Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Westerwolde

Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWesterwolde
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingHandhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde
CiteertitelHandhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpHandhavingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 8b van de Participatiewet
  2. artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
  3. artikel 35 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2018Nieuwe regeling

02-01-2018

gmb-2018-15840

Tekst van de regeling

Intitulé

Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde

besluit:

 

vast te stellen de

 

“Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde”

 

Luidende als volgt

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

Hoofdstuk 2 Handhaving

Artikel 2. Controle

  • 1.

    Het college voert onderzoeken uit om de rechtmatigheid van de uitkering te controleren en het bestrijden van het ten onrechte ontvangen van uitkering zowel bij de aanvraag, gedurende de uitkering en bij beëindiging.

  • 2.

    Het college stelt nadere regels met betrekking tot de onderzoeken genoemd in lid 1.

Artikel 3. Terugvordering

  • 1.

    Het college geeft uitvoering aan haar bevoegdheid ingevolge artikel 58 tot en met artikel 60c van de participatiewet om de kosten van bijstand terug te vorderen.

  • 2.

    Het college vordert de kosten van bijstand terug met inachtneming van paragraaf 6.4 van de participatiewet;

  • 3.

    Het college geeft uitvoering aan haar bevoegdheid ingevolge paragraaf 5 van de Ioaw/Ioaz om de uitkering terug te vorderen.

  • 4.

    Het college stelt nadere regels met betrekking tot de terugvordering.

Artikel 4. Verhaal

  • 1.

    Het college geeft uitvoering aan haar bevoegdheid ingevolge paragraaf 6.5 van de participatiewet om de kosten van bijstand te verhalen;

  • 2.

    Het college stelt nadere regels met betrekking tot verhaal.

Artikel 5. Invordering en kwijtschelding

Het college stelt nadere regels op het punt van invordering en kwijtschelding.

Artikel 6. Onvoorziene omstandigheden en hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 7. Afstemming, bestuurlijke boete

Als de belanghebbende zijn verplichtingen niet of onvoldoende nakomt dan wel anderszins blijk geeft van onvoldoende besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan, verlaagt het college de uitkering of de inkomensvoorziening conform de Afstemmingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz, onverminderd de plicht van het college om een boete op te leggen bij het niet of niet behoorlijk nakomen van de inlichtingenplicht en onverminderd de terugvordering van ten onrechte verstrekte bijstand of ten onrechte verstrekte inkomensvoorziening.

Artikel 8. Aangifte bij het Openbaar Ministerie

Indien een gedraging van de belanghebbende leidt tot benadeling van de gemeente, doet het college, onverminderd de verplichting de ten onrechte verstrekte bijstand of inkomensvoorziening terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met de door de wetgever en het Openbaar Ministerie hiervoor gehanteerde uitgangspunten.

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

Artikel 9. Intrekken oude verordening

De Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw/Ioaz gemeente Vlagtwedde 2015 en de Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw/Ioaz gemeente Bellingwedde 2015 worden ingetrokken.

Artikel 10. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2018.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Handhavingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz gemeente Westerwolde.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van 2 januari 2018.

De raad voornoemd,

raadsgriffier

voorzitter

Artikelsgewijze toelichting

 

In de Participatiewet) is de verplichting tot handhaving van regels, zoals die gelden in de Algemene bijstandswet (Abw) losgelaten en omgezet in een “kan bepaling”. Hiermee krijgen gemeenten de bevoegdheid om haar eigen regels te bepalen omtrent handhaving. De bedoeling van een hierbij behorende gemeentelijke verordening is om het beleid dienaangaande op hoofdlijnen vast te stellen en daarmee het college de gelegenheid te bieden om voor nadere invulling te zorgen via beleidsregels. De voorliggende verordening sluit zoveel mogelijk aan op de huidige wet en reeds vastgestelde gemeentelijke regels.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit artikel wordt uitleg gegeven omtrent de gehanteerde definities c.q. begrippen welke onlosmakelijk met handhaving zijn verbonden.

Artikel 2. Controle

Dit artikel gaat over fraudepreventie. Het bestrijden van fraude verlegt zich meer en meer naar het moment waarop de potentiële klant een beroep op bijstand doet (van repressie naar preventie). Een goede controle op de aanvraag voorkomt dat klanten ten onrechte een beroep op bijstand doen. De controle moet worden voorafgegaan door voorlichting en heldere communicatie over de rechten en plichten alsmede het fraudebeleid van de organisatie.

Controle op de aanvraag wordt onder andere vorm door een stringente invulling van de Poortwachterfunctie via o.a. een uitgebreide screening van de ingediende gegevens bij de bron en bij derden. Controle tijdens de aanvraag wordt o.a. uitgevoerd middels zogenaamde themaonderzoeken.

Artikel 3. Terugvordering

In dit artikel wordt onder andere bepaald dat de gemeente de ten onrechte verstrekte bijstand terugvordert. Hiervoor is destijds een debiteurenbeleidsplan opgesteld.

Artikel 4. Verhaal

Het uitoefenen van verhaal onderhoudsplicht is met de invoering van de wet niet meer een verplichting. De gemeente kan echter van deze mogelijkheid gebruik blijven maken. In een beleidsregel kan dit nader worden uitgewerkt.

Artikel 5. Invordering en kwijtschelding

Met betrekking tot de invordering van ten onrechte verleende bijstand als wel de mogelijkheid van kwijtschelding kan worden verwezen naar eerder genoemde debiteurenbeleidsplan.

Artikel 7. Afstemming, bestuurlijke boete

Wanneer de cliënt onvolledige of onjuiste informatie verstrekt, waardoor teveel bijstand is betaald, wordt deze bijstand teruggevorderd en wordt een boete opgelegd. Bij het niet nakomen van andere verplichtingen, zoals het niet nakomen van de arbeidsvoorwaarden, de medewerkingsplicht en andere opgelegde verplichtingen, kan de uitkering of de inkomensvoorziening (tijdelijk) worden verlaagd conform de Afstemmingsverordening Participatiewet, Ioaw en Ioaz. Dat kan ook als de belanghebbende blijk geeft van onvoldoende besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan. Deze verlaging is bedoeld om het nakomen van de verplichtingen en de hoogte van de uitkering op elkaar af te stemmen en heeft daarmee het karakter van gedragscorrectie.

Artikel 8. Aangifte bij het Openbaar Ministerie

Het aanwenden van strafvorderlijke bevoegdheden kan slechts aan de orde zijn bij het redelijk vermoeden dat het nadeel € 50.000,00 of meer bedraagt.