Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Katwijk

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKatwijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingReglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college
CiteertitelReglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpReglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 52 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-07-2018Nieuwe regeling

10-07-2018

gmb-2018-157829

1222812

Tekst van de regeling

Intitulé

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Het college van de gemeente Katwijk;

 

gelet op artikel 52 van de Gemeentewet;

BESLUIT

 

vast te stellen het:

 

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

  • 1.

    Het college regelt de verdeling van zijn werkzaamheden door middel van een portefeuilleverdeling.

  • 2.

    Van de portefeuilleverdeling wordt de gemeenteraad zo spoedig mogelijk in kennis gesteld.

  • 3.

    Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing, indien tijdens een raadsperiode een wijziging in de verdeling van de portefeuilles plaatsvindt.

  • 4.

    Het college regelt de onderlinge vervanging in geval van verhindering of ontstentenis van één der wethouders en gedurende reces.

  • 5.

    Het college regelt de vervanging van de burgemeester als voorzitter/lid van het college in geval van diens verhindering of ontstentenis.

  • 6.

    Een lid van het college dat verhinderd is zijn activiteiten uit te oefenen, geeft daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de secretaris.

Artikel 2 Dag en plaats van de vergaderingen

  • 1.

    Het college vergadert in de regel eenmaal per week op een in onderling overleg vast te stellen dag en tijdstip en voorts zo dikwijls de voorzitter of een wethouder het nodig acht.

  • 2.

    Indien een wethouder een extra vergadering nodig acht, verzoekt hij onder opgave van redenen aan de voorzitter deze bijeen te roepen. De secretaris zorgt na overleg met de voorzitter voor een oproep voor deze vergadering onder vermelding van de te bespreken onderwerpen – die zo mogelijk uiterlijk 24 uur van tevoren via de digitale vergadertool of op andere geschikte wijze aan de leden van het college wordt aangeboden.

  • 3.

    De vergaderingen worden als regel in het gemeentehuis gehouden.

  • 4.

    Het college kan besluiten een vergadering geen doorgang te laten vinden.

Artikel 3 Presentie en verhindering

  • 1.

    Wanneer een lid verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de secretaris.

  • 2.

    Wanneer de secretaris verhinderd is een vergadering geheel of gedeeltelijk bij te wonen, geeft hij daarvan kennis aan de voorzitter, alsmede aan degene die de secretaris vervangt.

Artikel 4 Agenda

  • 1.

    Voor elke vergadering wordt als regel de vrijdagmiddag voorafgaand aan de vergadering voor 13:00 uur door de secretaris een kopie van alle collegevoorstellen, welke zijn genummerd, aan de leden van het college via de digitale vergadertool beschikbaar gesteld. In sporadische gevallen en alleen omwille van redenen van spoed worden na vrijdagmiddag nog stukken aan de agenda toegevoegd.

  • 2.

    Aan de hand van de ingebrachte collegevoorstellen wordt door de secretaris een agenda opgesteld.

  • 3.

    De secretaris is verantwoordelijk voor de kwaliteit van de agenda. De kwaliteit heeft mede betrekking op de omvang van de agenda in relatie tot de beschikbare bespreektijd en de tijdigheid van toezending van de stukken.

Artikel 5 Ambtelijke ondersteuning

De secretaris draagt zorg voor al hetgeen binnen de hem opgedragen taak nodig is in het belang van een efficiënt verloop van de vergadering van het college.

Artikel 6 Deelneming derden aan de vergadering

  • 1.

    Het college kan besluiten ambtelijke medewerkers of derden voor een vergadering uit te nodigen om hun mening ten aanzien van een onderwerp te geven dan wel een (nadere) toelichting te geven op een agendapunt. Een besluit daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of één van de leden van het college genomen.

  • 2.

    Op degene(n) die op grond van dit artikel is/zijn toegelaten deel te nemen aan de beraadslaging, zijn de bepalingen van dit reglement van toepassing.

Artikel 7 Stemmingen

  • 1.

    Indien geen van de leden van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

  • 2.

    Indien een lid van het college bij het nemen van een besluit stemming vraagt, wordt mondeling gestemd, tenzij het derde lid wordt toegepast.

  • 3.
    • a.

      Indien een lid van het college dat verlangt, wordt bij het nemen van een besluit over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen gestemd bij gesloten en ongetekende briefjes.

    • b.

      Indien daarbij de stemming beperkt is tot een persoon en de stemmen staken, beslist het lot.

