Organisatie | Flevoland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland houdende regels omtrent mandaatbesluit ontheffing verlening sanering asbestdaken Mandaatbesluit ontheffing verlening Wet natuurbescherming sanering asbestdaken Lelystad |
Citeertitel | Mandaatbesluit ontheffing verlening Wet natuurbescherming sanering asbestdaken Lelystad |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2017 | nieuwe regeling | 19-12-2017 | 2151348 |
Gedeputeerde Staten van Flevoland maken overeenkomstig het bepaalde in artikel 136 van de Provinciewet bekend dat zij in hun vergadering van 19 december 2017 onder nummer 2151282 het volgende besluit hebben genomen:
Mandaatbesluit ontheffing verlening op basis van de Wet natuurbescherming ten behoeve van de sanering van asbestdaken Lelystad
Gedeputeerde Staten van Flevoland;
Overwegende dat het uit een oogpunt van efficiency gewenst is dat de verlening van ontheffingen op basis van de Wet natuurbescherming in het kader van de sanering van asbestdaken in Lelystad, namens Gedeputeerde Staten wordt uitgevoerd door het hoofd van de Afdeling Ruimte en Economie van de Provincie Flevoland;
Gelet op afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht;
Gelet op het Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland d.d. 14 maart 2017, houdende Algemeen mandaatbesluit Flevoland 2017;
Vast te stellen het "Mandaatbesluit ontheffing verlening Wet natuurbescherming sanering asbestdaken van woningen in Lelystad".
De ondertekening van besluiten als bedoeld in artikel 1 luidt:
Gedeputeerde Staten van Flevoland,
Het hoofd van de Afdeling Ruimte en Economie, mevrouw A.W.H.M. van Oorschot
In geval van afwezigheid van het hoofd van de afdeling Ruimte en Economie, kan het mandaat worden uitgeoefend door een adjunct-hoofd van de afdeling Ruimte en Economie.
Het hoofd van de afdeling Ruimte en Economie neemt bij de uitoefening van de aan haar gemandateerde bevoegdheden het volgende in acht: