Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het algemeen bestuur van stadsdeel Noord van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent subsidies voor maatschappelijke initiatieven Subsidieregeling maatschappelijk initiatief stadsdeel Noord |
Citeertitel | Subsidieregeling maatschappelijk initiatief stadsdeel Noord |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld door het algemeen bestuur van stadsdeel Noord.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-03-2018 | nieuwe regeling | 18-10-2017 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
Het doel van deze subsidieregeling is het stimuleren en faciliteren van samenwerkingsverbanden van bewoners, ondernemers of maatschappelijke organisaties die zelf activiteiten uitvoeren of een sociale accommodatie beheren om een maatschappelijk doel na te streven. Ook heeft de subsidie tot doel activiteiten te faciliteren die inspelen op een lacune in het bestaande aanbod.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Het algemeen bestuur kan eenmalig subsidie verlenen ten behoeve van maatschappelijke initiatieven die een maatschappelijk doel nastreven namelijk:
Als sprake is van een samenwerkingsverband dient één van de betrokken partijen als penvoerder de aanvraag namens het samenwerkingsverband in en draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de beschikking.
Artikel 8 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op artikel 5 van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overlegd
Een activiteitenplan waarin in ieder geval het volgende omschreven moet worden:
Artikel 9 Aanvraagtermijn eenmalige subsidies
Jaarlijks is er één termijn voor het indienen van een subsidieaanvraag voor activiteiten zoals benoemd in artikel 1, lid 1. De aanvraagtermijn is 15 november van het jaar voorafgaand aan de activiteiten.
Activiteiten zoals benoemd in artikel 4, lid 2, 3 en 4 kunnen het hele jaar door ingediend worden.
De nota ‘Stedelijk kader Afspraken basisvoorzieningen in de stadsdelen 2017-2018’ vormt het beleidskader voor de uitvoering van de voorzieningen op het gebied van de Wet maatschappelijke ondersteuning, Participatie , Jeugd en Schuldhulpverlening, waarvoor de bestuurscommissies verantwoordelijkheid dragen. Basisvoorzieningen dragen bij aan de versterking en stimulering van de dragende samenleving en bieden ondersteuning bij het versterken van de zelf- en samenredzaamheid van Amsterdammers. Bij de inrichting van de basisvoorzieningen hebben de bestuurscommissies de ruimte om zelf invulling te geven aan de wijze waarop de afspraken worden vormgegeven passend bij de lokale situatie en vraag.
Hoofdstuk 7 van het Stedelijk kader basisvoorzieningen betreft het faciliteren van bewoners- en maatschappelijke initiatieven.
De ‘Subsidieregeling basisvoorzieningen in de stadsdelen’, biedt het juridisch kader voor de bestuurscommissies om subsidie te verlenen voor activiteiten ter uitvoering van de basisvoorzieningen.
Deze subsidieregelingen zijn aanvullend op de subsidieverordening ASA 2013. De ASA bevat alle basisregels, onder andere over indieningstermijnen, beslistermijnen en verantwoordingseisen. Deze aanvullende subsidieregeling geldt alleen voor subsidies die kunnen worden verleend door de bestuurscommissies.
De Subsidieregeling Maatschappelijk Initiatief sluit aan op hoofdstuk 7 van het ‘Stedelijk kader Afspraken basisvoorzieningen in de stadsdelen 2017-2018’ en de bestuurlijke ambitie Ruimte voor Maatschappelijk Initiatief. Ook de gebiedsagenda’s vormen een belangrijk kader. Deze regeling is bedoeld om richting te geven aan de veranderende verhouding tussen overheid en lokale partners (bewoners, bewonersnetwerken en (wijk)ondernemingen). Maatschappelijke initiatieven dragen bij aan sociale samenhang, activering, zorg voor elkaar, duurzame energie, beheer van groenvoorzieningen, educatie, gezondheid, integratie, leefbaarheid, cultuur, etc. Initiatiefnemers zien heel direct wat nodig is in hun omgeving en kunnen dit 'van onderop' dikwijls slim en goed organiseren. Dergelijke initiatieven kunnen gefaciliteerd en gestimuleerd worden met behulp van de budgetten die de bestuurscommissies ter beschikking staan voor de basisvoorzieningen. Het stedelijk kader basisvoorzieningen geeft op dit punt handvatten, die met de subsidieregeling maatschappelijk initiatief nader worden geconcretiseerd. Hiermee wordt een proces gefaciliteerd waarbij initiatieven steeds meer taken oppakken en oplossingen bieden voor (lokale) opgaven die aanvullend zijn op wat de overheid doet maar ook taken en verantwoordelijkheid van de overheid overnemen.
