Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Koggenland houdende regels omtrent leerlingenvervoer Leerlingenvervoer gemeente Koggenland 2017

Inleiding

Er ligt een strikt wettelijke opdracht voor gemeenten als het gaat om leerlingenvervoer. Dat is wezenlijk anders dan bijvoorbeeld bij de Wmo, waarin het nadrukkelijk ook gaat om het zelforganiserend vermogen van burgers.

In de algemene toelichting op VLK is de wettelijke verplichting omtrent het leerlingenvervoer beschreven. Er zijn echter situaties denkbaar waarin de daarin genoemde wetten en VLK niet voorzien, maar waarvoor het college van de gemeente Koggenland toch duidelijkheid wil verschaffen. Het betreft de volgende zaken:

Maatwerksituaties

Onderwijs in combinatie met dagbehandeling

Voor vervoer naar zorginstellingen zijn in eerste instantie de Jeugdwet 2015 en de Wet Langdurige Zorg van toepassing. Indien een leerling echter onderwijs volgt op of nabij een zorginstelling, kan het college besluiten:

• -

  dat de ouders in aanmerking kunnen komen voor een (gedeeltelijke) tegemoetkoming in de kosten, of

• -

  dat (gecombineerd) vervoer per aangepast vervoer de meest passende en voor de gemeente goedkoopste vorm van vervoer is.

Voorwaarde is dat het moet gaan om onderwijs in de zin van onderwijswetgeving. De instelling die het onderwijs verzorgt, moet dus een “school” zijn. Hierbij geldt, op grond van de VLK, dat de gemeente vervoert volgens het schoolplan, dus in aansluiting op het begin en einde van de schooldag. Krijgen de leerlingen voor, tijdens of na schooltijd zorg/behandelingen, dan zijn toch de schooltijden leidend voor het leerlingenvervoer.

Beveiligd vervoer in de gesloten jeugdhulp valt niet onder het leerlingenvervoer.

Buitenschoolse opvang

Vervoer naar buitenschoolse opvang is geen wettelijke verplichting voor de gemeente. Het vervoer naar de buitenschoolse opvang of andere opvangadressen valt daarom niet onder de verordening en dus ook niet onder de gemeentelijke verantwoordelijkheid.

Het college kan echter besluiten het vervoer toch te fiatteren.

Op verzoek van de ouder/verzorger is vervoer naar buitenschoolse opvang mogelijk indien:

• -

  de leerling een school buiten Koggenland bezoekt; en

• -

  het adres op de route van huis naar school (of andersom) ligt en maximaal 1 kilometer (enkele reisafstand) moet worden omgereden; en

• -

  geen plaatsing in een ander (taxi)busje noodzakelijk is; en

• -

  de opvang op een vast adres en vaste dagen per week, of volgens rooster, plaatsvindt volgens een ruim van tevoren aangegeven schema.

Er is géén vervoer naar buitenschoolse opvang mogelijk indien:

• -

  de leerling een school én buitenschoolse opvang binnen Koggenland bezoekt, tenzij de leerling gebruik maakt van de Nieuwkomersklas.

• -

  de indicatie voor het vervoer valt onder de Jeugdwet (bijvoorbeeld zorginstellingen).

(Let wel: het gaat hier alleen om buitenschoolse opvang en niet om verblijf in een instelling, dan is het namelijk een tweede woonadres en valt het wel onder het vervoer).

Symbiose

Wanneer een leerling van een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs gedurende tenminste 180 minuten per week onderwijs volgt op een basisschool, een speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs, is er sprake van symbiose (zie toelichting art. 3 in VLK).

Vervoer tussen scholen of schoollocaties onderling gedurende de schooldag valt niet onder het leerlingenvervoer.

Tijdelijke handicap

• 1.

  Als sprake is van een tijdelijke handicap tot drie maanden, bestaat geen aanspraak op leerlingenvervoer.

• 2.

  Als sprake is van een tijdelijke handicap die langer duurt dan drie maanden, kan de leerling mogelijk tijdelijk in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening.

  De te verwachten periode van de tijdelijke handicap dient aangetoond te worden door middel van een schriftelijk bewijsstuk dat wordt afgegeven door de medisch specialist of behandelend arts.

  Het college behoudt zich het recht voor het advies van andere deskundigen bij de beoordeling te betrekken.

  De kosten van de verklaring(en) en het eventuele advies zijn voor rekening van de aanvrager.

• 3.

  Het vervoer wordt toegekend voor een beperkte periode, afhankelijk van de aard en ernst van de handicap. Na afloop van de periode waarover de vervoersvoorziening is toegekend kan, op initiatief van de aanvrager, worden beoordeeld of een vervoersvoorziening mogelijk nog langer noodzakelijk is.

Onderwijs waarvoor een vervoersvoorziening niet mogelijk is

Deeltijdklas:

Sommige leerlingen van het reguliere basisonderwijs gaan een aantal uren of dagdelen per week naar een andere school dan de school waarop zij staan ingeschreven. Het gaat hierbij om voor hen noodzakelijke extra ondersteuning of uitdaging die de eigen school niet kan bieden (deeltijdklas), bijvoorbeeld op het terrein van taal, rekenen of hoogbegaafdheid.

In het kader van passend onderwijs is de school waar de leerling oorspronkelijk staat ingeschreven, verantwoordelijk voor het vervoer én de kosten daarvan.

Overige bepalingen

Toestemming college

Team Doelgroepenvervoer (TDV) regelt slechts vervoer voor leerlingen waarvoor het college toestemming heeft gegeven.

Regels met betrekking tot het vervoer

Op deze beleidsregel is het “Reglement” van toepassing zoals dat is opgenomen op de website Leerlingenvervoerwestfriesland.nl

Klachtafhandeling

Eventuele klachten over het georganiseerd vervoer worden ingediend bij TDV. Deze is verantwoordelijk voor de afhandeling van de klacht.

Citeertitel en in werking treden

Dit besluit wordt aangehaald als: beleidsregel “Leerlingenvervoer gemeente Koggenland 2017".

De beleidsregel treedt in werking met terugwerkende kracht tot 1 mei 2017.