Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amersfoort

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent uitvoeringsvoorschriften Uitvoeringsvoorschriften nummering objecten 2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmersfoort
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent uitvoeringsvoorschriften Uitvoeringsvoorschriften nummering objecten 2018
CiteertitelUitvoeringsvoorschriften nummering objecten 2018
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Historie/Amersfoort/366365/366365_4.html
  2. wet Wet basisregistraties adressen en gebouwen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-04-2018nieuwe regeling

03-04-2018

gmb-2018-81776

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent uitvoeringsvoorschriften Uitvoeringsvoorschriften nummering objecten 2018

Burgemeester en wethouders van Amersfoort,

 

gelezen het voorstel 5739582 d.d. 14 maart 2018

 

 

overwegende dat het gewenst is uitvoeringsvoorschriften vast te stellen voor het nummeren van verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen en afgebakende terreinen binnen de Gemeente Amersfoort;

 

 

gelet op artikel 5:44 lid 1c van de Algemene Plaatselijke Verordening (hierna: ‘APV’), waarin bepaald is dat:

 

het college uitvoeringsvoorschriften kan vaststellen betreffende het proces en de wijze van nummering van verblijfsobjecten, ligplaatsen en standplaatsen en afgebakende terreinen

 

 

en

 

 

de wet Basisregistratie adressen en gebouwen (hierna: “wet BAG”)

 

besluiten vast te stellen:

 

 

UITVOERINGSVOORSCHRIFTEN NUMMERING OBJECTEN 2018

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze voorschriften wordt verstaan onder:

  • a.

    Adres: door het college aan een verblijfsobject, een standplaats of een ligplaats toegekende benaming, bestaande uit een combinatie van de naam van een openbare ruimte, een nummeraanduiding en de naam van een woonplaats.

  • b.

    Afgebakend terrein: een terrein met een kunstmatige of natuurlijke afbakening, waarop zich geen verblijfsobjecten bevinden en dat betreedbaar en afsluitbaar is;

  • c.

    Bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

  • d.

    Huisletter: door het college ten aanzien van een adresseerbaar object toegekende toevoeging aan een huisnummer in de vorm van een alfanumeriek teken.

  • e.

    Huisnummer: door het college ten aanzien van een adresseerbaar object toegekende nummering.

  • f.

    Huisnummertoevoeging: door het college ten aanzien van een adresseerbaar object toegekende nadere toevoeging aan een huisnummer of een combinatie van huisnummer en huisletter.

  • g.

    Ligplaats: door het college als zodanig aangewezen plaats in het water, al dan niet aangevuld met een op de oever aanwezig terrein of een gedeelte daarvan, die is bestemd voor het permanent afmeren van een voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikt vaartuig;

  • h.

    Nummeraanduiding: door het college als zodanig toegekende aanduiding van een verblijfsobject, een standplaats, een ligplaats en een afgebakend terrein dat bestaat uit een huisnummer, al dan niet met toevoeging van een huisletter en/of huisnummertoevoeging.

  • i.

    Object: een bouwwerk, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats;

  • j.

    Openbare ruimte: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorziene buitenruimte die binnen één woonplaats is gelegen.

  • k.

    Standplaats:door het college als zodanig aangewezen terrein of een gedeelte daarvan dat is bestemd voor het permanent plaatsen van een niet direct en duurzaam met de aarde verbonden en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte ruimte;

  • l.

    Verblijfsobject: de kleinste binnen één of meerdere panden gelegen en voor woon-, bedrijfsmatige of recreatieve doeleinden geschikte eenheid van gebruik die ontsloten wordt via een eigen afsluitbare toegang vanaf de openbare weg, een erf of een gedeelde verkeersruimte, die onderwerp kan zijn van goederenrechtelijke rechtshandelingen en in functioneel opzicht zelfstandig is.

  • m.

    Woonplaats: door het college als zodanig aangewezen en van een naam voorzien gedeelte van het grondgebied van de gemeente.

Artikel 2. Te nummeren objecten

  • 1.

    De volgende objecten worden op grond van artikel 5:40 lid 2 van de APV en de wet BAG voorzien van een adres:

    • a.

      Verblijfsobject;

    • b.

      Standplaats;

    • c.

      Ligplaats.

  • 2.

    De volgende objecten worden echter niet voorzien van een adres:

    • a.

      Bouwwerken, die geen verblijfsobjecten zijn en die niet in de categorieën vallen die in het derde lid genoemd zijn;

    • b.

      Afgebakende terreinen.

  • 3.

    De volgende objecten die geen verblijfsobjecten, standplaatsen of ligplaatsen zijn, worden voorzien van een adres:

    • a.

      Bouwwerken, die geplaatst zijn ten behoeve van de distributie van nutsvoorzieningen, voor zover ze een afzonderlijk kadastraal perceel vormen en niet duidelijk behoren bij een genummerd object

    • b.

      Bouwwerken die naar hun aard een adres nodig hebben om hun ligging te vast te leggen;

    • c.