In de nota `Visie en uitgangspunten zelfbeheer sociale accommodaties’ wordt beschreven hoe stadsdeel Noord wil omgaan met zelfbeheer van buurthuizen. In deze nota worden de uitgangspunten en het financiële kader weergegeven.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
1 f. De gebiedsagenda bevat tevens een analyse van de problemen en kansen uit de buurt, bestuurlijke ambities, politieke wensen en projecten en programma’s;1 j. In het Stedelijk kader afspraken basisvoorzieningen in de stadsdelen 2017-2018 wordt eenduidig vastgelegd wat er minimaal aanwezig moet zijn aan basisvoorzieningen in de wijken en aan welk kwaliteitsniveau deze voorzieningen moeten voldoen.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
Deze samenwerkingsverbanden van bewoners, ondernemers of maatschappelijke organisaties kunnen (een deel van de ) taken overnemen, of daarop aanvullen, van overheidsorganisaties en welzijnsinstellingen en op die wijze bijdragen aan opgaven in de buurt zoals geformuleerd in de gebiedsagenda’s of de doelstellingen binnen de stedelijke begroting.
Artikel 4Subsidiabele activiteiten
Met een maatschappelijk initiatief wordt een maatschappelijk doel nagestreefd. Daarmee onderscheidt zo’n initiatief zich van beleidsparticipatie. Bij beleidsparticipatie vraagt de overheid burgers om mee te denken en mee te praten over overheidsplannen. Het is ook iets anders dan maatschappelijke participatie. Daar gaat het over deelname van individuele burgers aan het maatschappelijk verkeer.
Bij maatschappelijke initiatieven nemen bewoners of organisaties zelf het heft in handen om een ‘sociale onderneming’ te starten of een organisatie in te richten waarbinnen activiteiten plaatsvinden die een maatschappelijk doel dienen, aanvullend op wat de overheid daarin doet. Het kan zelfs zo zijn dat een maatschappelijk initiatief een taak van de overheid overneemt.
Maatschappelijke Aanbesteden wordt gebruikt wanneer een overheidsinstantie de uitvoering van een taak wil verstrekken aan de samenleving in ruime zin (sociale ondernemers, maatschappelijke instellingen en verenigde burgers).
7.1.De penvoerder dient zowel de subsidieaanvraag als de aanvraag tot vaststelling in namens het samenwerkingsverband.
10.3.a Met dit artikel wordt een evenredige spreiding van buurthuizen en sociale accommodaties door stadsdeel Noord nagestreefd.
10.3.b De bezettingsgraad geldt niet voor de vakantieperiodes. De bezettingsgraad wordt berekend aan de hand van dagdelen per activiteitenruimte. Een week heeft 21 dagdelen. Bij een gebouw met twee activiteitenruimtes is dat in totaal 42 dagdelen. Wanneer in de week acht keer ‘s ochtends een activiteit is, acht keer ‘s middags en acht keer ‘s avonds dan is de bezetting 24/42x100% = 60% Gebruik van de zaal door derden zoals voor een yogales of dansles telt mee in de bezetting.
Artikel 11 Aanvullende verplichtingen
11.a. Voorbeelden van communicatiekanalen zijn www.jekuntmeer.nl, stadsdeelwebsites, buurtkranten, flyers, buurtwebsites en facebookpagina’s;
11.e. Omdat het de bedoeling is dat initiatieven zich richten op vernieuwing en veelal experimenteel van aard zijn, is het belangrijk dat er gerapporteerd wordt over de resultaten, ook als de subsidie op grond van de ASA (bij subsidie onder € 5.000) direct bij verlening wordt vastgesteld en er dus geen inhoudelijke en financiële verantwoording geëist zal worden. Het algemeen bestuur kan tevens in het verleningsbesluit opnemen dat er op enigerlei wijze verantwoording moet worden afgelegd aan bijvoorbeeld bewonersplatforms, regiegroepen.
11.f. Voorbeelden van zulke verplichtingen zijn verlichtingen die voortvloeien uit het gemeentelijk beleid op gebied van preventie seksueel misbruik en LHTBI-beleid; het hanteren van de Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling; bij de activiteiten toepassen van het beleid Amsterdamse Aanpak Gezond Gewicht; het hanteren van de VOG-verklaring (verklaring omtrent gedrag) bij activiteiten met kinderen en kwetsbare volwassenen/ouderen; aanwijzingen in het kader van het diversiteitsbeleid; over samenwerking formele en informele partners om overlap en lacunes van activiteiten te voorkomen; afspraken ten aanzien van (keten)samenwerking.