Organisatie | Oud-Beijerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Oud-Beijerland houdende regels omtrent de Biz-bijdrage en subsidie Verordening bedrijveninvesteringszone (biz) Beijerse Hof |
Citeertitel | Verordening bedrijveninvesteringszone (biz) Beijerse Hof |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald, uiterlijk 3 maanden na dagtekening van het aanslagbiljet (Gemeenteblad 2018, 119568).
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen (Gemeenteblad 2018, 119568).
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 01-01-2021 | aanhangig | 21-11-2017 | V101109 |
De raad van de gemeente Oud-Beijerland;
Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2017 gelet op artikel 1, eerste, derde en vierde lid, artikel 2, eerste, tweede, derde en vijfde lid en artikel 7, eerste en vierde lid, van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;
gelet op de tussen de gemeente Oud-Beijerland en de Stichting Winkelcentrum Beijerse Hof gesloten uitvoeringsovereenkomst van 8 november 2017;
Verordening op de heffing en de invordering van een Biz-bijdrage en op de subsidie voor de Bedrijveninvesteringszone Beijerse Hof
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
Biz-bijdrage: een belasting die wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten die zijn gericht op activiteiten in de openbare ruimte en op het internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Hoofdstuk II Belastingbepalingen
Artikel 3 belastbaar feit en aard van de belasting
De Biz-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Voor de toepassing van het eerste lid wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld; degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.
Indien een belastingobject zaak bij het begin van het kalenderjaar geen gebruiker kent, wordt de BIZ-bijdrage geheven van de eigenaar die van die zaak het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht heeft. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld.
Artikel 6 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Vrijgesteld van de Biz-bijdrage zijn:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
belastingobjecten die uitsluitend worden beheerd door een vereniging of stichting die geen onderneming drijft, voor zover de objecten in hoofdzaak bestemd en in gebruik zijn voor het geven van onderwijs, voor club- en buurthuiswerk, voor de beoefening van sport, kunst, cultuur of voor andere activiteiten van sociale of culturele aard;
Hoofdstuk III Subsidiebepalingen
Op subsidies als bedoeld in artikel 13 is de ‘Subsidieverordening Oud-Beijerland 2017’ niet van toepassing.