Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Emmen

Beleidsregel Breedtecultuur

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEmmen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Breedtecultuur
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-03-2018Beleidsregel Breedtecultuur

20-03-2018

gmb-2018-83433

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Breedtecultuur

 

Het college van burgemeester en wethouders van Emmen;

 

Gelet op de artikelen 4:81 Algemene wet bestuursrecht, Algemene subsidieverordening gemeente Emmen 2017 en de Cultuurnota Gemeente Emmen 2018-2021 ‘Van goede grond’

 

Besluit vast te stellen de volgende beleidsregel Breedtecultuur:

 

Artikel 1: Bijzondere begripsbepaling

  • a.

    Amateurkunst activiteiten: kunstzinnige producten en activiteiten van iedereen die om uiteenlopende redenen niet beroepshalve actief is in een kunstdiscipline, waarbij de activiteiten worden ontplooid ten behoeve van anderen en/of de samenleving in de gemeente Emmen.

  • b.

    Culturele activiteit: breed toegankelijke activiteit op het vlak van (een van) de volgende kunstdisciplines: theater, dans, musea, muziek, beeldende kunst, fotografie, film/animatie, multimedia, literatuur/poëzie/taal, cultureel erfgoed/historie of een combinatie van deze disciplines, waarbij de activiteiten worden ontplooid ten behoeve van anderen en/of de samenleving in de gemeente Emmen.

  • c.

    Culturele infrastructuur: het geheel van culturele instellingen, culturele voorzieningen, collecties, individuele initiatiefnemers, vrijwilligers en van tijdelijke culturele initiatieven/projecten in de gemeente Emmen.

  • d.

    Culturele Vrijwilligersorganisatie: organisatie zoals met naam benoemd in de Cultuurnota 2018-2021.

  • e.

    Culturele Commissie: commissie bestaande uit vrijwilligers uit een dorp, wijk of kern die culturele activiteiten organiseert.

  • f.

    Cultuurnota: de Cultuurnota 2018-2021 ‘Van goede grond’ van de gemeente Emmen, vastgesteld door de raad op 14 december 2017.

  • g.

    Herdenking: Een plechtige activiteit die verband houdt met het herdenken van slachtoffers en/of deelnemers van de Tweede Wereldoorlog.

  • h.

    Jubileum: een feestelijke activiteit/evenement waarbij wordt stilgestaan bij een gebeurtenis die in ieder geval meer dan 100 jaar geleden plaats vond en die een bijzondere waarde heeft voor (een deel van) de bevolking van Emmen.

  • i.

    Kroonjaar: 10 jaar of (een veelvoud van) 25 jaar na de gebeurtenis waar subsidie voor wordt aangevraagd.

  • j.

    Museale activiteit: een incidentele activiteit rondom een collectie die tot een groter publieksbereik leidt.

Subsidiabele kosten: Kosten die direct te maken hebben met de uitvoering van en het tijdstip waarop de activiteit plaatsvindt.

Artikel 2: Doel

  • 1.

    Het doel van de subsidieverlening op basis van deze beleidsregel is het ondersteunen van culturele activiteiten en organisaties die bijdragen aan de culturele infrastructuur van de gemeente Emmen op één van de volgende terreinen:

    • a.

      Amateurkunst;

    • b.

      Culturele activiteiten;

    • c.

      Culturele vrijwilligersorganisaties;

    • d.

      Culturele commissies;

    • e.

      Jubilea en herdenkingen;

    • f.

      Musea.

  • 2.

    De activiteiten en organisaties moeten aansluiten bij de ambities van de gemeente Emmen op het gebied van kunst en cultuur zoals omschreven in de Cultuurnota.

Artikel 3: Doelgroep

  • 1.

    Deze beleidsregel bedient doelgroepen, behorend bij de terreinen zoals benoemd in artikel 2.

    • a.

      Amateurkunst: Koren, muziekverenigingen, orkesten, theaterverenigingen, dansverenigingen en beeldende verenigingen die kosten maken voor:

      • i.

