Organisatie | Reusel-De Mierden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang Reusel-De Mierden |
Citeertitel | Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang Reusel-De Mierden |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp | Onderwijs en wetenschap |
Externe bijlage | Toelichting |
Deze beleidsregels vervangen de beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-05-2018 | 01-01-2018 | 30-01-2021 | Nieuwe regeling | 24-04-2018 | BW.18-126 |
Deze beleidsregels zijn van toepassing op de handhaving naar aanleiding van overtreding van de bij of krachtens de Wet kinderopvang gestelde regelgeving.
Hoofdstuk 2 Herstellend traject
Indien gebleken is dat een houder van een kindercentrum, een gastouderbureau of voorziening voor gastouderopvang niet voldoet aan één of meer kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang en alle onderliggende regelgeving, start het college in beginsel een handhavingstraject. Dit traject is gericht op beëindiging van de overtreding(en) en voorkoming van herhaling hiervan.
Artikel 5 Verwijdering registratie
Indien het ingezette traject tot herstel niet heeft geleid tot beëindiging van de overtreding(en) kan overgegaan worden tot het intrekken van de toestemming tot exploitatie en verwijdering van de registratie uit het landelijk register kinderopvang (stap 4). Het intrekken van de toestemming tot exploitatie geschiedt door middel van een beschikking overeenkomstig artikel 1.46 lid 5 en 6 Wet kinderopvang. Aansluitend wordt de registratie verwijderd uit het landelijk register kinderopvang-.
Hoofdstuk 3 Bestraffend traject
Artikel 6 Bevoegdheid opleggen bestuurlijke boete
Indien de houder een aanwijzing onderscheidenlijk een bevel als bedoeld in artikel 1.65 van de Wet kinderopvang of een vordering tot medewerking als bedoeld in artikel 5:20 Algemene wet bestuursrecht niet nakomt dan wel handelt in strijd met een verbod krachtens artikel 1.66 van voormelde wet kan het college een bestuurlijke boete opleggen van ten hoogste € 45.000,-.
Hoofdstuk 4 Uitzonderingssituaties
Artikel 11 Afwijking van hersteltermijnen
Van de hersteltermijnen in artikel 4, vierde lid, kan gemotiveerd worden afgeweken door het college.