Organisatie | Woudenberg |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woudenberg houdende regels omtrent financiën maatschappelijke ondersteuning Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2018 gemeente Woudenberg |
Citeertitel | Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2018 gemeente Woudenberg |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2017 gemeente Woudenberg.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 05-01-2019 | nieuwe regeling | 19-12-2017 |
In dit hoofdstuk van het Financieel besluit zijn twee definities opgenomen die van belang zijn bij het hanteren van de gedifferentieerde tarieven voor diensten (90%, 75% en 50%) zoals is bepaald in artikel 10 van de integrale verordening Sociaal Domein 2017.
Verder geldt (vanzelfsprekend) dat alle begrippen die in dit Financieel besluit worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wmo 2015 (de wet), de Jeugdwet (de wet) en op die wetten gebaseerde lagere regelgeving, de verordeningen en de Algemene Wet bestuursrecht (Awb).
Vaststelling PGB voor overgangscliënten
Het persoonsgebonden budget ten aanzien van hulp in de huishouding is als volgt samengesteld:
Vaststelling PGB voor nieuwe en geherindiceerde cliënten
Het persoonsgebonden budget ten aanzien van hulp in de huishouding is voor deze categorieën, per uur en inclusief v.t., als volgt vastgesteld:
In dit hoofdstuk van het Financieel besluit zijn de bedragen opgenomen van de tegemoetkomingen meerkosten zoals bedoeld in hoofdstuk 5 van de integrale verordening Sociaal Domein.
De maximale vergoeding voor verhuis- en inrichtingskosten op declaratiebasis bedraagt: € 3.427,00.
Huurderving op basis van de werkelijke kosten, gedurende maximaal 6 maanden, met een maximum van 100% van de maximale huur, waarbij Huurtoeslag wordt verstrekt.
Voor vervanging vloerbedekking en raambedekking (alles niet ouder dan 7 jaar) bedraagt de vergoeding maximaal (inclusief arbeid, noodzakelijke materialen en BTW):
Sportvoorzieningen worden uitsluitend verstrekt als meerkostenregeling en bedraagt maximaal € 3.392,00 welk bedrag bedoeld is als tegemoetkoming in aanschaf (maximaal € 2.707,00) en onderhoud (€ 685,00) voor een periode van ten minste 3 jaar.
Kilometervergoeding (eigen auto/bruikleenauto)
Op basis van 2000 km op jaarbasis kunnen reizen á € 0,34 per km worden volgende bedragen per jaar gehanteerd:
Op deze bedragen kan een korting worden toegepasd indien sprake is van:
4. HULPMIDDELEN EN WONINGAANPASSING
In dit hoofdstuk van het Financieel Besluit zijn de regels en bedragen opgenomen van de hulpmiddelen als bedoeld in de wet (woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen en rolstoelen).
De hoogte van het PGB voor een losse woonvoorziening is gelijk aan de door het college goedgekeurde offerte, eventueel verhoogd met instandhoudingkosten bedoeld voor reparatie en onderhoud van de desbetreffende voorziening.
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusies eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
Indien een maatwerkvoorziening in bruikleen wordt verstrekt zal betaling rechtstreeks worden gedaan aan de desbetreffende leverancier.
Bouwkundige of woontechnische voorzieningen
De kosten voor een bouwkundige of woontechnische woonvoorzieningen worden uitbetaald op basis van trekkingsrecht tot maximaal 100% van de goedgekeurde offertekosten.
Indien de geschatte aanpaskosten het bedrag van € 6.807,00 passeert dienen minimaal drie offertes (gesplitst in kosten van volume/onderdelen, gebruikte materialen en arbeid) te worden aangevraagd. Daarbij gelden voor bouwkundige of woontechnische voorzieningen de volgende maxima:
Onderhoud en reparatie van woonvoorzieningen
De vergoeding bedraagt 100% van de werkelijke kosten en wordt uitsluitend verstrekt voor de onderstaande maatwerkvoorzieningen voor zover binnen deze regeling verstrekt en (nog) noodzakelijk geacht:
Indien de gemeente een onderhoudscontract met een voorkeursleverancier heeft afgesloten voor de levering van onderhoud en reparatie gelden de prijzen uit het desbetreffende onderhoudscontract - exclusief eventueel bedongen korting - als uitgangpunt.
De aanneemsom voor een woningaanpassing wordt berekend op basis van een calculatieprogramma waarna een aannemer wordt uitgenodigd de woningaanpassing uit te voeren. Daaruit volgt ook een programma van eisen. De uitbetaling wordt altijd aan de uitvoerende aannemer gedaan en nadat de werkzaamheden zijn uitgevoerd.
De cliënt betaalt de maximale periodebijdrage totdat de kostprijs is voldaan. De kostprijs is het door de uitvoerder gefactureerde bedrag.
Indien een woonvoorziening tot meerwaarde van de woning heeft geleid, en deze aangepaste woning wordt binnen 6 jaar verkocht, dan geldt onderstaand terugstort schema:
4.2. Vervoer (deelname maatschappelijk verkeer)
Voor gebruik van (individueel) taxi en rolstoeltaxi zijn normbedragen op jaarbasis vastgesteld. De betaling vindt plaats op declaratiebasis met een maximum van 20 km per enkele rit. Op de norm wordt een korting toegepast op grond van:
100% voor 12-jarigen en ouder:
75% p.p. voor echtparen die beiden zijn geïndiceerd
25% aanvullend op collectief vervoer
50% voor bewoners van Wlz-instellingen
De hoogte van het PGB voor de aanschaf van een rolstoel is gelijk aan de kostprijs van de goedkoopst passende rolstoel, zoals deze door de gemeente kan worden aangeschaft bij de gecontracteerde aanbieder, zonodig verhoogd met kosten van individuele aanpassingen en een bedrag voor instandhoudingskosten per jaar zolang de technische levensduur van de maatwerkvoorziening niet is verstreken en de kosten niet vallen onder garantiebepalingen van de leverancier. Het PGB wordt uitbetaald op basis van trekkingsrecht.
Indien een maatwerkvoorziening in bruikleen wordt verstrekt, zal betaling rechtstreeks worden gedaan aan de desbetreffende leverancier.
Indien de maatwerkvoorziening bestaat uit een hulpmiddel dat door de gemeente is gekocht bij één van de twee leverancier, waarmee zij een contract heeft afgesloten, betaalt de cliënt een eigen bijdrage zolang men het hulpmiddel in bruikleen heeft. De eigen bijdrage wordt berekend op grond van de laagst geldende prijs voor dat betreffende hulpmiddel.
Indien de maatwerkvoorziening bestaat uit een hulpmiddel voor douche of toiletgebruik, betaalt de cliënt de maximale periodebijdrage per vier weken totdat de totale kostprijs is voldaan. De kostprijs is het door de aanbieder gefactureerde bedrag en is als volgt met de twee leveranciers afgesproken:
In dit hoofdstuk van het Financieel Besluit zijn de bedragen opgenomen die van toepassing zijn voor Beschermd wonen.
5.1 Maximum PGB tarieven Beschermd Wonen
Conform artikel 22 van de Nadere regels Wmo 2016 kwalificeert ondersteuning door personen uit het sociaal netwerk, zoals wonen bij ouders of wettelijke vertegenwoordigers zich niet voor een PGB Beschermd wonen.
5.2. Woontoeslag voor wonen met een PGB ZZP-C, ZZP LVG of ZZP VG
De wooninitiatieventoeslag is bestemd voor kosten gemaakt voor het organiseren van de zorg van pgb-houders en infrastructuur in het kader van doelmatige zorgverlening en voor zover het niet mogelijk is deze te financieren uit voorliggende voorzieningen, waaronder het PGB beschermd wonen. Deze toeslag was eerder tijdelijk afgekondigd en jaarlijks verlengd, ook voor 2018 kan de toeslag worden verleend. De hoogte van de wooninitiatieventoeslag bedraagt maximaal €4.000 per cliënt.
6. MAXIMUM PGB-TARIEVEN VOOR WMO
De PGB-tarieven zijn berekend op basis van 90%, 75% en 50% van de tarieven voor ingekochte Zorg In Nature (ZIN). In hoofdstuk 1 van dit Financieel Besluit zijn de definities opgenomen van een professionele instelling (90%) en een zelfstandig werkend ondernemer (75%). Voor personen uit het sociaal netwerk als bedoeld in wet geldt een tarief van 50%.
In dit hoofdstuk van het Financieel Besluit zijn de bedragen opgenomen van de geïndiceerde jeugdhulp.
7.1. Maximum PGB-tarieven voor jeugdhulp
De PGB-tarieven zijn berekend op basis van 90%, 75% en 50% van de tarieven voor de ingekochte Zorg in Natura (ZIN). In hoofdstuk 1 van dit Financieel Besluit zijn de definities opgenomen van een professionele instelling (90%) en een zelfstandig werkend ondernemer (75%). Voor personen uit het sociaal netwerk als bedoeld in de Wmo 2015 geldt een tarief van 50%.
7.2. Maximum PGB-tarieven voor ambulante Jeugd-GGZ
Voor de bekostiging voor ambulante Jeugd-GGZ gelden uurtarieven (PxQ), omdat de DBC’s per 1 januari 2018 niet meer gebruikt mogen worden. Voor zorg in natura wordt een onderscheid gemaakt tussen de tarieven voor instellingen en de tarieven voor zelfstandigen. De PGB-tarieven zijn 90% van de tarieven voor zorg in natura.
Een interventieniveau bepaalt de maximale tijd in uren/minuten dat geleverd mag worden. Bij te verwachten overschrijding van de maximale uren/minuten neemt de jeugdhulpaanbieder contact op met verwijzer (zie punt 3).
7.3. Maximum PGB-tarieven voor dyslexie
Voor de bekostiging voor ambulante Jeugd-GGZ gelden uurtarieven (PxQ), omdat de DBC’s per 1 januari 2018 niet meer gebruikt mogen worden. Voor Dyslexie gelden volgende maximale tarieven die als volgt worden bepaald:
Indien een PGB wordt aangevraagd voor een maatwerkvoorziening of jeugdhulp met een functiecode waarvoor geen tarief is vastgesteld, heeft het college de bevoegdheid alsnog een tarief vast te stellen.
Dit Financieel besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2018 onder gelijktijdige intrekking van het Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2017 gemeente Woudenberg.
Dit Financieel besluit wordt aangehaald als Financieel besluit Maatschappelijke Ondersteuning en Jeugdhulp 2018 gemeente Woudenberg.