        Huur;

      • ii.

        Uniformen/instrumenten (alleen voor muziekverenigingen);

      • iii.

        Artistieke leiding

      • iv.

        Twee reguliere producties in één jaar.

    • b.

      Culturele activiteiten: Natuurlijke personen of rechtspersonen die één van de volgende culturele activiteiten willen ontplooien:

      • i.

        Bijzondere openbare culturele activiteiten (zoals voorstellingen van podiumkunsten, projecten en manifestaties)

      • ii.

        Publicaties

    • c.

      Culturele vrijwilligersorganisaties: Voor deze regeling komen slechts de volgende in de Cultuurnota aangewezen vrijwilligersorganisaties in aanmerking:

      • i.

        Stichting Filmhuis Emmen;

      • ii.

        Stichting Spiker;

      • iii.

        Stichting Grote Kerk Cultureel;

      • iv.

        Stichting The Bake Shop;

      • v.

        Stichting DrenthEvents;

      • vi.

        Stichting ErfgoedNetwerk Emmen;

      • vii.

        Stichting Harmoniummuseum Nederland.

    • d.

      Culturele Commissies: Culturele commissies die minimaal zes activiteiten met een culturele inslag op jaarbasis organiseren.

    • e.

      Jubilea enHerdenkingen: Natuurlijke of rechtspersoon die een herdenking of jubileum voor een wijk, dorp of kern in de gemeente Emmen organiseren.

    • f.

      Musea: Natuurlijke persoon of rechtspersoon die

      • i.

        een investering in (groot) onderhoud van het pand of inrichting/inventaris in een museum doet.

      • ii.

        Een initiatief ontplooit op het gebied van marketing/pr ten aanzien van het museum dat een impuls geeft aan de vergroting van het publieksbereik van de organisatie.

Artikel 4: Aanvraag

  • 1.

    Aanvrager maakt gebruik van het door het college voorgeschreven (digitaal) aanvraagformulier.

  • 2.

    Aanvragen voor subsidie op de terreinen: culturele activiteiten, museale activiteiten, herdenkingen en jubilea kunnen het hele jaar door worden ingediend, met dien verstande dat de aanvraag tenminste 8 weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteit wordt ingediend.

  • 3.

    Aanvragen voor subsidie op de terreinen: amateurkunst, culturele commissies en culturele vrijwilligersorganisaties moeten uiterlijk 1 september voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking worden ingediend.

  • 4.

    In afwijking van lid 3 geldt, dat een aanvraag voor subsidie voor 2018 kan worden ingediend tot 1 september 2018.

Artikel 5: Toetsingscriteria

  • 1.

    De activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd worden getoetst aan de volgende criteria:

    • a.

      De activiteit vindt plaats in de gemeente Emmen;

De organisator heeft geen winstoogmerk met de activiteit;

  • b.

    Publiciteit en promotie;

  • c.

    Uitvoerbaarheid van de activiteiten;

  • d.

    Kwaliteit;

  • e.

    Origineel en vernieuwend;

    • 2.

      In aanvulling op lid 1 gelden er per terrein de volgende toetsingscriteria:

Amateurkunst

  • i.

    De organisatie dient tenminste twee jaar te bestaan en activiteiten te ontplooien.

  • ii.

    De leden zijn contributie verschuldigd.

Culturele activiteiten (zijnde publicaties)

  • i.

    Maximaal één aanvraag per jaar per organisatie

  • ii.

    Er kan alleen subsidie worden aangevraagd voor incidentele publicaties, periodieken komen niet in aanmerking.

  • iii.

    Het onderwerp moet nadrukkelijk betrekking hebben op cultuurhistorie van de gemeente Emmen.

Culturele vrijwilligersorganisaties

  • i.

    De aanvraag heeft betrekking op de in de Cultuurnota genoemde activiteiten van de aanvrager.

Culturele Commissies

  • i.

    Er heeft overleg plaatsgevonden met wijkgerichte organisaties zoals een EOP over het activiteitenprogramma.

