Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Flevoland

Besluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent reis- en verblijfkosten Reis- en verblijfkostenregeling provincie Flevoland 2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieFlevoland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingBesluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent reis- en verblijfkosten Reis- en verblijfkostenregeling provincie Flevoland 2018
CiteertitelReis- en verblijfkostenregeling provincie Flevoland 2018
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Flevoland/CVDR607533/CVDR607533_1.html

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-01-2018nieuwe regeling

12-12-2017

prb-2018-754

2147575

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent reis- en verblijfkosten Reis- en verblijfkostenregeling provincie Flevoland 2018

Op 12 december 2017 hebben Gedeputeerde Staten van Flevoland bij besluit met kenmerk 2147374 ingestemd met de vaststelling van:

 

De Reis- en verblijfkostenregeling provincie Flevoland 2018

 

Deze regeling wordt geacht te zijn vastgesteld op grond van artikel 3.1.4 lid 1 van de Collectieve Arbeidsvoorwaarden Provincies (CAP).

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    de medewerker: de ambtenaar in de zin van artikel 1.1 onder b van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP) dan wel de werknemer als bedoeld in artikel 1.1 onder hh van de CAP;

  • b.

    de plaats van tewerkstelling: het gebouw, gebouwencomplex, terrein, vaartuig dan wel enig ander door Gedeputeerde Staten aangewezen plaats waar de ambtenaar zijn werkzaamheden gewoonlijk verricht;

  • c.

    dienstreis: de noodzakelijke verplaatsing tot het uitoefenen van de functie, buiten de plaats van tewerkstelling op last van, met toestemming van of onder nadere goedkeuring van Gedeputeerde Staten, dan wel de secretaris, dan wel voor zover het niet de verblijfkosten van hem zelf betreft, het bevoegde afdelingshoofd;

  • d.

    Reisregeling binnenland: Reisregeling binnenland van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

Artikel 2 Reis- en verblijfkostenvergoeding (algemeen)

  • 1.

    Op de voet van hetgeen hierna volgt wordt aan de ambtenaar een vergoeding van de reis- en verblijfkosten verleend ter zake van dienstreizen

  • 2.

    Behoudens het bepaalde in het derde lid wordt voor de bepaling van de hoogte van de vergoeding van reis- en verblijfkosten de plaats van tewerkstelling voor de dienstreis aangemerkt als begin- en eindpunt.

  • 3.

    In afwijking van het tweede lid wordt voor de bepaling van de hoogte van de vergoeding van reis- en verblijfkosten rekening gehouden met het feitelijke traject onderscheidenlijk de feitelijke reisduur, indien deze korter zijn dan het traject onderscheidenlijk de reisduur waarbij de plaats van tewerkstelling voor de dienstreis als begin- en eindpunt wordt aangemerkt.

Artikel 3 Reiskostenvergoeding

  • 1.

    Wegens reiskosten worden vergoed:

    • a.

      Bij gebruik van een openbaar vervoermiddel of een eigen vervoermiddel, een bedrag gelijk aan de kosten van het openbaar vervoer;

    • b.

      De kosten voor het in redelijkheid gebruik maken van vervoer met een taxi voorafgaand dan wel aansluitend aan het gebruik van openbaar vervoer;

    • c.

      De kosten in verband met het vervoer en/of bewaren van reis- en dienstbenodigdheden.

  • 2.

    Voor zover niet in redelijkheid van openbaar vervoer gebruik gemaakt kan worden en slechts indien voor die dienstreis met toestemming vooraf van Gedeputeerde Staten, dan wel de secretaris, dan wel, voorzover het niet de verblijfkosten van hem zelf betreft, het bevoegde afdelingshoofd gebruik gemaakt is van een eigen vervoermiddel dan wordt hiervoor een vergoeding per kilometer toegekend:

    • a.

      wanneer gebruik gemaakt is van een auto dan wel een motorrijwiel of scooter: gelijk aan het bedrag als genoemd in artikel 2 lid 1 van de Reisregeling binnenland.

    • b.

      wanneer gebruik gemaakt is van een bromfiets: gelijk aan het bedrag als genoemd in artikel 2 lid 2 van de Reisregeling binnenland.

Artikel 4 Verblijfkostenvergoeding

  • 1.

    De in verband met een dienstreis noodzakelijk gemaakte kosten voor maaltijden en logies worden vergoed tot maximaal de bedragen als genoemd in artikel 5 van de Reisregeling binnenland.

  • 2.

    Verblijfkosten worden niet vergoed, wanneer:

    • a.

      Het aantal reisuren minder dan drie bedraagt;

    • b.

      De dienstreis zich beperkt tot een straal van drie kilometer, gerekend vanuit de plaats van tewerkstelling;

  • 3.

    Het bevoegde bestuursorgaan, dan wel de secretaris, voorzover het niet de verblijfkosten van hem zelf betreft, kunnen beslissen de verblijfkosten als bedoeld in artikel 4, lid 2 onder a en b, toch te vergoeden.

Artikel 5 Bijzondere bepalingen

  • 1.

    De vergoeding van de in de vorenstaande paragrafen bedoelde reis- en verblijfkosten vindt alleen plaats voor zover deze kosten niet uit anderen hoofde worden vergoed.

  • 2.

    Bij de in te dienen declaratie worden zoveel mogelijk kwitanties en/of andere bewijsstukken overgelegd.

  • 3.

    Vergoeding wegens reis- en verblijfkosten ter zake van reizen naar, in en vanuit het buitenland wordt alleen genoten ingeval de reizen zijn gedaan met voorafgaande afzonderlijke toestemming van Gedeputeerde Staten.

  • 4.

    Vergoeding vindt plaats tot maximaal de bedragen genoemd in de Reisregeling buitenland van het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

  • 5.

    Voor een bepaalde ambtenaar of voor een bepaalde groep van ambtenaren kan een van het vorenstaande afwijkende voorziening worden getroffen, welke naar het oordeel van Gedeputeerde Staten meer in overeenstemming is met de voor dezen noodzakelijke uitgaven.

Artikel 6 Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten kunnen in gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet een beslissing in afwijking van deze regeling nemen.

Bovengenoemde vaststelling treedt, na publicatie in het provinciaal blad, met ingang van 1 januari 2018 in werking.

 

Aldus vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 12 december 2017

de secretaris de voorzitter