Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Flevoland

Besluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent fiscale faciliteiten vervoer Regeling fiscale faciliteiten vervoer 2018

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieFlevoland
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingBesluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent fiscale faciliteiten vervoer Regeling fiscale faciliteiten vervoer 2018
CiteertitelRegeling fiscale faciliteiten vervoer 2018
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-01-2018nieuwe regeling

12-12-2017

prb-2018-751

2133615

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van de Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent fiscale faciliteiten vervoer Regeling fiscale faciliteiten vervoer 2018

Op 12 december 2017 hebben Gedeputeerde Staten van Flevoland bij besluit met kenmerk 2147374 ingestemd met de vaststelling van:

 

De Regeling fiscale faciliteiten vervoer 2018

Artikel 1 Begripsbepaling

  • a)

    medewerker: de ambtenaar als bedoeld in artikel 1.1 onder b van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP) dan wel de werknemer als bedoeld in artikel 1.1 onder hh van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP);

  • b)

    IKB: Individueel keuzebudget wat door de medewerker ingezet kan worden als ruilmiddel voor de daarvoor aangewezen doelen, zogenaamde IKB-doelen;

  • c)

    uitruil: de fiscale mogelijkheid om (een deel van) het IKB uit te ruilen voor IKB-doelen;

  • d)

    loon: loon als bedoeld in de Wet op de loonbelasting 1964.

Artikel 2 Uitruil reiskosten woon-werkverkeer

De medewerker kan met gebruikmaking van de fiscale ruimte in de reiskosten zijn IKB uitruilen voor netto reiskostenvergoeding.

 

2.1 Fiscale ruimte in de reiskosten

  • 1.

    De fiscale ruimte in de reiskosten is het verschil tussen de door Gedeputeerde Staten overeenkomstig de Regeling vergoeding woon-werkverkeer Provincie Flevoland betaalde reiskostenvergoeding en hetgeen fiscaal maximaal onbelast aan reiskosten mag worden uitbetaald.

  • 2.

    De te benutten fiscale ruimte wordt bepaald aan de hand van:

    • a.

      de reisafstand;

    • b.

      het aantal reisdagen;

    • c.

      het fiscaal voorgeschreven aantal reisdagen van 214 dagen op jaarbasis voor fulltimers;

    • d.

      de reeds ontvangen reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer;

    • e.

      bij een enkele reisafstand van meer dan 75 kilometer van de woning of verblijfplaats naar een vaste plek voor het werk, is nacalculatie verplicht. Hierbij moet vastgesteld worden of de vaste kostenvergoeding overeenkomt met het werkelijk aantal woon-werkkilometers in het kalenderjaar maal maximaal € 0,19 per kilometer.

2.3 Deelname

Deelname aan deze regeling staat open voor de medewerker van wie het vervoer fiscaal gezien niet ter beschikking wordt gesteld vanuit Gedeputeerde Staten (bijvoorbeeld auto van de zaak, de eerste drie jaar van de periode van de Lelystadfiets, NS abonnement) én die een fiscaal onvolledige reiskostenvergoeding van Gedeputeerde Staten ontvangt.

 

2.4 Procedure

  • 1.

    De medewerker die aan de regeling wenst deel te nemen geeft dit aan in het IKB via FlexBenefits.

  • 2.

    De verrekening van de uitruil woon-werkverkeerregeling kun je bekostigen vanuit het IKB. Dit vindt plaats in de door de medewerker aangegeven periode(s).

  • 3.

    Indien de medewerker deelname aan de regeling wil beëindigen, dient hij dit in het IKB via FlexBenefits.

 

2.5 De vergoeding

  • 1.

    Na accordering van zijn keuze door de medewerker wordt een overeenkomst in FlexBenefits gemaakt. Aan de hand van deze overeenkomst verstrekt Gedeputeerde Staten overeenkomstig de vastgestelde beschikbare fiscale ruimte binnen de fiscale voorwaarden een onbelaste vergoeding voor de reiskosten aan de medewerker.