    • c.

      Indien in de overige gevallen bij een eerste stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een tweede stemming plaats tussen de twee personen die bij de eerste stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij die eerste stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de tweede stemming zal plaatshebben. Indien bij de tussenstemming of bij de tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.

Artikel 8 Besluitvorming en verslag

  • 1.

    Het college bestuurt collegiaal en besluit op basis van een ambtelijk advies.

  • 2.

    De burgemeester bewaakt de rollen, de rolinvulling en de kwaliteit van de besluitvorming in het college. De burgemeester wordt hierbij ondersteund door de secretaris.

  • 3.

    Met inachtneming van het bepaalde in artikel 7 komen besluiten tot stand in een collegevergadering.

  • 4.

    De secretaris draagt zorg voor het bijhouden van een besluitenlijst aangaande de collegevergadering.

  • 5.

    De besluitenlijst bevat tenminste:

    • a.

      de namen van de aanwezige en afwezige leden;

    • b.

      de namen van andere personen die hebben deelgenomen aan de beraadslaging;

    • c.

      een formulering van de door het college genomen besluiten.

  • 6.

    Stemverhoudingen worden alleen in de besluitenlijst vermeld als een lid van het college daarom vraagt.

  • 7.

    De besluitenlijst wordt vastgesteld in de vergadering volgend op die waarop de besluitenlijst betrekking heeft.

  • 8.

    De vastgestelde besluitenlijst is openbaar met uitzondering van die collegevoorstellen, waarop uitdrukkelijk aangegeven staat dat deze niet openbaar zijn.

  • 9.

    De secretaris stelt een interne (uitgebreide) besluitenlijst op, evenals een externe besluitenlijst met alle besluiten, met dien verstande dat besluiten met het predicaat “vertrouwelijk” niet worden vermeld op de interne en externe besluitenlijst en besluiten met het predicaat “niet-openbaar” niet worden vermeld op de externe besluitenlijst.

  • 10.

    Het college brengt de vastgestelde besluitenlijst met openbare besluiten als bedoeld in het achtste lid ter kennis van de leden van de raad en de ambtelijke organisatie.

Artikel 9 Besluiten en handelingen tijdens reces

  • 1.

    Indien tijdens een reces onvoldoende collegeleden aanwezig zijn om het voor de vergadering vereiste quorum te behalen, wordt de aanwezige (loco)burgemeester gemandateerd namens het college alle spoedeisende besluiten te nemen en andere handelingen te verrichten. Hij plaatst daartoe zijn paraaf op het conceptbesluit.

  • 2.

    Voor zover de aard van een onderwerp als bedoeld in het eerste lid een zwaarwegend bestuurlijk belang impliceert, dient de gemandateerde tenminste één ander collegelid te raadplegen voordat deze een besluit neemt dan wel een andere handeling verricht. Dit collegelid dient in te stemmen met het besluit of de handeling.

  • 3.

    Onverwijld nadat een besluit is genomen overeenkomstig het bepaalde in de leden 1 en 2 dateert de secretaris het besluit.

  • 4.

    Het besluit wordt geacht te zijn genomen op de datum van dagtekening van de secretaris.

  • 5.

    Voor zover de aard en de inhoud van het krachtens mandaat genomen besluit zich daartegen niet verzetten, draagt de secretaris zorg voor spoedige toezending van dit besluit aan de raad en voor openbaarmaking alsmede bekendmaking van het besluit.

  • 6.

    Een overzicht van tijdens het reces krachtens mandaat genomen besluiten en verrichte handelingen wordt ter kennisneming als bijlage van de besluitenlijst van de eerste collegevergadering na het reces opgenomen.

Artikel 10 Rondvraag

  • 1.

    Elke vergadering kent een rondvraag. De daarin gemaakte afspraken worden vastgelegd door de secretaris.

  • 2.

    In de rondvraag kan een opdracht aan de ambtelijke organisatie worden gegeven om over te definiëren vraagstukken te adviseren.

  • 3.

    In de rondvraag worden in principe geen besluiten genomen.

  • 4.

    De rondvraag is niet openbaar.

Artikel 11 Openbare vergadering

  • 1.

    Het college kan besluiten een openbare vergadering te houden.

  • 2.

    De bepalingen van dit reglement zijn voorzover mogelijk van toepassing op een openbare vergadering.

