Organisatie | Giessenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2018, versie 2 |
Citeertitel | Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2018, versie 2. |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-04-2018 | 01-01-2018 | Vervangt het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2017, vastgesteld op 20 december 2016 | 20-03-2018 | 18-22942 |
Burgemeester en wethouders van gemeente Giessenlanden:
Overwegende dat in de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2018 het college bevoegd is nadere regels te stellen ten aanzien van in de Verordening genoemde onderwerpen;
In te trekken Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2017;
Vast te stellen de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2018, versie 2.
Arrangement: op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een cliënt afgestemd geheel van activiteiten gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie van de cliënt opdat hij zolang mogelijk in zijn eigen leefomgeving kan blijven;
Artikel 2 Persoonsgebonden budget (Pgb)
De noodzakelijke functionele en kwaliteitseisen van Begeleiding in de vorm van een Persoonsgebonden budget moeten worden vermeld in het Persoonsgebonden budgetplan (Pgb-plan) van cliënt waardoor veiligheid, doeltreffendheid en cliëntgerichtheid zijn gewaarborgd. De begeleider dient over competenties en vaardigheden te beschikken die nodig zijn voor het bereiken van de doelen van Begeleiding.
Cliënt dient het Pgb-plan binnen twee weken nadat het gesprek met de gemeente heeft plaatsgevonden aan te leveren. In het Pgb-plan staan de doelen, te behalen resultaten en de termijn waarin die te behalen zijn.
De hoogte van het Persoonsgebonden budget voor Begeleiding wordt bepaald op basis van een kostprijs per uur wanneer deze voorziening in natura zou zijn verstrekt. Hiervoor gelden de volgende percentages:
Begeleiding kan per uur, per dagdeel en per etmaal worden geboden. Vervoer wordt vergoed per dag dat de cliënt aanwezig is. In de kolom 'Prestatiecode' zijn daarom afkortingen opgenomen: 'pu' = per uur; 'dd' = dagdeel (4 uur); 'pd' = per dag of per etmaal.
Tabel van de verschillende vormen van Begeleiding met de bijbehorende tarieven.
Voor de normering van het PGB voor huishoudelijke ondersteuning wordt verwezen naar het protocol ‘Indicatiestelling voor Huishoudelijke Verzorging’, uitgegeven door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ), april 2005.
De onderstaande tijdsnormering is afkomstig van dit protocol dat ontwikkeld is door de Landelijke Vereniging van Indicatie Organen, later CIZ. Deze normtijden worden gehanteerd als uitgangspunt waarbij maatwerk, voor de handelingen die bij een bepaalde cliënt nodig zijn, het uitgangspunt is.
Afhankelijk van de situatie van de cliënt kan gemotiveerd worden afgeweken.
De omvang per taak in de daarbij vermelde resultaatgebieden is weergegeven in de volgende tabel.
De uiteindelijk te verstrekken indicatie huishoudelijke ondersteuning wordt afgerond op een veelvoud van 15 minuten, naar boven afgerond.
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
Hieronder vallen de volgende activiteiten:
(‘evt. +’ houdt in, dat extra tijd geïndiceerd kan worden bij grotere leefeenheden, aanwezigheid kleine kinderen, extra bewassing etc.)
Organisatie van het huishouden (regievoering op het huishouden)
Leren omgaan met het huishouden (instructie) (versterken zelfredzaamheid)
De hoogte van een Pgb voor een maatwerkvoorziening in de vorm van een hulpmiddel of woningaanpassing wordt bepaald op ten hoogste de kostprijs van de voorziening die de cliënt op dat moment zou hebben ontvangen als de voorziening in natura zou zijn verstrekt. Het bedrag is inclusief aanpassing, onderhoud en verzekering van de voorziening.
Het Pgb voor een maatwerkvoorziening als tegemoetkoming in de verhuiskosten
Uitbetaling van de tegemoetkoming vindt plaats na overlegging van het getekende
huurcontract of het getekend koopcontract. Indien de verhuizing niet plaatsvindt, dient het uitbetaalde bedrag per omgaande te worden terugbetaald.
Bij de vaststelling van de hoogte van het PGB voor (bruikleen) auto- en (rolstoel) taxikosten wordt op grond van artikel 4.9 lid 5 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2018 uitgegaan van maximaal 2.000 km op jaarbasis:
Personen met een beperking die aantonen dat zij structureel deelnemen aan regulier vrijwilligerswerk, kunnen de voor hun rekening blijvende extra reiskosten, die niet verhaalbaar zijn op de instantie voor wie zij dat vrijwilligerswerk verrichten, declareren tot maximaal 2000 kilometer per jaar. Voor het overige zijn alle voorwaarden van toepassing die ook op de andere vervoersvergoedingen gelden.
Inwoners met een beperking die structureel vrijwilligerswerk doen, kunnen de voor hun rekening zijnde extra reiskosten, die niet verhaalbaar zijn op de instantie voor wie zij dat vrijwilligerswerk verrichten, declareren tot maximaal 2500 kilometer per jaar. Voor het overige zijn alle voorwaarden van toepassing die ook op de andere vervoersvergoedingen gelden.
