorger heeft een duidelijke positie aan de keukentafel.

  • In de werkprocessen van de toeleidings- en toegangsorganisatie is het in kaart brengen van de ondersteuningsbehoefte van de mantelzorger en de toeleiding van de mantelzorger naar de mantelzorgondersteuning geborgd.

 

Verlichten

  • Binnen de gemeente is er een op de behoefte gericht aanbod van mantelzorgondersteuning.

 

Verbinden

  • Professionals zijn geschoold om de mantelzorger als een gelijkwaardige partner te zien.

  • Er is een netwerk van uitvoerend medewerkers van relevantie zorg en welzijnsaanbieders met betrekking tot mantelzorgondersteuning.

  • Er wordt met regelmaat contact tussen mantelzorgers en uitvoerende professionals binnen de mantelzorgondersteuning georganiseerd.

 

Waardering

  • Mantelzorgers voelen zich gewaardeerd.

  • Mantelzorger zijn tevreden over het ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers.

 

4.3 Resultaten, monitoring en verantwoording

  • Het aantal unieke geregistreerde mantelzorgers

  • Overzicht gevraagde en geboden ondersteuning, uitgesplitst naar vraaggebied

  • Mate waarin de ondersteuning heeft bijgedragen aan de vermindering van de ervaren belasting van de mantelzorger

  • Tevredenheid van de mantelzorger over de geboden ondersteuning en het aanbod

  • Positieve beoordeling van netwerkpartners over de samenwerking met het mantelzorgsteunpunt.

  • Een volledig en actuele sociale kaart die een duidelijk overzicht biedt van het ondersteuningsaanbod in de gemeente en die laagdrempelig en op logische vindplaatsen beschikbaar is voor mantelzorgers en professionals.

  • Uitgifte aantal vouchers /cheques met daarbij een overzicht van de verzilvering