Artikel 12 Overige bepalingen

Het college kan bijeenkomsten houden waarbinnen geen besluitvorming plaatsvindt, maar waar louter een thema wordt behandeld of informatie wordt verschaft ter voorbereiding op latere besluitvorming.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Dit reglement treedt in werking op de dag na de bekendmaking.

  • 2.

    Op dat moment vervalt het op 6 mei 2014 vastgestelde reglement van de gemeente Katwijk.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college op 10 juli 2018

De secretaris,

dr. G.W.Goedmakers

De burgemeester,

ir. C.L.Visser

Toelichting op het reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van het college

Algemeen

 

Ingevolge artikel 52 Gemeentewet stelt het college een reglement van orde voor zijn vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Onder werkzaamheden wordt blijkens de memorie van toelichting bij de Gemeentewet onder meer verstaan de bekendmaking van besluiten. Ook bijvoorbeeld de onderlinge vervanging tussen de wethouders behoort daartoe.

Artikel 1 Verdeling werkzaamheden en onderlinge vervanging

 

In het eerste lid van dit artikel wordt een onderwerp geregeld zoals dat aan de orde zal zijn in het zogenaamde constituerend beraad, de eerste vergadering van het college direct na de raadsvergadering waarin de wethouders zijn benoemd. Wellicht ten overvloede wordt er op gewezen dat het college als geheel de verantwoordelijkheid draagt voor de uitgeoefende taken, dit ondanks de portefeuilleverdeling en het eventueel gebruikmaken van de mogelijkheid die in artikel 168 Gemeentewet geboden wordt (mandaat aan individuele leden van het college).

 

Naast de verdeling van de werkzaamheden kan de onderlinge vervanging worden geregeld. Door de Wet dualisering gemeentebestuur is het niet meer mogelijk een raadslid aan te wijzen als vervanger van een wethouder. De vervanging zal onderling geregeld moeten worden of, indien mogelijk gezien het aantal wethouders (artikel 36 Gemeentewet), door het (tijdelijk) aanstellen van een extra wethouder. Met het vijfde lid wordt voldaan aan het gestelde in artikel 77 Gemeentewet. Ter wille van de nodige flexibiliteit is gekozen voor een algemene formulering. Het zesde lid is een voorwaarde om de vervangingsprocedure in werking te kunnen zetten.

Artikel 2 Dag en plaats van de vergaderingen

 

Met het eerste en derde lid wordt voldaan aan het gestelde in artikel 53, eerste lid Gemeentewet. Ook hier is weer gekozen voor een algemeen flexibele formulering, waardoor de mogelijkheid bestaat in bijzondere gevallen af te wijken. Uit het tweede deel van het eerste lid en het tweede lid volgt dat ook de burgemeester, als voorzitter van het college (zie artikel 34 Gemeentewet), maar ook een lid van het college ervoor kan zorgen dat een extra vergadering wordt gehouden. De formulering van het bepaalde in het tweede lid houdt overigens niet in dat de burgemeester de bevoegdheid zou toekomen een extra vergadering tegen te houden. De imperatieve formulering van het eerst lid staat daaraan in de weg.

 

Het tweede lid geeft verder de procedure voor een extra vergadering weer.

Artikel 3 Presentie en verhindering

 

Dit artikel is naast een vastlegging van de procedure ook van belang om wellicht al voorafgaand aan de vergadering te kunnen constateren dat het benodigde quorum voor besluitvorming niet gehaald wordt (artikel 56 Gemeentewet). De voorzitter kan dan een nieuwe vergadering beleggen.

Artikel 4 Agenda

 

De rol van de gemeentesecretaris bij de collegevergaderingen wordt in de artikelen 103 en 104 van de Gemeentewet aangegeven. Nadere uitwerking van de taken van de secretaris vindt enerzijds plaats in dit reglement, anderzijds in de voorbeeld organisatiebesluiten waarin de instructie voor de gemeentesecretaris geïntegreerd is opgenomen.

 

In dit artikel wordt aangegeven dat de secretaris verantwoordelijk is voor het doen toekomen van de agenda aan de collegeleden alsmede de kwaliteit van de agenda. Hierbij zal de secretaris al naar gelang de omstandigheden dienen af te wegen of ten aanzien van de spoedeisende onderwerpen van tevoren gecommuniceerd wordt met de collegeleden of dat dit in de vergadering gebeurt.

Artikel 5 en 6 Ambtelijke ondersteuning en deelname van derden aan vergadering

 

Artikel 5 geeft de rol van de gemeentesecretaris weer.