  • 2.

    De financiering van de vergoeding vindt plaats door middel van het afzien door de medewerker van een evenredig deel van het IKB.

  • 3.

    In het geval het IKB niet toereikend is ter financiering van de vergoeding, wordt het restant van de vergoeding gefinancierd door af te zien van een deel van het bruto loon.

  • 4.

    De hoogte van de vergoeding is afhankelijk van de fiscale onbenutte ruimte en het geldende fiscale tarief van de loonheffing.

 

2. 6 Verklaring

Door het accorderen van zijn keuze door de medewerker wordt een overeenkomst in FlexBenefits gemaakt. Hiermee verklaart de medewerker bekend:

  • 1.

    en akkoord te zijn met de voorwaarden van deze regeling;

  • 2.

    te zijn met de gevolgen die deelname heeft of kan hebben voor de medewerker op het brutoloon sociale verzekeringen (zowel de premie- als de uitkeringsgrondslag), de grondslag voor inkomensafhankelijke voorzieningen en bijdragen en andere thans niet voorziene gevolgen;

  • 3.

    te zijn met de mogelijke gevolgen van deze overeenkomst waartoe tevens behoren dat eventuele nageheven en/of nagevorderde belastingen en premies voor zijn rekening komen indien sprake is van nalatigheid van de medewerker.

Artikel 3. Fiets voor woon-werkverkeer

De medewerker kan éénmaal per drie jaren zijn opgebouwde IKB inzetten voor het aanschaffen van een fiets.

 

3.1 Gebruik van de fiets

De fiets moet voor meer dan de helft van de tijd voor het woon-werkverkeer worden gebruikt. Het gebruik van de fiets voor het woon-werkverkeer mag zich ook beperken tot het voortraject of na-traject voor het openbaar vervoer (niet eigen vervoer met de auto).

 

3.2 Maximumbedrag

Voor de aanschaf van de fiets kan de medewerker tot een maximumbedrag van €749 zijn opgebouwde IKB inzetten. De medewerker mag tevens €82 per kalenderjaar aan verzekering en accessoires besteden.

 

3.3 Procedure

De medewerker koopt en betaalt de fiets zelf. Via Youforce (Personeelsplein, Self Service) kan de medewerker aangeven dat hij wil uitruilen met zijn opgebouwde IKB. Dit betekent dat het gedeclareerde bedrag tot een maximum van €749 wordt uitbetaald aan de medewerker. Een scan van de nota van de fiets, verzekering en accessoires moet worden bijgevoegd bij de aanvraag in Youforce.

 

3.4 Voorbeeld

De medewerker koopt een fiets van €749 en zet voor de aanschaf van de fiets zijn IKB in. De medewerker krijgt €749 netto uitbetaald. Hiermee wordt het brutosalaris van de medewerker verlaagd zodat er over het bedrag van €749 geen belasting wordt betaald. Het belastingvoordeel dat de medewerker krijgt middels het inzetten van zijn IKB hangt af van het belastingtarief wat van toepassing is op zijn loon. Indien het belastingtarief 40,85% bedraagt, dan bedraagt het belastingvoordeel €305,97 (= €749 / 100 x 40,85).

 

3.5 Lelystadfiets

De ambtenaar die in de standplaats woonachtig is, kan één keer in de vijf jaar onder bepaalde voorwaarden aanspraak maken op een vergoeding in de aanschafkosten van een fiets ten behoeve van woon-werkverkeer. Dit is de zogenaamde Lelystadfiets. Uitruilmogelijkheden reiskosten na drie jaar gebruik van de Lelystadfiets is in artikel 2.3 van deze regeling geregeld.

Artikel 4. Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten kunnen in gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet een beslissing in afwijking van deze regeling nemen.

Bovengenoemde vaststelling treedt, na publicatie in het provinciaal blad, met ingang van 1 januari 2018 in werking.

