Organisatie | De Ronde Venen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Procedureregeling functiebeschrijving en -waardering gemeente De Ronde Venen |
Citeertitel | Procedureregeling functiebeschrijving en -waardering gemeente De Ronde Venen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-05-2018 | Nieuwe regeling | 20-03-2018 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen;
dat bij besluit van 20 maart 2018 is vastgelegd dat de gemeente De Ronde Venen per 1 juli 2015 voor het beschrijven en waarderen van functies aansluiting zoekt bij het sectorale functiewaarderingssysteem HR21 en terzake een licentieovereenkomst heeft gesloten;
dat het noodzakelijk is dat in lijn met de uitgangspunten van HR21 een nieuwe procedureregeling, afgestemd op een generieke wijze van beschrijven en waarderen, wordt vastgesteld;
het bepaalde in de Bezoldigingsregeling van de gemeente De Ronde Venen;
de instemming van de ondernemingsraad d.d. 27 november 2014 met betrekking tot de aansluiting bij het systeem van HR21;
de bereikte overeenstemming in de Commissie voor Georganiseerd Overleg van 22 november 2017 terzake de inhoud van deze regeling;
Het samenstel van taken en/of werkzaamheden dat, afgeleid uit de taakstelling van de organisatie, is opgedragen aan een functiehouder
De normbeschrijving dan wel de lokale functiebeschrijving die een resultaatgerichte weergave is van aard, overwegend karakter, niveau en complexiteit van taken.
De generieke functiebeschrijving zoals opgenomen in het normbestand van HR21. De normbeschrijving is voorzien van een vaste waardering (puntenreeks).
De volgens het format van HR21 lokaal gewijzigde normbeschrijving of toegevoegde (nieuwe) functiebeschrijving.
Het bepalen van de relatieve functiewaarde van een functiebeschrijving aan de hand van de in HR21 vastgelegde waarderingsmethode.
Het college van burgemeester en wethouders.
De bestuurder in de zin van de Wet op de ondernemingsraden (WOR).
De algemeen directeur/gemeentesecretaris.
Directie- & Managementteam (DMT):
De algemeen directeur/gemeentesecretaris en de afdelingshoofden.
Een door de systeemhouder (VNG) erkend deskundige inzake de ontwikkeling, toepassing en werking van HR21.
De volgens de normering van de extern deskundige opgeleide lokale gebruiker die geautoriseerd is om te werken met HR21.
De adviescommissie zoals bedoeld in artikel 6 van deze regeling.
ARTIKEL 2: VASTSTELLING FUNCTIEBESCHRIJVINGEN
De bestuurder, of in opdracht de directeur of het DMT, selecteert (in samenspraak met de externe deskundige en/of een gecertificeerde gebruiker) per functie een normbeschrijving uit HR21. Indien de normbeschrijving voor de functie onvolledig is, dan wel er is geen normbeschrijving beschikbaar, dan wordt een lokale functiebeschrijving opgesteld.
De geselecteerde normbeschrijving(en) en/of lokale functiebeschrijving(en), wordt/worden besproken binnen het DMT en door of namens de bestuurder voorlopig vastgesteld. De voorlopig vastgestelde functiebeschrijving(en) wordt/worden door de bestuurder ter informatie aangeboden aan de ondernemingsraad (OR).
Indien sprake is van een organisatie brede functiebeschrijvingsronde, of indien sprake is van een organisatorische verandering zoals bedoeld in artikel 25 lid 1 van de WOR, dan stelt de bestuurder de OR in de gelegenheid advies uit te brengen over de voorgenomen vaststelling van de functiebeschrijvingen. Artikel 25 lid 2 tot en met 6 en artikel 26 WOR zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing.
Met inachtneming van het bepaalde in lid 2 of 3, legt de bestuurder de functiebeschrijvingen ter vaststelling voor aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag stelt de aldus voor de gemeentelijke functies tot stand gekomen (norm- en lokale) functiebeschrijvingen bij algemeen verbindend voorschrift vast.
ARTIKEL 3: VASTSTELLING WAARDERINGEN
De waarderingsresultaten van de lokale functiebeschrijvingen worden, indien deze zijn gewaardeerd door de gecertificeerd gebruiker, eerst ter toetsing aangeboden aan de externe deskundige en daarna aan het managementteam. Als de waarderingsresultaten zijn gewaardeerd door de extern deskundige, worden deze ter toetsing aangeboden aan het managementteam.
De waarderingsresultaten worden opgenomen in een eindadvies functiewaardering aan het bevoegd gezag. Het eindadvies wordt opgesteld door de gecertificeerd gebruiker dan wel door de extern deskundige die de (lokale) functiebeschrijvingen heeft gewaardeerd. Het waarderingsadvies bevat in ieder geval:
Het bevoegd gezag stelt de waarderingen vast met inachtneming van het eindadvies functiewaardering. Afwijking van het advies kan slechts plaatsvinden op basis van zwaarwegende argumenten. Het bevoegd gezag stelt de waarderingen van de lokale functiebeschrijvingen en normbeschrijvingen bij algemeen verbindend voorschrift vast.
ARTIKEL 4: VASTSTELLING CONVERSIETABEL
Het bevoegd gezag stelt op basis van de vastgestelde gemeentelijke salarisstructuur, na verkregen overeenstemming binnen de commissie voor Georganiseerd Overleg, een conversietabel vast. Wijziging van de gemeentelijke salarisstructuur vindt niet plaats zonder overeenstemming binnen de commissie voor Georganiseerd Overleg.
ARTIKEL 5: VOORBEREIDING INDELINGSADVIES, INDELINGSBESLUIT, BEZWAAR EN BEROEP
Het bevoegd gezag maakt aan de functiehouder schriftelijk bekend welke (norm- of lokale) functiebeschrijving zij voornemens is op de functie van toepassing te verklaren (indelingsbesluit). In het voorgenomen indelingsbesluit zijn tevens de gevolgen opgenomen voor de inschaling, het salaris en/of de bezoldiging.
De functiehouder wordt in de gelegenheid gesteld zijn/haar zienswijze over de indeling van de norm- of lokale functiebeschrijving kenbaar te maken. De termijn voor het kenbaar maken van de zienswijze bedraagt vier weken. De zienswijze wordt schriftelijk en gemotiveerd kenbaar gemaakt aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag legt de zienswijze ter advisering voor aan de directeur, het DMT en de extern deskundige.
Na het verstrijken van de termijn als bedoeld in lid 3, maakt het bevoegd gezag, indien van toepassing na kennisneming van de ingediende zienswijze(n) van de functiehouder(s) en het advies van de directeur, schriftelijk en gemotiveerd aan de functiehouder bekend in welke functiebeschrijving de functie van de functiehouder is ingedeeld en welke de gevolgen zijn voor de inschaling, het salaris en/of bezoldiging. Deze mededeling is een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. Tegen dit besluit kan de functiehouder binnen zes weken schriftelijk en gemotiveerd bezwaar maken bij het bevoegd gezag.
ARTIKEL 8: WIJZIGING FUNCTIEBESCHRIJVINGEN
Bij wijziging van de structuur, taken of doelstellingen van de organisatie wordt, onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, door of namens de bestuurder bezien of de vastgestelde functiebeschrijvingen volledig en/of toereikend zijn. Het selecteren, wijzigen of opstellen van nieuwe functiebeschrijvingen verloopt volgens de procedure als beschreven in artikel 2.