Musea

  • i.

    Er is sprake een investering in het pand of in de inrichting/inventaris.

  • ii.

    Er is sprake van initiatief dat bijdraagt aan de vergroting van het publieksbereik door middel van marketing/pr.

Artikel 6: Weigeringsgronden

Naast de weigeringsgronden genoemd in de ASV en de AWB wordt de subsidie geweigerd indien:

  • a.

    niet voldaan is aan de eisen en criteria in deze regeling.

  • b.

    de aanvrager al eerder een subsidie heeft ontvangen voor dezelfde activiteit in het jaar van aanvraag.

  • c.

    het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 7: Maximale subsidiebedragen

  • 1.

    Per terrein, zoals omschreven in artikel 2, gelden de volgende maximale subsidiebedragen:

Amateurkunst

  • i.

    De hoogte van de subsidie voor huur is 50% van jaarlijkse huurkosten, met een maximum van € 500,-.

  • ii.

    De hoogte van de subsidie voor uniformen/instrumenten (enkel voor muziekverenigingen) bestaat uit een vast bedrag van € 500,- welk bedrag wordt vermeerderd met € 5,- per lid tot een maximum van € 1.000,-.

  • iii.

    De hoogte van de subsidie voor artistieke leiding is 50% van de jaarlijkse kosten voor artistieke leiding met een maximum van € 1.000,-.

  • iv.

    De hoogte van de subsidie voor maximaal twee reguliere producties in één jaar is 50% van de kosten voor deze producties met een maximum van € 1.000,-.

Culturele Activiteiten

  • i.

    Subsidie voor culturele activiteiten bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten met een maximum per activiteit van € 2.500,-.

  • ii.

    Subsidie voor een publicatie bedraagt maximaal € 1.000,-.

Culturele vrijwilligersorganisaties

  • i.

    De subsidie bedraagt niet meer dan 40% van de totale jaarbegroting.

Culturele Commissies

  • i.

    Het subsidiebedrag bestaat uit een vast bedrag plus een bedrag gebaseerd op het aantal inwoners.

Herdenkingen en jubilea

  • i.

    De hoogte van de subsidie voor een jubilerende dorp, wijk of kern bestaat uit een vast bedrag van € 4.000,- welk bedrag wordt vermeerderd met € 0,25,- per inwoner tot maximaal € 6.500,-.

  • ii.

    De hoogte van de subsidie voor een herdenking bedraagt maximaal € 500,-.

  • iii.

    De hoogte van de subsidie voor een herdenking in een kroonjaar bedraagt maximaal € 1.000,-.

  • iv.

    In geval van bijzondere omstandigheden, een en ander naar het oordeel van het college, kan het college een hogere subsidie toekennen dan genoemd in de punten i. en ii. tot een maximum van € 5.000,-.

Musea

  • i.

    De maximale subsidie voor onderhoud aan het pand bedraagt € 10.000,-

  • ii.

    De maximale subsidie voor inrichting en inventaris bedraagt € 7.500,-.

  • iii.

    De maximale subsidie voor marketing en pr bedraagt € 2.500,-.

Artikel 8: Verlening, vaststelling en betaling

Verlening , vaststelling en betaling van de subsidie vindt plaats overeenkomstig het bepaalde in de ASV.

Artikel 9: Subsidieplafond en verdeelsleutels

  • 1.

    Voorafgaand aan elk kalenderjaar worden de subsidieplafonds per terrein zoals benoemd in artikel 2 vastgesteld en bekendgemaakt.

  • 2.

    Een aanvraag die voldoet aan de criteria van deze beleidsregel wordt toegekend voor zover het subsidieplafond niet is overschreden.

  • 3.

    In afwijking van lid 1 geldt voor het terrein culturele vrijwilligersorganisaties de verdeling van de subsidiebedragen van 2018.

Artikel 10: Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na publicatie.

Artikel 11: Citeertitel

Deze beleidsregel kan worden aangehaald als “Beleidsregel Breedtecultuur”.