Organisatie | Vlaardingen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de burgemeester van de gemeente Vlaardingen houdende regels omtrent handhaving horeca Handhavingsbeleid horeca gemeente Vlaardingen |
Citeertitel | Handhavingsbeleid horeca gemeente Vlaardingen |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-02-2018 | nieuwe regeling | 13-02-2018 |
In 2015 is het Handhavingsarrangement Vlaardingen en Maassluis in werking getreden. De praktijk heeft geleerd dat dit handhavingsbeleid op bepaalde onderdelen wijziging behoefde. Daarnaast is aan het beleid toegevoegd hoe wordt opgetreden bij overtredingen van de Opiumwet in een horeca-inrichting en bij overtredingen van de geluidsnormen van de Wet milieubeheer.
Samenloop, recidive en bijzondere omstandigheden
De handhavingstabel kan eenvoudig worden toegepast indien er sprake is van één overtreding en die zich wellicht daarna meermalen voordoet (recidive). Bijvoorbeeld in geval van het meermalen overtreden van de sluitingstijd. In dat geval wordt de van toepassing zijnde sanctiestrategie stap voor stap doorlopen. De praktijk is echter complexer. Er kan sprake zijn van één feitencomplex bestaande uit meerdere overtredingen (samenloop) en recidive bestaande uit overtredingen waar verschillende sanctiestrategieën voor gelden. Ook kan het zijn dat de omstandigheden van het geval ertoe moeten leiden dat een lichtere of zwaardere sanctie op zijn plaats is dan op basis van de handhavingstabel zou moeten worden opgelegd (bijzondere omstandigheden). Hierna wordt beschreven hoe wordt gehandeld in geval van samenloop, diverse vormen van recidive en in geval van bijzondere omstandigheden.
Eén gebeurtenis (feitencomplex) kan leiden tot verschillende overtredingen. Te denken valt aan de constatering dat er na sluitingstijd nog alcoholhoudende drank wordt geschonken aan een persoon jonger dan 18 jaar. In dit geval is het horecabedrijf in overtreding van zowel de APV-voorschriften, als van de DHW.
In geval van samenloop wordt voor beide overtredingen een sanctie opgelegd, die in principe tegelijkertijd wordt uitgevoerd. In het geval van bovengenoemd voorbeeld: indien de sancties bestaan uit het sluiten van de horeca-inrichting gedurende één week en het schorsen van de vergunning Drank- en Horecawet gedurende één maand, betekent dit dat het horecabedrijf gedurende één week gesloten moet blijven voor publiek én een maand geen alcoholhoudende dranken mag schenken.
Hetzelfde principe wordt toegepast als er sprake is van meerdere overtredingen van één regeling. Indien de sancties bijvoorbeeld bestaan uit sluiting voor één week respectievelijk het opleggen van een bestuurlijke boete, worden beide sancties tegelijk uitgevoerd. In de praktijk zal dit ertoe leiden dat het horecabedrijf alleen gedurende één week gesloten zal zijn en daarna weer gewoon geopend mag zijn.
Van recidive is sprake indien een horecabedrijf meerdere malen een overtreding begaat. De gemeente Vlaardingen hanteert een recidivetermijn van 12 maanden voor alle overtredingen. Als tussen twee overtredingen minder dan 12 maanden zit, dan is sprake van recidive. Van recidive kan sprake zijn als dezelfde regel meerdere malen wordt overtreden, maar ook wanneer verschillende regels worden overtreden binnen de recidivetermijn.
Bij het schakelen binnen een tabel kan de hoogte van een sanctie met de helft worden verhoogd of verlaagd. Op deze wijze wordt rekening gehouden met de handhavingsgeschiedenis van een horecabedrijf. Hierna wordt dit toegelicht.
Bij zeer ernstige of frequente overtredingen kan gekozen worden om de sanctie met de helft te verhogen, of zelfs een stap over te slaan. Als de sanctie onevenredig zwaar is in verhouding tot de overtreding dan wel de omstandigheden, kan ook besloten worden om een stap te herhalen in plaats van de sanctie met de helft te verlagen. Bij het overslaan van stappen wordt de sanctie niet tevens verhoogd of verlaagd.
