Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Emmen

Geurverordening veehouderijen gemeente Emmen 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEmmen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGeurverordening veehouderijen gemeente Emmen 2017
CiteertitelGeurverordening veehouderijen gemeente Emmen 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 6, derde lid, van de Wet geurhinder en veehouderij

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-12-2017Nieuwe regeling

14-12-2017

gmb-2017-233006

RA17.0091

Tekst van de regeling

Intitulé

Geurverordening veehouderijen gemeente Emmen 2017

 

De raad van de gemeente Emmen;

 

gelezen het voorstel van de burgemeester en wethouders van 31 oktober 2017,

 

gelet op artikel 3 en artikel 6 van de Wet geurhinder en veehouderij;

 

gelet op de door hem bij besluit van 14 december 2017 vastgestelde ‘Geurgebiedsvisie veehouderijen gemeente Emmen’

 

als bedoeld in artikel 8 van de Wet geurhinder en veehouderij;

 

besluit:

 

vast te stellen de ‘Geurverordening veehouderijen gemeente Emmen 2017’

Artikel 1: begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • A.

    Veehouderij: inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en is bestemd voor het fokken, mesten, houden, verhandelen, verladen of wegen van dieren;

  • B.

    Wet: de Wet geurhinder en veehouderij;

  • C.

    Geurgevoelig object: zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geurhinder en veehouderij;

  • D.

    Melkveehouderij van beperkte omvang: een veehouderij waar 200 of minder stuks melkrundvee (exclusief het bijbehorend jongvee) worden gehouden of kunnen worden gehouden;

  • E.

    Melkveehouderij van zeer beperkte omvang: een veehouderij waar minder dan 50 stuks melkrundvee (exclusief het bijbehorend jongvee) worden gehouden of kunnen worden gehouden;

  • F.

    Extensieve veehouderij: een veehouderij waar landbouwhuisdieren worden gehouden van een diercategorie waarvoor niet bij ministeriële regeling een geuremissiefactor is vastgesteld (zoals melkrundvee, paarden, pony’s en schapen) en waar niet meer dan 50 dieren (exclusief het bijbehorend jongvee) worden gehouden;

  • G.

    Paardenhouderij van beperkte omvang: een paardenhouderij waar niet meer dan 25 paarden worden gehouden;

  • H.

    Bestaande veehouderij: een veehouderij als bedoeld onder D, E, F of G in dit artikel en artikel 3 en artikel 4 van deze verordening, die legaal aanwezig was en onder D, E, F of G bedoelde soort dieren hield op het moment van vaststelling van deze geurverordening.

  • I.

    Gemengd gebied: een gebied met een matige tot sterke functiemenging zoals bedoeld in de VNG brochure ‘Bedrijven en milieuzonering’ (2009).

 

Artikel 2: begrenzing bebouwde kom

Als bebouwde kom als bedoeld in artikel 3 van de Wet wordt aangewezen het gebied zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en gewaarmerkte kaart: ‘Begrenzing bebouwde kom en linten binnen de bebouwde kom in de gemeente Emmen’ (Kaartnummer C05058.000226, d.d. 25-04-17).

 

Artikel 3: afwijkende afstanden in linten binnen de bebouwde kom

  • 1.

    Op grond van artikel 6, lid 3 van de Wet en in afwijking van artikel 4, lid 1 van de Wet, bedraagt de afstand tussen een dierenverblijf van een bestaande melkveehouderij van beperkte omvang (zoals aangeduid in artikel 1 onder D) en een geurgevoelig object gelegen in een lint binnen de bebouwde kom (en als zodanig aangeduid op de in artikel 2 genoemde kaart) tenminste 50 meter.

  • 2.

    Op grond van artikel 6, lid 3 van de Wet en in afwijking van artikel 4, lid 1 van de Wet, bedraagt de afstand tussen een dierenverblijf van bestaande extensieve veehouderij (zoals aangeduid in artikel 1 onder F) en een geurgevoelig object gelegen in een lint binnen de bebouwde kom (en als zodanig aangeduid op de in artikel 2 genoemde kaart) tenminste 50 meter.

 

Artikel 4: afwijkende afstanden buiten de bebouwde kom

  • 1.

    Op grond van artikel 6, lid 3 van de Wet en in afwijking van artikel 4 lid 1 van de Wet, bedraagt de afstand tussen een dierenverblijf van een bestaande melkveehouderij van zeer beperkte omvang (zoals aangeduid in artikel 1 onder E) en een geurgevoelig object buiten de bebouwde kom tenminste 25 meter.

  • 2.

    Op grond van artikel 6, lid 3 van de Wet en in afwijking van artikel 4 lid 1 van de Wet, bedraagt de afstand tussen een dierenverblijf van een bestaande paardenhouderij van beperkte omvang (zoals aangeduid in artikel 1 onder G) en een geurgevoelig object buiten de bebouwde kom tenminste 25 meter.

  • 3.

    Op grond van artikel 6, lid 3 van de Wet en in afwijking van artikel 4 lid 1 van de Wet, bedraagt de afstand tussen een dierenverblijf van een bestaande paardenhouderij met een maximale omvang van 50 paarden en een geurgevoelig object buiten de bebouwde kom, binnen gemengd gebied (zoals aangeduid in artikel 1 onder I), tenminste 25 meter.

 

Artikel 5: citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening geurhinder en veehouderij gemeente Emmen 2017”.

 

Artikel 6: inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na publicatie van de verordening.

 

Aldus vastgesteld door de gemeenteraad van de gemeente Emmen in zijn openbare vergadering van 14 december 2017,

De griffier, De voorzitter

H.D. Werkman H.F. van Oosterhout