Organisatie | Koggenland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Koggenland houdende regels omtrent jeugdhulp Besluit Jeugdhulp gemeente Koggenland 2018 |
Citeertitel | Besluit Jeugdhulp gemeente Koggenland 2018 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Besluit komt het Besluit jeugdhulp gemeente Koggenland 2015.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-03-2018 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 13-03-2018 | D18.006397 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Koggenland;
gelezen het voorstel van Welzijn & Zorg van 13 maart 2018, en;
gelet op de artikelen 4.1.8 van de Jeugdwet en de artikelen 2.9, 12 en 15 van de
Verordening jeugdhulp gemeente Koggenland 2018,
vast te stellen het Besluit jeugdhulp gemeente Koggenland 2018.
Hoofdstuk 2 Persoonsgebonden budget (pgb)
Artikel 3. Pgb voor zorg en ondersteuning
Het tarief van het pgb waarmee zorg en ondersteuning wordt ingekocht bij een persoon die niet als professionele zorgaanbieder wordt aangemerkt of een persoon uit het eigen netwerk van de cliënt bedraagt maximaal het op grond van de Wlz geldende pgb-tarief voor hulp van niet-professionele zorgaanbieders.
Artikel 4. Kwaliteitseisen jeugdhulp
Voor zorgaanbieders gelden de volgende kwaliteitseisen:
Voor de afhandeling van klachten van cliënten die betrekking hebben op de wijze van afhandeling van meldingen en aanvragen geldt de Klachtenregeling Koggenland zoals vastgesteld in de collegevergadering van 18 september 2012.
Burgemeester en wethouders van Koggenland,
13 maart 2018
de gemeentesecretaris,
A.M.T. Beuker
de burgemeester,
R. Posthumus
Toelichting Besluit jeugdhulp 2018
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Het eerste lid gaat in op het tarief van het pgb. Doordat de budgethouder zelf regie krijgt over de ondersteuning die hij met het persoonsgebonden budget betrekt, krijgt hij de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de geleverde ondersteuning en kan hij zo nodig bijsturen. De gemeente verstrekt een pgb maximaal tot het bedrag van zorg in natura. Het tarief wordt mede bepaald door wie de zorg gaat leveren (eigen netwerk, zzp’er of organisatie).
In het tweede lid worden de kosten van tussenpersonen en/of belangenbehartigers uitgesloten van het pgb.
In het derde lid is geregeld dat het pgb alleen bedoeld is voor de betaling van het in de beschikking genoemde ondersteuning/zorg. Dit betekent dat er geen administratiekosten, een eenmalige uitkering of een feestdagenuitkering van het pgb mag worden betaald.
In het vierde lid is geregeld dat de noodzakelijke reiskosten van zorgverleners naar een pgb-houder toe wel vanuit het pgb mag worden betaald. Echter dient dit vooraf te zijn afgestemd.
Ten slotte is in het vijfde lid geregeld dat de pgb-houder geen vaste maandlonen mag afspreken met haar/zijn zorgverlener(s). De zorgverlener wordt via een declaratie uitbetaald door de SVB.
Artikel 3. Pgb voor zorg en ondersteuning
De gemeente kan in de Verordening ook bepalen in welke situaties en onder welke voorwaarden de persoon aan wie de gemeente een pgb verstrekt, de mogelijkheid heeft om voor zijn zorg en ondersteuning personen in te schakelen uit zijn eigen netwerk.
Tot het eigen netwerk worden gerekend de personen uit de huiselijke kring en andere personen met wie iemand een sociale relatie onderhoudt. Met dat laatste worden personen bedoeld met wie hij regelmatig contacten onderhoudt, zoals mantelzorgers, buren, (mede)leden van een vereniging etc. Hiermee krijgt de gemeente de ruimte om te bepalen onder welke voorwaarden zij het mogelijk wil maken dat een pgb wordt ingezet om mensen uit het eigen netwerk van de betrokkene financieel voor hun diensten te belonen.
In het eerste lid is opgenomen dat als diensten worden ingekocht bij iemand uit het sociaal netwerk of iemand die niet als professioneel kan worden aangemerkt, voor de hoogte van het pgb wordt aangesloten bij het tarief in de Wlz.
In de wet is opgenomen dat het college een pgb kan weigeren als de kosten hoger zijn dan de zorg in natura. In het tweede lid is bepaald dat het pgb niet meer kan bedragen dan de kostprijs van een maatwerkvoorziening. Het pgb wordt afgestemd op de situatie van de cliënt. In het derde en vierde lid is daarover een tweetal bepalingen opgenomen. Het derde lid verwijst naar het pgb in voorgaande jaren. De Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) had voor het vaststellen van het pgb voor individuele begeleiding, groepsbegeleiding zonder vervoer en groepsbegeleiding met vervoer één vast tarief per uur vastgesteld. Dit tarief verschilt van de tarieven waarmee de gemeente zorg in natura inkoopt. In het derde lid is daarom opgenomen dat bij de vaststelling van het pgb rekening wordt gehouden met de wijze waarop de cliënt onder de Awbz in staat was de zorg in te kopen.
Gemeenten kunnen verschillende tarieven hanteren voor verschillende vormen van
ondersteuning en voor verschillende typen hulpverleners.
In het vierde lid is opgenomen dat bij het vaststellen van de hoogte van het pgb rekening wordt gehouden met de vraag of de zorg door een professionele zorgaanbieder wordt
geleverd die voor een organisatie werkt of door een professionele zorgaanbieder die als
zelfstandige werkt. Over het algemeen is het zo dat professionele zorg via een organisatie duurder is dan zorg van een zelfstandige. Immers, een organisatie heeft overheadkosten. De cliënt in kwestie is vrij in de keuze; de hoogte van het pgb wordt hier echter op afgestemd.
Artikel 4. Kwaliteitseisen jeugdhulp
Deze eisen zijn bedoeld om de kwaliteit van de pgb zorg op gelijke hoogte te krijgen als zorg in natura. Een pgb kan geweigerd worden wanneer de kwaliteit van de zorg niet gegarandeerd is. Hiermee wordt voorkomen dat malafide aanbieders hulp in onze gemeente gaan aanbieden.
Artikel 5. Meldingsregeling calamiteiten en geweld
In de wet is opgenomen dat het college een regeling opstelt over het doen van meldingen en dat de toezichthoudend ambtenaar deze meldingen onderzoekt en het college adviseert over het voorkomen van verdere calamiteiten en het bestrijden van geweld. Deze regeling is opgenomen in dit artikel.
De gemeente is op grond van de Awb in het algemeen verplicht tot een behoorlijke behandeling van mondelinge en schriftelijke klachten over gedragingen van personen en bestuursorganen die onder haar verantwoordelijkheid werkzaam zijn. Naar deze regeling wordt verwezen in dit artikel.
Artikel 7. Betrekken van ingezetene bij het beleid
Het college heeft in een eerdere regeling deze verplichting ingevuld. Naar deze regeling wordt in dit artikel verwezen.
Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel