Organisatie | Woudrichem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening watertoeristenbelasting 2014 |
Citeertitel | Verordening watertoeristenbelasting 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2013 | 01-01-2015 | Vervangt de Verordening watertoeristenbelasting 2013 | 17-12-2013 Altena Nieuws 27-12-2013 | raadsbesluit nr. 2012-056g, agendapunt 14 | |
18-01-2008 | 16-01-2009 | Vervangt de Verordening Watertoeristenbelasting 2007 | 20-12-2007 Altenanieuws, 10 januari 2008 | Geen. |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
a. vaartuig: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere recreatieve doeleinden;
b. lengte: de lengte over alles;
c. vaste ligplaats: een ligplaats die naar plaatselijk gebruik, zulks ter beoordeling van het college van burgemeester en wethouders, is bestemd voor het regelmatig afmeren of ter anker leggen van een zelfde vaartuig gedurende een periode van tenminste één maand;
d. etmaal: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, aanvangend om 21.00 uur;
e. maand: een aaneengesloten tijdvak van 30 etmalen;
f. seizoen: het tijdvak van 16 april tot en met 16 oktober;
g. schipper: de gezagvoerder van een vaartuig of degene die deze vervangt.
Ter zake van het houden van verblijf binnen de gemeente op vaartuigen waarvoor wegens de aanwezigheid in het watergebied van de gemeente in welke vorm dan ook een vergoeding wordt betaald door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven, wordt onder de naam watertoeristenbelasting een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:
1. van degenen die verblijf houden aan boord van:
a. een vaartuig dat is ingericht en wordt gebruikt tot verpleging of verzorging van zieken, van gebrekkigen, van hulpbehoevenden of van bejaarden;
b. kano's, roei- en volgboten;
c. een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijk watergebied bevindt.
2. waarvoor de gemeente belasting heft ingevolge de Verordening toeristenbelasting 2014.
3. van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal etmalen dat verblijf is gehouden. Voor de toepassing van dit artikel wordt een gedeelte van een etmaal voor een vol etmaal gerekend.
Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing
Ter zake van vaartuigen met een vaste ligplaats wordt, indien een belastingplichtige als bedoeld in artikel 3, eerste lid, is aangewezen:
a. het aantal personen dat verblijf heeft gehouden bepaald op:
- drie, bij een vaartuig met een lengte van ten hoogste 8 meter;
- vier, bij een vaartuig met een lengte van meer dan 8, doch ten hoogste 12 meter;
- vijf, bij een vaartuig met een lengte van meer dan 12 meter;
b. het aantal etmalen dat door de onder a bedoelde personen verblijf is gehouden bepaald op 24.
De belastingplichtige die niet binnen zes weken na afloop van het belastingtijdvak is uitgenodigd voor het doen van aangifte of aan wie niet binnen zes maanden na afloop van het belastingtijdvak een aanslag is opgelegd, is gehouden binnen een maand na afloop van die zes maanden bij de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde ambtenaar een schriftelijk verzoek in te dienen om te worden uitgenodigd tot het doen van aangifte.
Een belastingaanslag wordt niet opgelegd als het aantal etmalen dat gelegenheid tot verblijf wordt of is gegeven, gedurende het belastingtijdvak minder dan vijftien zal of heeft belopen.
Artikel 13 Termijn van betaling
De aanslag moet worden betaald binnen dertig na de dagtekening van het aanslagbiljet.
Artikel 14 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de watertoeristenbelasting.
De belastingplichtige bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening gelegenheid tot verblijf verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b en d, van de Gemeentewet.