Organisatie | Alphen aan den Rijn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beheersverordening Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn |
Citeertitel | Regels van de Beheersverordening Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 3.38 van de Wet ruimtelijke ordening
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-09-2017 | Nieuwe regeling | 21-09-2017 |
Op de onderhavige beheersverordening Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn zijn met inachtneming van het bepaalde in deze beheersverordening van overeenkomstige toepassing:
de voorschriften (thans: regels) en plankaart (thans: verbeelding) van het bestemmingsplan Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn, eerste herziening, zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Koudekerk aan den Rijn (thans gemeente Alphen aan den Rijn) op 19 december 1996 en opgenomen in bijlage 4;
In deze beheersverordening wordt verstaan onder:
de bestemmingsplannen Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn (incl. eerste herziening), Gnephoek herziening 1958 zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Koudekerk aan den Rijn (thans gemeente Alphen aan den Rijn) en het bestemmingsplan Geluidzone Industrieterrein vastgesteld door de raad van de gemeente Alphen aan den Rijn op respectievelijk 28 september 1981, 19 december 1996, 1 juli 1958 en 13 oktober 2016;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in GML-bestand NL.IMRO.0484.KKIndustrieterrein-VA01 met de bijbehorende regels en eventuele bijlagen.
Toegestaan feitelijk gebruik ten tijde van vaststelling van deze beheersverordening, alsmede nog niet gerealiseerde gebruiks- en bouwmogelijkheden van de hiervoor in artikel 1 genoemde bestemmingsplannen.
Artikel 6 Algemene bouw- en gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan pas een omgevingsvergunning verlenen voor de activiteiten bouwen en/of het
gebruiken van gronden en/of de activiteit handelen in strijd met regels ruimtelijke ordening, met inachtneming van het volgende:
in het geval van nieuwbouw, uitbreiding of functiewijziging van gebouwen en/of voorzieningen, dient op eigen terrein te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen;
er is sprake van voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen, indien:
voldaan wordt aan de normen in de beleidsregels die zijn neergelegd in de door het bevoegd gezag vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren en laden en lossen, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag omgevingsvergunning;
de parkeerplaatsen voldoen aan de verdere eisen (maatvoering en ontwerp) die zijn neergelegd in de door het bevoegd gezag vastgestelde beleidsregels met betrekking tot het parkeren, zoals die gelden op het tijdstip van indiening van de aanvraag omgevingsvergunning.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.1, indien:
aanpassing van het bouwplan om alsnog te kunnen voorzien in voldoende parkeerruimte op eigen terrein redelijkerwijs niet kan worden verlangd en
op een andere wijze is of wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid en laad- en losvoorzieningen om de toename van de parkeerbehoefte op te vangen.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het bepaalde in 6.1, indien dit noodzakelijk is om een goede verkeersstructuur en/of bereikbaarheid voor een pand, perceel, straat (of deel daarvan) dan wel een andere ruimtelijke functionele structuur te waarborgen.
Artikel 7 Specifieke gebruiksregel
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het:
oprichten, wijzigen of uitbreiden van een inrichting, waarbij de depositie van stikstofoxiden op Natura 2000 gebieden toeneemt ten opzichte van de bestaande stikstofdepositie.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.1, mits:
de toename van de stikstofdepositie wordt gecompenseerd door middel van compenserende maatregelen.
Onder een compenserende maatregel als hiervoor bedoeld wordt mede begrepen:
1. compensatie door middel van een minimaal gelijkwaardige afname van de bestaande depositie op hetzelfde kwetsbare gebied, afkomstig van een of meer andere bedrijven. De berekening wordt ingevoerd op een wijze zoals op dat moment voorgeschreven in de Wet Natuurbescherming of de daaropvolgende wet.
Ook kan het bevoegd gezag bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.1 indien de toename van stikstofdepositie niet wordt gecompenseerd, mits de activiteit geen significante gevolgen, als bedoeld in de Wet Natuurbescherming, heeft voor de beschermde natuurwaarden in hetzelfde kwetsbare gebied.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
Bestemmingsplan Industrieterrein Koudekerk aan den Rijn
Hoofdstuk 3 van het plan wordt als volgt gewijzigd:
a. Artikel 20 tot en met 24 Overgangsbepalingen vervalt;
Bestemmingsplan Gnephoek 1958, eerste herziening
Paragraaf IV van het plan wordt als volgt gewijzigd: