Organisatie | Midden-Groningen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Procedureregeling Functiebeschrijving en Functiewaardering Midden-Groningen 2018 |
Citeertitel | Procedureregeling functiebeschrijving en functiewaardering Midden-Groningen 2018 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Conversietabel Midden-Groningen 2018
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-02-2018 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 02-01-2018 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen;
dat bij besluit van 22 juli 2016 is vastgelegd dat de gemeente Midden-Groningen per 1 januari 2018 voor het beschrijven en waarderen van functies aansluiting zoekt bij het sectorale functiewaarderingssysteem HR21 en terzake een licentieovereenkomst heeft gesloten;
dat het noodzakelijk is dat in lijn met de uitgangspunten van HR21 een nieuwe procedureregeling, afgestemd op een generieke wijze van beschrijven en waarderen, wordt vastgesteld;
Gelet op het bepaalde in de Beloningsregeling van de gemeente Midden-Groningen;
de instemming van de ondernemingsraad d.d. 30 juni 2016 met betrekking tot de aansluiting bij HR21;
de bereikte overeenstemming in de Commissie voor Georganiseerd Overleg van 25 oktober 2017 terzake de inhoud van deze regeling;
besluit vast te stellen de Procedureregeling functiebeschrijving en functiewaardering Midden-Groningen 2018.
ARTIKEL 2: VASTSTELLING FUNCTIEBESCHRIJVINGEN
De bestuurder, of in opdracht de directeuren of teamleiders selecteren (in samenspraak met de externe deskundige en/of een gecertificeerde gebruiker) per functie een normbeschrijving uit HR21. Als de normbeschrijving voor de functie onvolledig is, dan wel een voor de functie dekkende normbeschrijving niet beschikbaar is, wordt een lokale functiebeschrijving opgesteld.
De geselecteerde normbeschrijving(en) en/of lokale functiebeschrijving(en), wordt/worden besproken binnen de directie en door of namens de bestuurder voorlopig vastgesteld. De voorlopig vastgestelde functiebeschrijving(en) wordt/worden door de bestuurder ter informatie aangeboden aan de ondernemingsraad (OR).
Als sprake is van een organisatiebrede functiebeschrijvingsronde of Als sprake is van een organisatorische verandering zoals bedoeld in artikel 25 lid 1 van de WOR, dan stelt de bestuurder de OR in de gelegenheid advies uit te brengen over de voorgenomen vaststelling van de functiebeschrijvingen. Artikel 25 lid 2 tot en met 6 en artikel 26 WOR zijn in dat geval van overeenkomstige toepassing.
Met inachtneming van het bepaalde in lid 2 of 3, legt de bestuurder de functiebeschrijvingen ter vaststelling voor aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag stelt de aldus voor de gemeentelijke functies tot stand gekomen (norm- en lokale) functiebeschrijvingen bij algemeen verbindend voorschrift vast.
ARTIKEL 3: VASTSTELLING WAARDERINGEN
Het bevoegd gezag stelt de waarderingen vast met inachtneming van het eindadvies functiewaardering. Afwijking van het advies kan slechts plaatsvinden op basis van zwaarwegende argumenten. Het bevoegd gezag stelt de waarderingen van de lokale functiebeschrijvingen en normbeschrijvingen bij algemeen verbindend voorschrift vast.
ARTIKEL 4: VASTSTELLING CONVERSIETABEL
Het bevoegd gezag stelt op basis van de vastgestelde gemeentelijke salarisstructuur, na verkregen overeenstemming binnen de commissie voor Georganiseerd Overleg, een conversietabel vast. Wijziging van de gemeentelijke salarisstructuur vindt niet plaats zonder overeenstemming binnen de commissie voor Georganiseerd Overleg.
ARTIKEL 5: VOORBEREIDING INDELINGSADVIES, INDELINGSBESLUIT,BEZWAAR EN BEROEP
Het bevoegd gezag maakt aan de functiehouder schriftelijk bekend welke (norm- of lokale) functiebeschrijving zij voornemens is op de functie van toepassing te verklaren (indelingsbesluit). In het voorgenomen indelingsbesluit zijn tevens de gevolgen opgenomen voor de inschaling, het salaris en/of de bezoldiging.
