Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen 2018

Artikel 1. Uitgesloten van kwijtschelding

Bij de invordering van de volgende belastingen en heffingen wordt geen kwijtschelding verleend:

• •

  de afvalstoffenheffing als bedoeld in de artikelen 4a en 4b van de Verordening afvalstoffenheffing;

• •

  de precariobelasting;

• •

  de forensenbelasting;

• •

  de OZB;

• •

  de belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten;

• •

  de leges;

• •

  de begraafplaatsrechten;

• •

  de marktgelden;

• •

  de standplaatsrechten.

Artikel 2. Percentage kosten van bestaan

Bij de invordering van de volgende belastingen en heffingen wordt in afwijking van artikel 16, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan vastgesteld op 100 percent:

• •

  de afvalstoffenheffing als bedoeld in artikel 4 van de Verordening afvalstoffenheffing 2018;

• •

  de rioolheffing.

Artikel 3. Kwijtschelding in geval van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig een beroep uitoefent

Met betrekking tot een natuurlijke persoon die een bedrijf of zelfstandig een beroep uitoefent die een verzoek om kwijtschelding indient, is in plaats van de afdelingen 3 en 4 van hoofdstuk II van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 van overeenkomstige toepassing de afdeling 2 van hoofdstuk II van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990, ten aanzien van de in artikel 2 genoemde belastingen en heffingen die geen (geheel of gedeeltelijk) verband houden met de uitoefening van dat bedrijf of beroep.

Artikel 4. Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  De ‘Verordening kwijtschelding’ van 1 december 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van deze verordening, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

• 2.

  Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening kwijtschelding 2018’.

• 3.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

• 4.

  De datum van ingang van deze verordening is 1 januari 2018.