Organisatie | Súdwest-Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels Jeugdhulp 2018 |
Citeertitel | Nadere regels Jeugdhulp gemeente Súdwest-Fryslân 2018 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Nadere regels Jeugdhulp 2018; Toelichting |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-04-2018 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 13-03-2018 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Súdwest-Fryslân;
Gelet op de Jeugdwet en de Verordening jeugdhulp gemeente Súdwest-Fryslân;
Deze nadere regels bestaan uit:
Hoofdstuk 1 Vormen van ondersteuning
Hoofdstuk 2 Toegang tot voorzieningen
Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget
In deze Nadere regels wordt verstaan onder:
cliëntondersteuning: onafhankelijke ondersteuning met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van jeugdhulp, maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen;
crisishulp; er is sprake van een crisis als de situatie directe actie vereist om een jeugdige (en eventueel het gezin) zijn (hun) veiligheid te garanderen. Hieronder wordt in ieder geval verstaan: situaties of gevaar voor een jeugdige, ontstaan door ernstige verwaarlozing, fysiek geweld of seksueel misbruik, situaties waarin een ouder of Jeugdige dreigt met zelfdoding of een psychose heeft en, in het geval van de doelgroep (Licht) verstandelijk beperkte Jeugdigen, situaties waarin een gevaar voor de Jeugdige zelf of de leefomgeving ontstaat. De hulp bestaat uit het snel handelen om verdere escalatie en risico's te voorkomen;
hoogspecialistische jeugdhulp; zeer complexe, intensieve specialistische jeugdhulp met een klinische achtervang die structureel en continue beschikbaar is en een multidisciplinaire aanpak vereist. Klinische achtervang is in dit geval Jeugdzorg plus, een driemilieuvoorziening of een psychiatrische kliniek;
mantelzorg: hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep;
Hoofdstuk 1 Vormen van Ondersteuning
Artikel 4 Specialistische jeugdhulp
Crisishulp start in eerste instantie met een ambulant traject. Plaatsing in een instelling wordt alleen gedaan wanneer blijkt dat een ambulant traject ontoereikend is om de crisissituatie te stabiliseren. De plaatsing wordt zo kort als nodig ingezet waarbij er wordt gewerkt aan een snelle terugkeer naar huis.
Artikel 9 Aanmelding Ondersteuningsvraag
In aanvulling op lid 1 kan de aanmelding ook gedaan worden bij de huisarts, medisch specialist, jeugdarts, Gecertificeerde Instelling, Veilig Thuis of Raad voor de Kinderbescherming. In dit geval maakt de ontvanger een professionele afweging van de benodigde ondersteuning en kan een directe verwijzing doen. De leden 4 tot en met 6 zijn dan niet van toepassing.
Voor elke aanvraag voor ondersteuning anders dan enkelvoudige advisering wordt samen met de jeugdige en/of ouder(s) en eventueel het netwerk een ondersteuningsplan gemaakt, dat volgt uit de brede vraagverheldering (gesprek) waarin ook het eventuele Eigen Plan van de Inwoner wordt verwerkt. Desgewenst kan er ook een advies van een specialist worden opgenomen. Het college draagt zorg voor het opstellen van het ondersteuningsplan.
Uiterlijk binnen 20 werkdagen na het gesprek verstrekt het college aan jeugdige en/of ouder(s) een ondersteuningsplan waarin de uitkomsten van het gesprek zijn verwerkt. Het college kan van deze termijn afwijken, indien voor het verstrekken van een maatwerkvoorziening advies van een specialist nodig is, of dat zij dit nodig acht in verband met een zorgvuldig tot stand gekomen ondersteuningsplan. Jeugdige en/of ouder(s) wordt van een dergelijk uitstel tijdig in kennis gesteld.
Artikel 13 Aanvraag voor individuele maatwerkvoorziening
Op de aanvraag voor een individuele maatwerkvoorziening ontvangt de jeugdige en/of ouder(s) binnen 40 werkdagen na ontvangst van de melding een beschikking van het college. Het college kan van deze termijn afwijken, indien voor het verstrekken van een maatwerkvoorziening advies van een specialist nodig is, of dat zij dit nodig acht in verband met een zorgvuldig tot stand gekomen ondersteuningsplan. Jeugdige en/of ouder(s) wordt van een uitstel tijdig in kennis gesteld.
Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget
Artikel 16 Voorwaarden voor een pgb
Om te bepalen of een persoonsgebonden budget (pgb) voor de jeugdige en/of ouder(s) toegankelijk en passend is en conform de daarvoor opgestelde regels wordt besteed, worden de volgende aspecten getoetst en/of gewogen:
Met een pgb kan de jeugdige en/of ouder(s) zelf individuele maatwerkvoorzieningen inkopen. De zelfgekozen zorgaanbieder kan in bepaalde gevallen meer passend en/of goedkoper zijn. De jeugdige en/of ouder(s) voert met een pgb zelf regie over zijn eigen ondersteuning. De jeugdige en/of ouder(s) kan met een pgb kiezen voor formele ondersteuning, en/of informele ondersteuning. Inzet van het sociaal netwerk met een vergoeding vanuit een pgb kan alleen in situaties waarin het de gebruikelijke hulp overstijgt en dit aantoonbaar tot een beter resultaat leidt en aantoonbaar doelmatiger is dan formele ondersteuning of zorg in natura.
De zorgaanbieder die de formele ondersteuning vanuit een pgb biedt, mag niet ook de rol van budgetbeheerder op zich nemen. De zorgaanbieder die de informele ondersteuning vanuit een pgb biedt, mag niet ook de rol van budgetbeheerder op zich nemen, tenzij het een ouder van een jeugdige betreft of er geen alternatief is.
PGB-houders die langer dan 6 weken naar het buitenland gaan en hun ondersteuning in het buitenland willen inkopen, moeten toestemming vragen aan het college. Het inkopen van ondersteuning in het buitenland is maximaal 13 weken per kalenderjaar toegestaan. Het pgb wordt dan aangepast aan het tarief dat gehanteerd wordt in het land waar men gedurende deze periode verblijft, met een maximum van het binnen de gemeente Súdwest-Fryslân vastgestelde pgb tarief.
De jeugdige en/of ouder(s) mag, naar zijn behoefte, de ene periode meer ondersteuning inkopen dan de andere periode, zolang het totaal beschikte budget (per kalenderjaar) niet wordt overschreden. De jeugdige en/of ouder(s) is in dit geval wel verplicht om per periode een factuur in te dienen over de werkelijk ontvangen uren ondersteuning. Het afspreken van een vast maandbedrag is in dit geval niet toegestaan.
Het pgb wordt niet rechtstreeks overgemaakt op de rekening van de jeugdige en/of ouder(s), maar aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Dit is wettelijk geregeld om misbruik en oneigenlijk gebruik van pgb tegen te gaan. De SVB doet de betalingen rechtstreeks aan de zorgaanbieder. Deze regeling, trekkingsrecht geheten, geldt voor alle gemeenten.
Artikel 17 De hoogte van een pgb; algemene bepalingen
De hoogte van de pgb tarieven voor het verblijfscomponent specialistische jeugdhulp is als volgt bepaald.