Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening reclamebelasting 2018 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 227 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-01-2019 | Nieuwe regeling | 22-12-2017 |
De raad van de gemeente Weesp,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 november 2017;
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
Deze verordening verstaat onder:
WOZ-waarde: de op voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor de onroerende goed vastgestelde waarde voor het kalenderjaar.
onroerende zaak: een onroerende zaak als bedoeld onder hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken, die niet tot woning dient, dan wel het niet-woning-gedeelte van een onroerende zaak die tot woning dient.
De Verordening reclamebelasting 2018 is van toepassing op het als volgt begrensde kernwinkelgebied met aanloopstraten van de binnenstad van Weesp: Nieuwstraat 1 - 70A; Nieuwstad 1 - 84; Binnenveer (helemaal); Buitenveer 1 - 19; Slijkstraat (helemaal); Breedstraat (helemaal); Grote Plein (helemaal); Herengracht (helemaal); Achterom (helemaal); Achteromstraat (helemaal); Achteromdwarsstraat (helemaal); Groeneweg (helemaal); Achtergracht 1 - 77; Achtergracht 2 - 82; Hoogstraat 1 - 25; Stationsweg 1 - 13.
In de bijlage is een bij deze verordening behorende kaart opgenomen waarop de hierboven genoemde straten zijn aangeduid.
Onder de titel ‘reclamebelasting’ wordt binnen het gebied als bedoeld in artikel 2 een belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid wordt de reclamebelasting voor een openbare aankondiging die door tussenkomst van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, die zijn beroep of bedrijf maakt van ten behoeve van derden tegen vergoeding aanbrengen van openbare aankondigingen op daartoe beschikbaar gestelde oppervlakten, geheven van die natuurlijk persoon of rechtspersoon.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingplicht en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het kalenderjaar eindigt, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd met zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclameheffing als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:
die korter dan 13 weken aanwezig zijn tenzij deze openbare aankondigingen zijn geplaatst in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden geplaatst, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn.
Artikel 11 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990, moeten de aanslagen worden betaald binnen twee maanden na dagtekening van de aanslag.
In afwijking van het gestelde in het eerste lid geldt, in geval de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald volgens het incassoreglement. In dat geval geldt dat het totaalbedrag van een aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat, hoger moet zijn dan € 20,-.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reclamebelasting.