 

Artikel 6 is gebaseerd op artikel 57 en 55 eerste lid Gemeentewet. Deze artikelen geven indirect aan dat het mogelijk is dat naast de collegeleden en de secretaris anderen bij de vergadering aanwezig kunnen zijn. Deze Gemeentewetartikelen geven aan dat de onschendbaarheid en de eventueel opgelegde geheimhouding voor allen aanwezig bij de vergadering geldt.

Artikel 7 Stemmingen

 

In de eerste plaats moet hier worden gewezen op artikel 56 Gemeentewet, dat een regeling bevat met betrekking tot zowel het vergader- als het besluitquorum ten aanzien van de vergaderingen van het college. Hoewel het ingevolge de Memorie van Toelichting bij dit artikel aan het college vrijstaat in het reglement van orde een zwaarder quorumvereiste te stellen, is hiervoor niet gekozen. Het in de wet terzake opgenomen stelsel is daarmee onverkort van toepassing.

 

Ten aanzien van het stemmen wordt opgemerkt, dat in de praktijk slechts zelden wordt gestemd. Hier is gekozen om alleen het meest noodzakelijke te regelen. De opgenomen regeling komt erop neer dat in principe slechts wordt gestemd indien één van de leden dat wenst. In dat geval wordt mondeling gestemd (ook over personen), tenzij ten aanzien van personen om een schriftelijke stemming wordt verzocht. Over zaken wordt dus of niet of mondeling gestemd. Artikel 59 van de Gemeentewet regelt verder hoe te handelen bij het staken van de stemmen over onderwerpen die zaken betreffen.

Artikel 8 Besluitvorming en verslag

 

Dit artikel regelt de taken van burgemeester en secretaris en de wijze waarop de besluitenlijst wordt vastgesteld. Als op grond van artikel 55 van de Gemeentewet door het college een geheimhoudingsplicht is opgelegd, zal ten aanzien van de beraadslaging en eventuele besluiten over dit onderwerp een afzonderlijk verslag moeten worden gemaakt. Dit zal door de secretaris afzonderlijk moeten worden bewaard totdat de geheimhouding is opgeheven.

 

Op grond van artikel 60 Gemeentewet kan de raad regelen van welke beslissingen van het college de raad op de hoogte gesteld wil worden. De openbaarmaking geschiedt op de in de gemeente gebruikelijke wijze.

Artikel 9 Besluiten en handelingen tijdens reces

 

Artikel 168 van de Gemeentewet biedt de mogelijkheid dat het college een of meer leden kan machtigen tot uitoefening van een of meer van zijn bevoegdheden. Deze machtiging wordt uit naam en onder verantwoordelijkheid van het college uitgeoefend. Het college kan daarbij aanwijzingen geven. Deze mandaatverlening aan één of meer leden van het college kan gebruikt worden voor spoedeisende besluiten en handelingen tijdens recesperioden. Met name de zomervakantie kan een zodanig lange periode zijn dat aan een dergelijke bevoegdheid behoefte bestaat. Bij spoedeisende zaken kan gedacht worden aan het aantekenen van bezwaar en/of beroep; een zich plotseling voordoende situatie in de gemeente die moet worden opgelost of een financieel belang dat geen uitstel vergt.

 

In de recesperiode krijgt de fungerend (loco)burgemeester dit mandaat. Mocht hij/zij van oordeel zijn dat er een zwaarwegend bestuurlijk belang met het besluit is gemoeid, dan dient hij tenminste één ander collegelid te raadplegen en met het voorgenomen besluit danwel de voorgenomen handeling te laten instemmen. Na het eind van het reces moet ter informatie een overzicht van de genomen besluiten als bijlage bij de besluitenlijst van het college worden gevoegd.

Artikel 10 Rondvraag

 

Dit artikel behoeft geen nadere uitleg.

Artikel 11 Openbare vergadering

 

Ingevolge artikel 54 Gemeentewet is hoofdregel dat de vergaderingen met gesloten deuren plaatsvinden. Het college kan daar zelf van afwijken. Via artikel 11 wordt dit ook uitdrukkelijk aan het college overgelaten. Indien een vergadering van het college openbaar is, bepaalt het tweede lid van artikel 53 Gemeentewet dat de burgemeester dag, plaats en tijdstip daarvan bekend moet maken.

Artikel 12 Overige bepalingen

 

Dit artikel behoeft geen nadere uitleg.

Artikel 13 Inwerkingtreding

 

Dit artikel behoeft geen nadere uitleg.