De functiehouder wordt in de gelegenheid gesteld zijn/haar zienswijze over de indeling aan de norm- of lokale functiebeschrijving kenbaar te maken. De termijn voor het kenbaar maken van de zienswijze bedraagt twee weken. De zienswijze wordt schriftelijk en gemotiveerd kenbaar gemaakt aan het bevoegd gezag. Het bevoegd gezag legt de zienswijze ter advisering voor aan de directie.
Na het verstrijken van de termijn als bedoeld in lid 4, maakt het bevoegd gezag, als van toepassing na kennisneming van de ingediende zienswijze(n) van de functiehouder(s) en het advies van directie, schriftelijk en gemotiveerd aan de functiehouder bekend in welke functiebeschrijving de functie van de functiehouder is ingedeeld en welke de gevolgen zijn voor de inschaling, het salaris en/of bezoldiging. Deze mededeling is een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. Tegen dit besluit kan de functiehouder schriftelijk en gemotiveerd bezwaar maken bij het bevoegd gezag.
ARTIKEL 7: NIEUWE EN GEWIJZIGDE TAKEN
Indien de heroverweging leidt tot een nieuw indelingsbesluit, dan is het bepaalde in artikel 5 (met uitzondering van lid 2) van overeenkomstige toepassing. In het geval dat de heroverweging niet leidt tot een nieuw indelingsbesluit, dan wordt de functiehouder hiervan zo snel mogelijk in kennis gesteld.
ARTIKEL 8: WIJZIGING FUNCTIEBESCHRIJVINGEN
Bij wijziging van de structuur, taken of doelstellingen van de organisatie wordt, onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, door of namens de bestuurder bezien of de vastgestelde functiebeschrijvingen volledig en/of toereikend zijn. Het selecteren, wijzigen of opstellen van nieuwe functiebeschrijvingen verloopt volgens de procedure als beschreven in artikel.
ARTIKEL 9:OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Het bevoegd gezag kan nadere regels stellen omtrent hetgeen in deze procedureregeling is neergelegd voor zover aard en strekking van deze regeling zich daartegen niet verzet. Als en voor zover bij nadere regels van deze regeling wordt afgeweken, dient hierover voorafgaand instemming te worden gevraagd aan de ondernemingsraad. Het bepaalde in artikel 27 lid 2 t/m 7 WOR is van overeenkomstige toepassing.
Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 2 januari 2018,
De burgemeester,
De secretaris,
met instemming van de commissie voor het BGO d.d. 25 oktober 2017.
Addendum bij procedureregeling Functiebeschrijving en Functiewaardering Midden-Groningen 2018
de gemeenteraad van de gemeente Midden-Groningen;
Overwegende, dat met betrekking tot het beschrijven en waarderen van de functies van de op de griffie werkzame ambtenaren zo veel mogelijk dient te worden aangesloten aan de methode van beschrijven en waarderen van functies van het overige personeel in dienst van de gemeente Midden-Groningen;
I De door het College van de gemeente Midden-Groningen op ….. (datum invullen)
Besluitvorming procedureregeling College Midden-Groningen vastgestelde “Procedureregeling functiebeschrijving en – waardering HR21 gemeente Midden-Groningen”, verder aangeduid als procedureregeling, met inachtneming van het bepaalde onder II van toepassing te verklaren en naar analogie toe te passen voor de functies binnen de griffie van de gemeente Midden-Groningen.
a) Daar waar in de procedureregeling gesproken wordt over “bevoegd gezag”, gelezen dient te worden “de gemeenteraad”.
b) Daar waar in de procedureregeling gesproken wordt over “directie” gelezen dient te worden “de gemeenteraad” of i.c. griffiepersoneel: “de griffier”.
c) De beschrijving en de waarderingen van de functies binnen de griffie dezelfde stappen van de procedureregeling doorlopen.