      Bouwwerken met een tijdelijk karakter die naar hun aard een adres nodig hebben om hun ligging vast te leggen.

  • 4.

    Nevenadressen, in de zin van de wet BAG, worden uitsluitend toegekend wanneer er meerdere relevante toegangen zijn en een toegang een wezenlijke betekenis heeft bij het aanduiden van het object, zoals een leveranciersingang.

Artikel 3. Opbouw van een adres

  • 1.

    De adressen worden gevormd conform de wet BAG.

  • 2.

    Bij de toekenning van een nummeraanduiding wordt het gebruik van aanvullende huisletters en huisnummertoevoegingen zoveel mogelijk vermeden.

  • 3.

    Wanneer de beschikbare ruimte voor het toekennen van een nummeraanduiding met enkel getallen onvoldoende is, wordt een huisletter achter het nummer geplaatst.

  • 4.

    De huisletters I en O worden nooit toegekend in verband met mogelijke verwarring met cijfers en andere letters. De huisletters Q, U en Y worden alleen bij hoge uitzondering toegekend, wanneer er naar het oordeel van het college geen andere mogelijkheid is.

  • 5.

    Een huisnummertoevoeging kan alleen worden gebruikt als er sprake is van verblijfsobjecten in zorginstellingen, garageboxen, transformatorhuisjes en opslageenheden. Huisnummertoevoegingen worden alleen bij hoge uitzondering toegekend bij andere verblijfsobjecten, wanneer er naar het oordeel van het college geen andere mogelijkheid is. De toevoeging mag enkel bestaan uit Arabische cijfers.

  • 6.

    Wanneer de toekenning van een groot aantal huisletters en/of huisnummertoevoegingen noodzakelijk is, kan vanuit het oogpunt van duidelijkheid naar het oordeel van het college besloten worden om het huisnummer zonder deze achtervoegsels niet te gebruiken, maar de combinaties met huisletters en/of huisnummertoevoegingen wel.

Artikel 4. Aanleiding toekennen of intrekken van nummers

  • 1.

    Adressen dienen tijdig te worden toegekend of ingetrokken, wanneer dit volgens de wet BAG vereist is.

  • 2.

    Adressen kunnen gewijzigd worden, wanneer:

    • a.

      door de verlening van een omgevingsvergunning onvoldoende nummeraanduidingen beschikbaar zijn om de ontstane verblijfsobjecten, lig-, of standplaatsen te voorzien van een adres zoals is aangegeven in artikel 3;

    • b.

      de vindbaarheid van verblijfsobjecten, lig-, of standplaatsen gevaar loopt en dat de wijziging voldoet aan hetgeen in deze uitvoeringsvoorschriften is vastgesteld.

Artikel 5. Algemene wijze van nummeren

Burgemeester en wethouders hanteren systeem A van de norm NEN 1773 voor de wijze van

huisnummering.

Artikel 6. Het aanbrengen van huisnummers

Volgens artikel 5:43 van de Algemene Plaatselijke Verordening dient de rechthebbende de nummers

aan te brengen. Hierbij dient aan de voorwaarden van de norm NEN 1773 te worden voldaan.

Artikel 7. Afmetingen en vormgeving nummerdragers

  • 1.

    Nummerdragers moeten voldoen aan het gestelde inzake afmetingen en vormgeving in de norm NEN 1774.

  • 2.

    Indien niet kan worden voldaan aan het voorschrift van het eerste lid, hebben de nummerdragers een mate van leesbaarheid die ten minste gelijkwaardig is aan wat wordt beoogd met het eerste lid.

Artikel 8. Materiaalkeuze voor de nummerdragers

Het materiaal dat wordt toegepast voor de vervaardiging van al dan niet te verlichten nummerdragers,

is in overeenstemming met het over de uitvoering van de dragers gestelde in de norm NEN 1774.

Artikel 9. Procedure voor vaststellen van huisnummers en verzending besluiten

  • 1.

    Het besluit met de toekenning, wijziging of beëindiging van een adres wordt voorzien van een situatietekening. Deze situatietekening bestaat uit één of meerdere plattegronden en eventueel bouwtekeningen om de genummerde objecten duidelijk te kunnen aanduiden. Tenzij in het besluit anders is vermeld geldt de datum van ondertekening van het besluit als ingangs- dan wel einddatum van het adres.

  • 2.

    Besluiten dienen kenbaar te worden gemaakt aan betrokkenen.

  • 3.

    Desgewenst kunnen deze besluiten kosteloos als digitaal bestand worden toegezonden.

Artikel 10. Citeertitel

Deze uitvoeringsvoorschriften worden aangehaald als “Uitvoeringsvoorschriften nummering objecten 2018”.

Artikel 11. Inwerkingtreding

Deze uitvoeringsvoorschriften treden in werking op de achtste dag na die waarop zij zijn bekendgemaakt.

 

 

 

 

Vastgesteld in de vergadering van 3 april 2018.

De secretaris,

mevrouw H.B.P. Elbers

de burgemeester,

de heer L.M.M. Bolsius