Per kalenderjaar mag de budgethouder van uit het toegekende Pgb voor een arrangement huishoudelijke ondersteuning, zelfredzaamheid, participatie en/of kortdurend verblijf maximaal € 272,00 vrij besteden. Indien de budgethouder beschikt over zowel een Pgb voor huishoudelijke ondersteuning als een Pgb voor Begeleiding geldt voor beide Pgb’s het vrij besteedbare bedrag van maximaal € 272,00. Dit bedrag is bestemd voor kosten die het Pgb eventueel met zich kan meebrengen, waaronder administratieve kosten, werving van een hulpverlener, feestdagenuitkering en dergelijke.
Het is de budgethouder toegestaan uit het toegekende Pgb reiskosten te vergoeden.
Bij terugvordering ingevolge artikel 6.4 van de verordening dient het ten onrechte toegekende Pgb te worden terugbetaald met inachtneming van de reeds betaalde eigen bijdrage. Voor zover van toepassing wordt het terug te vorderen Pgb naar rato berekend.
Wanneer sprake is van plotselinge beperkingen ten gevolge van COPD of continu rolstoelgebruik waardoor vervanging van vloerbedekking noodzakelijk is kan hiervoor (onder voorwaarden) een maatwerkvoorziening worden verstrekt.
De leeftijd van de huidige vloerbedekking is van belang bij het vaststellen van de hoogte van de vergoedingen:
Maximum normbedrag vloerbedekking: € 12,60 per m2.
De vloerbedekking mag niet ouder zijn dan 8 jaar.
Vaststelling afschrijvingspercentage:
De vergoeding wordt pas uitbetaald als bewijsstukken van de gemaakte kosten worden ingediend.
Artikel 5 Grondslag bijdrage maatwerkvoorziening (artikel 5.4 van de Verordening)
De bijdrage voor maatwerk begeleiding wordt berekend aan de hand van een vast bedrag van € 55,00 per periode van 4 weken, gedurende de duur van de ondersteuning, waarbij de eigen bijdrage niet hoger mag zijn dan de kostprijs.
De bijdrage voor huishoudelijke ondersteuning wordt berekend aan de hand van een vast bedrag van €110,00 per periode per 4 weken, gedurende de duur van de ondersteuning, waarbij de eigen bijdrage niet hoger mag zijn dan de kostprijs.
De bijdrage voor een individuele vervoersvoorziening in de vorm van een aangepaste fiets, een scootmobiel, een handbike of een gesloten buitenwagen wordt berekend op basis van de werkelijke kosten, met een maximale eigen bijdrage van € 35,00 per 4 weken, gedurende maximaal 39 periodes van 4 weken, waarbij de eigen bijdrage niet hoger mag zijn dan de kostprijs.
Artikel 6 Kwaliteit en deskundigheid beroepskrachten (artikel 7.1 van de Verordening)
De zorgaanbieder is verplicht bij het verstrekken van de maatwerkvoorziening de CAO Verpleeg- en verzorgingshuizen en Thuiszorg (CAO VVT of soortgelijke), de Collectieve Arbeidsovereenkomst Geestelijke Gezondheidszorg (CAO GGZ), de CAO Gehandicaptenzorg of de CAO Welzijn, afhankelijk van welke CAO van toepassing is, in acht te nemen. De zorgaanbieder zet personeel in dat beschikt over de gangbare, aantoonbare competenties en vaardigheden die nodig zijn om de benodigde activiteiten uit te voeren. De competentie en vaardigheden moeten in overeenstemming zijn met de functieprofielen in de genoemde CAO’s en/of de wettelijke eisen en/of door de branche vastgestelde basisprofielen. Deze eisen gelden zowel voor medewerkers als voor ingehuurd personeel zoals zzp’ers. De zorgaanbieder dient zijn dienstverlening van voldoende kwaliteit te laten zijn, blijkend uit het insturen van een geldig, binnen zijn branche gangbaar, kwaliteitscertificaat (HKZ), in ieder geval betrekking hebbend op de zorg, maatschappelijke en/of aanpalende dienstverlening of een gelijkwaardig bewijs of certificaat.
Zelfstandige zonder personeel (zzp’er):
De competenties en vaardigheden van een zzp’er moeten in overeenstemming zijn met een functieprofiel en/of door de branche vastgesteld basisprofiel voor de betreffende beroepsgroep. De zzp’er kan gevraagd worden een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) te overleggen.
Artikel 7 Indexering (artikel 9.4 Verordening)
De in dit besluit geldende bedragen kunnen jaarlijks door burgemeester en wethouders worden aangepast conform het CBS-indexcijfer ‘cao-lonen particuliere bedrijven, contractuele loonkosten en arbeidsduur (inclusief bijzondere beloningen); indexcijfer (2010 = 100; Q gezondheidszorg en welzijnszorg)’ en conform navolgende formule:
(------------ x 100) = mutatiepercentage
Hierbij geldt: T = maand Juli van het kalenderjaar waar dit besluit betrekking op heeft; T-1 = maand juli van het voorgaande kalenderjaar.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de cliënt met een vastgestelde ondersteuningsbehoefte afwijken van dit besluit, als toepassing van het besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
De Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2018 treden in werking op 1 januari 2018.
Het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2017 wordt per 1 januari 2018 ingetrokken. Ten behoeve van meldingen en aanvragen die zijn gedaan in het kader van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2016 en waarover op 31 december 2017 nog geen besluit is genomen, is het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Giessenlanden 2017 van toepassing.
Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente Giessenlanden gehouden op 20 maart 2018.
Burgemeester en wethouders van Giessenlanden,
de secretaris
drs. B. Marinussen
de burgemeester (wnd),
ir. W.E. ten Kate
Bijlage 1 Lijst van gebruikte afkortingen