Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING wet werk en inkomen kunstenaars gemeente Lelystad |
Citeertitel | Verordening Wet werk en inkomen kunstenaars gemeente Lelystad |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet werk en inkomen kunstenaars, art. 21, lid 1 en 4
1.Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-08-2007 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 01-06-2006 Flevopost, 15 augustus 2007 | Nr. B06.00592 |
De raad van de gemeente Lelystad,
op voorstel van het college van de gemeente Lelystad d.d. 25 april 2006;
gelet op artikel 21 lid 1 en lid 4 van de Wet werk en inkomen kunstenaars,
overwegende, dat op grond van artikel 21, lid 4, van de Wet werk en inkomen kunstenaars, de gemeente bij verordening regels moet stellen met betrekking tot het ondersteunen van kunstenaars bij de arbeidsinschakeling in het kader van de uitoefening van een gemengde beroepspraktijk,
vast te stellen de navolgende:
Het college kan de in artikel 2 bedoelde persoon, gedurende de periode waarin de kunstenaar een uitkering op grond van de WWIK ontvangt, op diens verzoek een voorziening aanbieden als bedoeld in de Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand gemeente Lelystad 2005, indien die voorziening is gericht op het bevorderen van de arbeidsinschakeling in het kader van het opbouwen van een gemengde beroepspraktijk, of het wegnemen van belemmeringen voor de arbeidsinschakeling.
De gemeente Lelystad voert als centrumgemeente de WWIK uit voor de kunstenaars die woonachtig zijn in de provincie Flevoland, dus in de gemeenten Almere, Zeewolde, Dronten, Noordoostpolder, Urk en Lelystad. Artikel 2 bepaalt dat de verordening zich beperkt tot de kunstenaars die een uitkering op grond van de WWIK ontvangen, alsmede hun echtgenoten.
Artikel 3. Bevoegdheid college
Het tweedelid bepaalt dat de noodzaak van de voorziening moet zijn vastgesteld door Kunstenaars & Co. Deze bepaling stoelt op artikel 35, lid 1, sub c WWIK, welk artikellid bepaalt dat het tot de taken van Kunstenaars & Co behoort om de gemeenten van advies te dienen over de vraag of het aanbieden van een voorziening als bedoeld in artikel 21 WWIK noodzakelijk is.
Artikel 4. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule
Dit artikel geeft het college de bevoegdheid te beslissen in de gevallen waarin de verordening niet voorziet. Ook mag het college afwijken van de bepalingen in de verordening indien de onverkorte toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard zou leiden.