Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rhenen

Gemeente Rhenen - Beleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRhenen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGemeente Rhenen - Beleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017
CiteertitelBeleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-11-201701-01-2017nieuwe regeling

21-07-2017

gmb-2017-234679

Tekst van de regeling

Intitulé

Gemeente Rhenen - Beleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rhenen;

 

overwegende dat het wenselijk is een nadere beschrijving te geven van de wijze waarop het college uitvoering geeft aan de Verordening tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017

 

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)

besluit:

vast te stellen de Beleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

1. Begrippen

  • 1.

    In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

    • a.

      vrijwilligerswerk: werk dat in enig verband onverplicht en onbetaald wordt verricht, voor anderen of de samenleving;

    • b.

      tegenprestatie: het verrichten van naar vermogen door het college opgedragen onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden, die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid en die niet leiden tot verdringing van de arbeidsmarkt;

    • c.

      mantelzorg: langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt.

  • 2.

    Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemers (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht.

 

 

Hoofdstuk 2 De tegenprestatie naar vermogen

2. Procesomschrijving

  • a.

    De medewerker van de gemeente informeert belanghebbende dat van hem/haar een tegenprestatie wordt verwacht.

  • b.

    De belanghebbende krijgt de gelegenheid om aantoonbaar te maken dat hij of zij reeds iets doet dat naar aard en omvang minimaal vergelijkbaar is met een tegenprestatie of redelijkerwijs noodzakelijk is (bv mantelzorg, vrijwilligerswerk of parttime betaalde arbeid).

  • c.

    De medewerker van de gemeente beziet of belanghebbende in aanmerking komt voor een ontheffing of vrijstelling.

  • d.

    Als er geen sprake kan zijn van een ontheffing of vrijstelling krijgt belanghebbende 8 weken de tijd om op zoek te gaan naar een geschikte tegenprestatie. Deze zoekperiode van 8 weken kan door het college tweemaal met 4 weken worden verlengd.

  • e.

    Belanghebbenden die zelf geen tegenprestatie kunnen vinden ondersteunen we door handvatten te bieden bij het gericht zoeken. Hierbij kan gedacht worden aan initiatieven in de wijk, activiteiten bij (sport-)verenigingen enz.

  • f.

    Indien het college niet binnen 8 weken na het verstrijken van de zoekperiode zoals bedoeld in sub d. van dit artikel een geschikte activiteit kan aanbieden aan betrokkene, kan het college betrokkene tijdelijk ontheffen van de verplichting tot het verrichten van een Tegenprestatie

  • g.

    Belanghebbenden die onvoldoende gemotiveerd zijn om een tegenprestatie te verrichten krijgen een aanbod. Als iemand uiteindelijk niet wil voldoen aan de verplichting tot tegenprestatie kan op basis van de afstemmingsverordening een maatregel worden opgelegd.

 

3. Duur en omvang

In de verordening is de maximale duur en omvang van een tegenprestatie opgenomen. De tegenprestatie wordt opgedragen voor 4 uur per week, voor de maximale duur van één jaar.

 

4. Vergoedingen

  • a.

    Een belanghebbende mag van een desbetreffende organisatie een onkostenvergoeding op basis van de daadwerkelijk gemaakte kosten ontvangen.

  • b.

    Wanneer een Verklaring omtrent gedrag noodzakelijk is voor het uitvoeren van de tegenprestatie wordt deze bekostigd door de organisatie waarvoor de tegenprestatie wordt uitgevoerd.

  • c.

    Wanneer de belanghebbende niet onder de verzekering valt van de organisatie waar de tegenprestatie wordt uitgevoerd, sluit de gemeente hiervoor een verzekering af.

 

5. Verplichting en controle

  • a.

    De verplichting tot een tegenprestatie naar vermogen wordt middels een beschikking door de medewerker van de gemeente opgelegd, met als bijlage een plan van aanpak waarin de afspraken met de klant en de tegenprestatieplaats zijn vastgelegd.

  • b.

    Als de belanghebbende niet of in onvoldoende mate meewerkt aan de opgelegde tegenprestatie naar vermogen, wordt deze gedraging conform de Afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Veenendaal 2016 gesanctioneerd.

 

6. Klussen die in aanmerking komen voor de tegenprestatie

Bij de tegenprestatie gaat het om maatschappelijk nuttige activiteiten; er is sprake van maatschappelijk nuttige activiteiten als de gemeenschap kan profiteren van het resultaat van de inspanningen.

De belanghebbende krijgt altijd eerst de keuze en de ruimte om zelf activiteiten te vinden die aansluiten bij zijn of haar behoeften en kwaliteiten.

Bij de uitvoering van de tegenprestatie moet verdringing worden voorkomen. De medewerker van de gemeente hanteert hierbij de volgende spelregels:

 

Spelregels ter voorkoming van verdringing

In artikel 2 van de verordening is opgenomen dat voorkomen van verdringing één van de criteria is bij de keuze van de tegenprestatie, respectievelijk de maatschappelijk nuttige activiteiten.

  • a.

    Het mag niet gaan om activiteiten waarvoor betrokkene of een ander normaal gesproken betaald wordt of eerder (minder dan één jaar geleden) nog betaald werd. Dit is het geval als eerder bestaande arbeidsplaatsen met vergelijkbare werkzaamheden binnen deze periode zijn wegbezuinigd bij de betreffende (overheids-) organisatie.

  • b.

    Er mag geen vacature openstaan voor dezelfde of bijna dezelfde activiteiten als die bij de tegenprestatie zouden worden uitgevoerd.

  • c.

    Het gaat om onbeloonde maatschappelijk nuttige werkzaamheden die worden verricht naast of in aanvulling op reguliere arbeid (additioneel) en die niet leiden tot verdringing op de arbeidsmarkt.

  • d.

    Additionele werkzaamheden omvatten aanvullende activiteiten die onder normale bedrijfseconomische omstandigheden niet rendabel zijn om een gezonde bedrijfsvoering op orde te houden.

  • e.

    Het betreft kortdurende werkzaamheden, beperkt in omvang en duur.

 

Hoofdstuk 3 Slotbepalingen

7. Hardheidsclausule

Het College kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, indien onverkorte toepassing zou leiden tot onredelijkheid of onbillijkheid. In gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien, beslist het College.

 

8. Inwerkingtreding

De Beleidsregel treed in werking na vaststelling door het College met terugwerkende kracht per 1 januari 2017.

 

9. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregel Tegenprestatie Participatiewet gemeente Rhenen 2017”.

 

 

Vastgesteld in de vergadering van 21 november 2017

De heer P. Bonthuis de heer drs. J.A. van der Pas

Secretaris Burgemeester