Organisatie | Flevoland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent innovaties Nadere regels 'Innovatiefonds Bibliotheekfunctie Flevoland 2018 - 2021' |
Citeertitel | Nadere regels 'Innovatiefonds Bibliotheekfunctie Flevoland 2018 - 2021' |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-04-2018 | 01-01-2022 | nieuwe regeling | 17-04-2018 | 2223970 |
Gedeputeerde Staten maken gelet op het bepaalde in artikel 136, eerste lid van de Provinciewet bekend dat zij in hun vergadering van 17 april 2018 onder nummer 2221982 hebben vastgesteld:
Nadere regels ‘Innovatiefonds Bibliotheekfunctie Flevoland 2018-2021’
Gedeputeerde Staten van Flevoland,
zij in hun vergadering van 21 juli 2017 (kenmerk 2090753) hebben besloten om een provinciaal innovatiefonds op te richten;
dit innovatiefonds tot doel heeft om door het verstrekken van een financiële bijdrage de verdere innovatie van de bibliotheekfunctie in Flevoland te stimuleren;
zij deze stimulering plaats willen laten vinden door het beschikbaar stellen van subsidie voor experimentele, innovatieve projecten en activiteiten van bibliotheken en haar partners die de innovatiekracht van de bibliotheekfunctie in Flevoland versterken en stimuleren, zodat de bibliotheken in Flevoland modern en maatschappelijk relevant blijven;
de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 een procedureel kader geeft voor subsidiering van activiteiten die passen in het provinciaal beleid;
in deze Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid is toegekend om nadere regels vast te stellen die onder meer betrekking hebben op subsidiecriteria;
het wenselijk is om voor het beschikbaar stellen van bovengenoemde subsidie deze nadere regels vast te stellen;
gelet op het bepaalde in artikel 2, tweede lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012,
Artikel 2. Reikwijdte nadere regels
Deze nadere regels zijn van toepassing op subsidies die Gedeputeerde Staten kunnen verstrekken om de innovatie van de bibliotheekfunctie in Flevoland te stimuleren en de doorgroei en uitrol van kansrijke innovatieve initiatieven te stimuleren.
Artikel 3. Doel van de nadere regels
Deze nadere regels hebben tot doel om aan potentiële aanvragers duidelijkheid te verschaffen over de inhoudelijke criteria waaraan subsidieaanvragen worden getoetst.
Gedeputeerde Staten kunnen, wanneer het provinciaal beleid dit mogelijk maakt, op grond van deze nadere regels een incidentele subsidie verstrekken voor een periode van maximaal 4 jaar.
Artikel 9. Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op de in te dienen gegevens op grond van art. 13 van de ASF 2012 worden bij de aanvraag de volgende gegevens overlegd:
Artikel 10. Algemene verplichtingen
In aanvulling op Artikel 18 tot en met 21 van de ASF 2012 heeft de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:
De subsidieontvanger doet bij aanvaarding van de subsidie in het kader van intellectuele eigendomsrechten afstand van het naburig recht, hetgeen inhoudt dat derden in Flevoland en Nederland in het kader van opschaling van de activiteit het recht hebben deze activiteit te herscheppen en aldus aan te passen aan de eigen situatie. Dit om een provinciale uitrol van het project mogelijk te maken.
Wanneer de subsidieontvanger ten behoeve van de te subsidiëren activiteiten bepaalde werken door derden laat creëren, is de subsidieontvanger verplicht om in een contract af te spreken dat deze derde partij(en) de intellectuele eigendomsrechten die op deze werken ontstaan aan de subsidieontvanger overdraagt.
Artikel 11. Specifieke verplichtingen
De subsidieontvanger van een A project is verplicht:
Een keer per jaar, op de in de subsidiebeschikking genoemde datum, een tussentijds rapportage bij Gedeputeerde Staten in te dienen, waarin de voortgang ten opzichte van de doelstellingen wordt beschreven en eventuele aanpassingen in het meerjarenplan aan bod komen. Daarbij wordt tevens een jaarplan voor het komende jaar gevoegd, met een uitwerking op projectniveau.
