Organisatie | Giessenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening beschermd wonen en opvang 2018 Molenlanden gemeente Giessenlanden (verwerking 1e wijziging verordening 2017) |
Citeertitel | Verordening beschermd wonen en opvang Molenlanden 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
wet Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-05-2018 | 01-01-2018 | 01-01-2019 | vervangt de Verordening beschermd wonen en opvang Gemeente Giessenlanden 2017 | 28-03-2018 | 18-22893 |
De raden van de gemeenten Giessenlanden en Molenwaard
(ieder binnen de eigen bevoegdheid);
gelezen het voorstel van de gezamenlijke colleges van Giessenlanden en Molenwaard (ieder binnen de eigen bevoegdheid) over bovenstaand onderwerp;
vast te stellen de volgende ‘Verordening beschermd wonen en opvang 2018 Molenlanden’
(waarmee de Verordening beschermd wonen en opvang 2017 gemeente Giessenlanden, de Verordening beschermd wonen en opvang 2017 gemeente Molenwaard en de 1e wijziging op beide verordeningen zijn samengevoegd tot één nieuwe geharmoniseerde Verordening).
Artikel 2.2 Cliëntondersteuning
Het college wijst cliënten die een melding doen en hun mantelzorgers op de mogelijkheid zich gedurende de procedure desgewenst te laten bijstaan door een onafhankelijke cliëntondersteuner.
Artikel 2.3 Onderzoek en gesprek
Het college vraagt voor het gesprek aan de cliënt alle gegevens en bescheiden die voor het onderzoek nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen, te verschaffen. Hiertoe behoort in ieder geval een identificatiedocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, tenzij het college daarover al beschikt.
De aanvraag voor een maatwerkvoorziening moet door of namens de cliënt schriftelijk worden ingediend door middel van een door het college vastgesteld aanvraagformulier of een ondertekend onderzoeksverslag.
Hoofdstuk 3 BEOORDELING AANSPRAAK OP MAATWERKVOORZIENING
Artikel 3.1 Uitgangspunt bij beoordeling maatwerkvoorziening
Het college neemt het onderzoeksverslag, en indien aanwezig het ondersteuningsplan, als uitgangspunt bij de beoordeling van de aanspraak voor een maatwerkvoorziening.
Er bestaat aanspraak op een maatwerkvoorziening:
indien deze een passende bijdrage levert aan het voorzien in de behoefte van de cliënt aan beschermd wonen en opvang en aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat wordt gesteld zich zo snel mogelijk weer op eigen kracht, of indien dit niet mogelijk is voor cliënt, met een toenemende mate van zelfredzaamheid, te handhaven in de samenleving.
Artikel 3.3 Criteria Beschermd wonen
In afwijking van artikel 3.2, eerste lid, onderdeel b verstrekt het college voor beschermd wonen een zo licht mogelijk passende voorziening, eventueel aangevuld met dagbesteding. Indien meerdere voorzieningen passen zijn en dezelfde zwaarte hebben, verstrekt het college de goedkoopste van de passende voorzieningen.
Artikel 3.4 Criteria 24-uursopvang
De cliënt komt in aanmerking voor 24-uursopvang, indien hij, onverminderd de in de wet en de verordening genoemde criteria, voldoet aan alle volgende criteria:
Hoofdstuk 4 PERSOONSGEBONDEN BUDGET
Artikel 4.1 Criteria persoonsgebonden budget
Het college weigert de verlening van een persoonsgebonden budget:
Hoofdstuk 6 BEËINDIGING, HERZIENING, INTREKKING EN TERUGVORDERING
Het college kan, onverminderd artikel 2.3.10 van de wet, een toegekende aanspraak op een maatwerkvoorziening geheel of gedeeltelijk beëindigen of opschorten, indien:
Artikel 6.2 Herziening en intrekking
Het college kan, onverminderd artikel 2.3.10 van de wet, een besluit tot toekenning van een aanspraak op een maatwerkvoorziening geheel of gedeeltelijk herzien of intrekken indien:
Hoofdstuk 7 BESTRIJDING MISBRUIK OF ONEIGENLIJK GEBRUIK
Het college voert een actief fraudepreventiebeleid. Onderdeel van dit beleid is dat het college cliënten informeert over de rechten en plichten die aan het ontvangen van een maatwerkvoorziening zijn verbonden en over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik daarvan. Ter controle van het beroep op algemene- en maatwerkvoorzieningen wordt onder meer gebruik gemaakt van bestandsvergelijkingen met actuele gegevens en van de samenloopsignalen die daaruit voortkomen.
Het college kan onderzoek doen naar de rechtmatigheid van de maatwerkvoorziening en kan daarbij onder meer gebruikmaken van huisbezoeken, risicoprofielen en bestandsvergelijkingen en de samenloopsignalen die daaruit voortkomen. Het college kan daarnaast overige signalen en tips die relevant zijn voor de aanspraak op een maatwerkvoorziening onderzoeken.
Het college kan onderzoek doen naar de reden van de beëindiging van de aanspraak op een maatwerkvoorziening en op basis daarvan besluiten nemen met betrekking tot de rechtmatigheid van de maatwerkvoorziening en de wederzijds tussen het college en de cliënt resterende verplichtingen en de afhandeling daarvan.
Artikel 8.2 Prijs-kwaliteitverhouding
Hoofdstuk 10 BURGERPARTICIPATIE
Artikel 10.1 Betrekken van ingezetenen bij het beleid
Het college betrekt ingezetenen van de gemeente, waaronder in ieder geval cliënten of hun vertegenwoordigers, bij de voorbereiding van het beleid betreffende beschermd wonen en opvang, overeenkomstig de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet gestelde regels met betrekking tot de wijze waarop inspraak wordt verleend.
Het college stelt ingezetenen vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid betreffende beschermd wonen en opvang te doen, advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen betreffende beschermd wonen en opvang, en voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.
Artikel 11.1 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen bij de verstrekking van maatwerkvoorzieningen op verzoek van de cliënt ten gunste van de cliënt afwijken van de bepalingen van deze verordening en de daarop gebaseerde regels, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Evaluatie van het door het college gevoerde beleid vindt plaats via de reguliere bestuursrapportages van het college.
De Verordening beschermd wonen en opvang 2017 gemeente Giessenlanden en de Verordening beschermd wonen en opvang 2017 gemeente Molenwaard blijven van toepassing ten aanzien van een op grond daarvan genomen besluit totdat het college, onder intrekking van dit besluit, een nieuw besluit op grond van de Verordening beschermd wonen en opvang heeft genomen.