Wat precies onder bijzondere omstandigheden wordt verstaan is niet exact te benoemen. Dit wordt per geval beoordeeld, waarbij in ieder geval wordt meegewogen in hoeverre de exploitant of ondernemer maatregelen heeft getroffen om een overtreding te voorkomen. In geval een exploitant (vrijwel) alles eraan heeft gedaan om een overtreding te voorkomen, kan een stap uit de handhavingstabel herhaald worden of worden volstaan met een bestuurlijke waarschuwing. Indien blijkt dat een exploitant of ondernemer nauwelijks of geen maatregelen heeft getroffen om een overtreding te voorkomen, kan een stap uit de handhavingstabel worden overgeslagen en een zwaardere sanctie worden opgelegd. Ook kan rekening worden gehouden met de persoonlijke omstandigheden van een exploitant (privé en zakelijk) en met het gedrag van een exploitant of ondernemer. Indien bijvoorbeeld blijkt dat een ondernemer calculerend te werk gaat of zich niet bereid toont om maatregelen te treffen om een overtreding in de toekomst te voorkomen, kan een stap uit de handhavingstabel worden overgeslagen.
De hierboven genoemde afwegingsgronden zijn niet uitputtend. Er kunnen andere gronden zijn om af te wijken van de handhavingstabel. Omdat de handhavingstabel onder meer tot doel heeft handhaving zo transparant mogelijk te maken voor betrokkenen, zal bij afwijking ervan wel altijd goed worden gemotiveerd waarom er sprake is van omstandigheden die zouden moeten leiden tot een lichtere of zwaardere sanctie.
In geval van een zeer ernstig incident als genoemd onder de paragraaf Algemene Plaatselijke Verordening wordt altijd overgegaan tot een spoedsluiting. In bijzondere gevallen kan ook bij een ernstig incident worden overgegaan tot een spoedsluiting. Onder een bijzonder geval wordt in ieder geval verstaan:
De spoedsluiting duurt voort met een maximum van twee weken, totdat de burgemeester een definitief besluit heeft genomen en wordt geëffectueerd door overdracht van de sleutels, verzegeling van het pand en het aanbrengen van een sluitingsbevel op het pand.
ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING
Hierna is weergegeven hoe wordt opgetreden bij het aantreffen van drugs of de constatering van drugshandel in een horeca-inrichting. Voor coffeeshops geldt apart beleid.
Om te bepalen of sprake is van een handelshoeveelheid drugs wordt aangesloten bij de laatste versie van de “Aanwijzing Opiumwet” van het Openbaar Ministerie. Volgens die criteria worden een hoeveelheid harddrugs van maximaal 0,5 gram, een hoeveelheid softdrugs van maximaal 5 gram en 5 cannabisplanten als hoeveelheden voor eigen gebruik aangemerkt. Niet uitgesloten is echter dat een hoeveelheid drugs in een pand die volgens de criteria van het OM als een hoeveelheid voor eigen gebruik moet worden aangemerkt, toch bestemd is voor verkoop, aflevering of verstrekking. Zoals in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel tot uitbreiding van de werkingssfeer van artikel 13b van de Opiumwet naar woningen (Kamerstukken II 2005/2006, 30 515, nr. 3, blz. 10) is opgemerkt, wordt met de uitdrukking “daartoe aanwezig is” in artikel 13b van de Opiumwet gedoeld op de aanwezigheid van verdovende middelen, ongeacht de hoeveelheid, die gebruikt wordt of bestemd is voor de verkoop, aflevering of verstrekking daarvan (zie ABRvS 12 februari 2014, ECLI:NL:RVS:2014:415).
Drugshandel en/of – productie softdrugs door exploitant of leidinggevende | Spoedsluiting voor 6 maanden en intrekken exploitatievergunning | |
Spoedsluiting voor 6 maanden en intrekken exploitatievergunning |
Bij het aantreffen van een handelshoeveelheid harddrugs wordt altijd overgegaan tot een spoedsluiting. In bijzondere gevallen kan ook bij het aantreffen van een handelshoeveelheid softdrugs worden overgegaan tot een spoedsluiting. Onder een bijzonder geval wordt in ieder geval verstaan:
De spoedsluiting duurt voort met een maximum van twee weken, totdat de burgemeester een definitief besluit heeft genomen en wordt geëffectueerd door overdracht van de sleutels, verzegeling van het pand en het aanbrengen van een sluitingsbevel op het pand.