Artikel 13. Subsidiecriteria A en B projecten en puntensysteem B projecten
Om voor een subsidie in aanmerking te kunnen komen moet het project waarvoor subsidie wordt gevraagd voldoen aan de volgende subsidiecriteria:
Aan de bovengenoemde criteria zijn wanneer het B projecten betreft punten gekoppeld, per criterium kent de in artikel 14 Genoemde adviescommissie een aantal punten toe.
Het project heeft de potentie om te worden opgeschaald binnen de provincie Flevoland. | |
Het project heeft de potentie om te worden opgeschaald binnen het landelijk netwerk van bibliotheken. |
Aan de bovenstaande criteria zijn punten gekoppeld. Per criteria kent de door Gedeputeerde Staten in te stellen adviescommissie een aantal punten toe. Om voor subsidie in aanmerking te komen moet een aanvraag minimaal 5 punten scoren en in ieder geval een voldoende hebben op de criteria innovatieve kwaliteit, impact en samenwerking.
Bij onvoldoende budget worden de voor subsidie in aanmerking komende aanvragen op basis van het aantal toegekende punten gerangschikt. De aanvraag met de meeste punten wordt als eerste (gedeeltelijk) gehonoreerd en zo verder tot het subsidieplafond is bereikt. Voor wat betreft het advies over de hoogte van de honorering is de adviescommissie gemachtigd hiertoe jaarlijks een andere methode te hanteren, passend bij het aantal en de kwaliteit van de ingediende aanvragen van het betreffende jaar.
Artikel 14. procedure en adviescommissie
Bij een subsidieaanvraag gaan Gedeputeerde Staten eerst na of de aanvraag compleet is en past binnen de onderhavige nadere regels ‘Innovatiefonds Bibliotheken’. Indien dit het geval is, wordt de aanvraag voor advies voorgelegd aan een door Gedeputeerde Staten in te stellen adviescommissie. In het instellingsbesluit regelen Gedeputeerde Staten ook de wijze van besluitvorming in de adviescommissie over het uit te brengen advies.
Deze door Gedeputeerde Staten in te stellen commissie bestaat uit maximaal vijf leden, te weten:
De adviescommissie wordt ondersteund door een ambtelijk secretaris.
De adviescommissie weegt de aanvragen van de B projecten binnen het beschikbare budget integraal tegen elkaar af aan de hand van de onder artikel 13 genoemde subsidiecriteria en het puntensysteem. Op basis van het advies van de adviescommissie nemen Gedeputeerde Staten een besluit over de aanvraag.
De adviescommissie geeft over de A projecten advies aan Gedeputeerde Staten in hoeverre de aanvraag bijdraagt aan de innovatiekracht, de impact, het samenwerkingsverband en de landelijke innovatieagenda van de K.B. en SPN en maakt daarbij gebruik van het puntensysteem. Op basis van het advies van de adviescommissie nemen Gedeputeerde Staten een besluit over de aanvraag. Daarnaast winnen GS het advies van de adviescommissie in bij de beoordeling van de in artikel 11, 1e lid, sub a genoemde tussenrapportage, projectevaluaties en jaarplannen.
In 2020 worden de nadere regels tussentijds geëvalueerd. De resultaten van deze evaluatie kunnen aanleiding geven tot wijzigingen van deze nadere regels.
Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Flevoland van 17 april 2018
de secretaris, de voorzitter.
De secretaris van Gedeputeerde Staten van Flevoland
Deze nadere regels vloeien voort uit de transitie van de bibliotheekfunctie in Flevoland en de veranderende bibliotheekwet. Sinds 1 januari 2015 is de Wet Stelsel Openbare Bibliotheekvoorzieningen (WSOB) van kracht. Hierin zijn de rol en verantwoordelijkheden van de verschillende overheidslagen vastgelegd. Met het ingaan van deze wet zijn de taken van de provincie ingrijpend gewijzigd. Kort samengevat zijn de wettelijke provinciale taken: distributie, netwerktaken en innovatie. Provincie Flevoland heeft op basis van deze nieuwe bibliotheekwet en de actuele maatschappelijke en technologische ontwikkelingen besloten om de ondersteuning van de bibliotheken in Flevoland anders in te richten. Voor het uitvoeren van de distributie- en netwerktaken gaat zij een subsidierelatie aan met het samenwerkingsverband van Flevolandse Bibliotheken. Voor het uitvoeren van de innovatietaak richt zij een innovatiefonds in beheer bij de provincie.
Een bestuursorgaan mag op grond van de subsidietitel van de Algemene wet bestuursrecht slechts subsidie verstrekken op grond van een wettelijk voorschrift dat regelt voor welke activiteiten subsidie kan worden verstrekt. Binnen de provincie Flevoland is dit de Algemene Subsidieverordening Flevoland (ASF 2012). Hierin zijn in aanvulling op de subsidiespelregels die in de subsidietitel van de Awb zijn opgenomen nadere subsidiespelregels opgenomen die bij subsidiering in acht moeten worden genomen. De ASF 2012 schrijft voor dat subsidie slechts wordt verstrekt indien de activiteit past binnen de beleidsdoelstellingen van de provincie en door de aanvrager aannemelijk is gemaakt dat hieraan kan worden voldaan. In aanvulling op de ASF 2012 kunnen GS nog nadere regels vaststellen, waarin beleid specifieke voorwaarden op maat worden gesteld. In deze nadere regels worden de beleid specifieke voorwaarden (subsidiespelregels) vermeld. Omdat de subsidietitel van de Awb een gedetailleerde regeling geeft van het proces van subsidieverstrekking, zijn veel bepalingen die in de Awb staan niet nog een keer in de verordening opgenomen. Dit houdt in dat er wanneer sprake is van subsidiering niet alleen rekening moet worden gehouden met het bepaalde in de ASF 2012, maar ook met de wettelijke bepalingen van de subsidietitel van de Awb. DE BASISSPELREGELS VOOR SUBSDIERING ZIJN OPGENOMEN IN DE ASF 2012 EN DE SUBSIDIETITEL VAN DE AWB. De beleid specifieke spelregels zijn opgenomen in de nadere regels.
Sub e. Een programma kan betrekking hebben op de opsomming van een aantal concrete projecten en/of kan daarnaast ook bestaan uit een beschrijving van de stappen die gezet gaan worden om te komen tot innovatie.
Bij ondernemingen en/of organisatie kan gedachten worden aan organisaties uit meerdere domeinen zoals onderwijs, welzijn, bedrijfsleven, culturele instellingen, aan de overheid gelieerde instellingen.
Artikel 2 Reikwijdte nadere regels
Met doorgroei wordt bedoeld dat een kansrijk product verder ontwikkeld en bijgesteld kan worden. Uitrol kan zowel in de provincie Flevoland als landelijk plaatsvinden.
Artikel 13. Subsidiecriteria A en B projecten en puntensysteem B projecten
De criteria voor de Innovatieve kwaliteit zijn gebaseerd op de criteria van Langdon Morris, 2011, Permanent Innovation: proven strategies and methods of successful innovators. (Innovation Academy).
In verband met de nauwe relatie tussen de taken op landelijk niveau, de provinciale en gemeentelijke taken op het terrein van innovatie voor de lokale bibliotheekvoorziening, is er in gezamenlijkheid een landelijke innovatieagenda opgesteld voor het netwerk bibliotheekvoorzieningen, onder regie van de Koninklijke Bibliotheek (KB). Deze heeft voorlopig betrekking op de periode t/m 2018. In deze landelijke agenda is opgenomen dat de provincies een belangrijke rol spelen voor de financiering van de ontwikkeling van innovatie.
Door deze landelijke innovatieagenda kunnen successen en lessen op het terrein van vernieuwing worden gedeeld. Er is ruimte voor experimenteren, voor ontwikkeling en samenvoeging van vernieuwende diensten of producten, voor borging en hergebruik van resultaten.