 

Aldus vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 12 december 2017

de secretaris de voorzitter

Toelichting Regeling Uitruil reiskostenvergoeding woon-werkverkeer Provincie Flevoland

Deze regeling biedt een uitruilmogelijkheid via het IKB voor kosten in woon-werkverkeer. In het geval van uitruil heeft de belastingdienst aangegeven dat een vermindering van het brutoloon niet hoeft te leiden tot een verlaging van het pensioengevend inkomen. Dit betekent dat de fiscale pensioenruimte niet langer hoeft te worden berekend.

Steekproeven hebben uitgewezen dat in nagenoeg alle gevallen de beschikbare fiscale pensioenruimte voldoende is om maximaal gebruik van de uitruilmogelijkheid te maken.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 2.1 Fiscale ruimte in de reiskosten

Het verschil tussen hetgeen Gedeputeerde Staten fiscaal mag vergoeden en hetgeen Gedeputeerde Staten daadwerkelijk vergoedt voor het woon-werkverkeer reiskosten is de fiscale ruimte. Aan de berekening van die ruimte hangen fiscale eisen, die in dit artikel zijn verwoord.

 

Artikel 2.3 Deelname

Deelname staat open voor alle medewerkers binnen de fiscale grenzen. Dit betekent dat indien Gedeputeerde Staten al een vergoeding geeft die fiscaal gezien maximaal toelaatbaar is, de medewerker dan geen fiscale ruimte heeft en niet kan deelnemen aan de regeling. Concreet betekent dat bijvoorbeeld het volgende. Iemand die van Gedeputeerde Staten een NS abonnement voor de bus volledig vergoed krijgt, heeft geen fiscale ruimte en kan dus niet deelnemen aan deze regeling. Anders is het voor een medewerker die een Lelystadfiets heeft. Een medewerker kan eenmaal per vijf jaar een Lelystadfiets (tot een maximum van 749 euro) krijgen. Een medewerker met een Lelystadfiets kan dan na drie jaar alsnog gebruik maken van deze uitruilregeling, voor de resterende twee jaar van de periode.

Bij de IKAP fiets kan de medewerker geen gebruik maken van de uitruil, want die valt binnen de fiscale periode van twee jaar.

 

Artikel 2.4 Procedure

In dit artikel wordt aangegeven welke procedure er moet worden aangehouden, wil de uitruil kunnen worden verwerkt. De aanvraag dient via het IKB te worden ingediend, waaruit een contract zal volgen waarmee de medewerker zich akkoord verklaart met de voorwaarden van deze regeling. De medewerker neemt dan deel aan de regeling tot het moment waarop hij in het IKB aangeeft deelname te willen beëindigen. De medewerker moet wel jaarlijks zijn aanvraag blijven indienen.

 

Artikel 2.5 en 2.6 De vergoeding en verklaring

Doorgaans zal het IKB toereikend zijn om in te zetten voor een hogere onbelaste reiskostenvergoeding. In die gevallen waarin dat niet zo is, wordt ter financiering van het restant het brutoloon van de maand december ingezet. De uitruil gebeurt met een deel van het IKB dat de medewerker zelf heeft opgebouwd. Ook zitten er fiscale voorwaarden aan de uitruil, en omdat de medewerker zelf om de uitruil verzoekt, moet de medewerker het contract bij de aanvraag via het IKB accorderen. Daarmee geeft hij Gedeputeerde Staten dan de opdracht binnen de fiscale regels een onbelaste vergoeding voor de reiskosten uit te betalen. Daarnaast verklaart de medewerker daarmee de aanvraag naar waarheid te hebben ingevuld. Indien blijkt dat de medewerker onjuiste informatie heeft verstrekt kan het zijn dat er te weinig loonheffing of sociale premies zijn afgedragen. Indien de belastingdienst als gevolg daarvan met een naheffing komt, zijn de kosten daarvan voor rekening van de medewerker. Artikel 6, lid 3 ziet op situaties waarin de medewerker toeslagen ontvangt, zoals een huur- of een zorgtoeslag.