Organisatie | Gemeentelijke Gezondheidsdienst Noord- en Oost-Gelderland |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Controleverordening GGD Noord- en Oost-Gelderland 2018 |
Citeertitel | |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 213 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | nieuwe regeling | 30-11-2017 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
waarbij de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van het zesde lid van artikel 213 Gemeentewet, in acht worden genomen.
Artikel 2. Opdrachtverlening accountantscontrole
Het algemeen bestuur stelt voor de aanbesteding van de accountantscontrole het programma van eisen vast. In het programma van eisen worden voor de jaarlijkse accountantscontrole opgenomen:
a. de toe te passen goedkeuringstoleranties en afwijkende rapporteringstoleranties bij de controle van de jaarrekening;
Artikel 4. Inrichting accountantscontrole
Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt periodiek afstemmingsoverleg plaats tussen de accountant, een door het Algemeen Bestuur uit zijn midden aan te wijzen vertegenwoordiging, de portefeuillehouder financiën in het dagelijks bestuur, de directeur publieke gezondheid en/of de controller.
Artikel 5. Toegang tot informatie
De accountant is bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle boeken, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden, waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen, terreinen en informatiedragers van de GGD.
Het dagelijks bestuur draagt er zorg voor, dat alle organisatieonderdelen van de GGD de accountant alle informatie verstrekken, zodat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten, balansmutaties en het gevoerde beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie.
Artikel 6. Overige controles en opdrachten
Het dagelijks bestuur kan de door het algemeen bestuur benoemde accountant opdracht geven tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid, voor zover de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt. Het dagelijks bestuur informeert het algemeen bestuur vooraf over deze aan de accountant te verstrekken opdrachten.
Het dagelijks bestuur draagt de zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries. Het dagelijks bestuur is voor de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen bevoegd de opdracht te verlenen aan een andere dan de door het algemeen bestuur benoemde accountant, indien dit in het belang van de GGD is.
Het dagelijks bestuur draagt de zorg voor de verantwoording aan derden (Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, CBS, e.d.) en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Indien een deel van deze vereisten moet worden uitgevoerd door een accountant, is het dagelijks bestuur bevoegd hiervoor de opdracht verlenen aan een andere dan de door het algemeen bestuur benoemde accountant, indien dit in het belang van de GGD is.
Indien de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze onmiddellijk schriftelijk, door tussenkomst van het dagelijks bestuur, aan het algemeen bestuur. Bij de doorzending aan het algemeen bestuur voegt het dagelijks bestuur zijn reactie op de mededeling van de accountant toe.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het algemeen bestuur 30 november 2017.
De directeur publieke gezondheid, D.W. ten Brinke
De voorzitter, G. van den Berg
Toelichting Controleverordening GGD Noord- en Oost-Gelderland 2018
Artikel 213 van de Gemeentewet bepaalt, in samenhang met art. 35 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, dat:
het algemeen bestuur een verordening vaststelt voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie.
het algemeen bestuur een of meer accountants aanwijst
Ook geeft dit artikel regels voor de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen van de accountant.
Bij dit artikel is geen toelichting nodig.
Artikel 2. Opdrachtverlening accountantscontrole
Het eerste lid geeft weer dat het algemeen bestuur de accountant aanwijst (zie art. 213, tweede lid, Gemeentewet). Wij hebben geen benoemingsperiode opgenomen, zodat het algemeen bestuur deze kan bepalen als een benoemingsbesluit aan de orde is. De benoemingsperiode moet niet te kort zijn, om te voorkomen dat het tijdrovende proces van aanbesteding te vaak plaatsvindt. In dit licht bezien is een bestuursperiode van vier jaar, zoals bepaald in de oude verordening, betrekkelijk kort. Tegelijkertijd zou een al te lange periode geen recht doen aan de verantwoordelijkheid van het algemeen bestuur tot aanwijzing van de accountant.
Het tweede lid bepaalt dat het dagelijks bestuur de aanbesteding van de controle in overleg met het algemeen bestuur voorbereidt. De formulering biedt de ruimte om het opstellen van programma van eisen en de feitelijke aanbesteding uit te laten voeren door het dagelijks bestuur. In beide gevallen moet echter wel formele bekrachtiging plaatsvinden door het algemeen bestuur. Het is mogelijk om een commissie uit het algemeen bestuur te vormen, zoals bij gemeenten veelal gebeurt. Deze werkwijze heeft het algemeen bestuur van de GGD de afgelopen jaren ook wel gehanteerd.
Het algemeen bestuur beslist over de aanstelling van de accountant. Het is van belang dit te communiceren in het proces van aanbesteding in de richting van de deelnemers.
In lid 2 wordt de inhoud van het programma van eisen uitgewerkt, dat voor de aanbestedingsprocedure wordt opgesteld. Dit programma is de basis waarop de deelnemers in het aanbestedingsproces hun offerte doen. De selectie van de accountant vindt plaats door toetsing van de offerte aan het programma van eisen. Vervolgens kan jaarlijks een programma van eisen worden vastgesteld door het algemeen bestuur. Daarin worden de specifieke eisen aan de controle voor het betreffende jaar vastgelegd. Bij de behandeling van de jaarrekening kan het algemeen bestuur uitgenodigd worden om specifieke aspecten te duiden die extra aandacht verdienen in het volgende jaar.
Artikel 3. Informatieverstrekking door het dagelijks bestuur
Dit artikel regelt de verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur om de accountant de informatie te verstrekken die hij nodig acht voor zijn controlewerkzaamheden.
Geschrapt is de bepaling uit de oude verordening dat de gecontroleerde jaarrekening met de accountantsrapportages voor 15 juni bij het algemeen bestuurt wordt voorgelegd. Vanaf 2015 bepaalt de Wet gemeenschappelijke regelingen dat het dagelijks bestuur de voorlopige jaarrekening - met de rapportage van de accountant - voor 15 april aan de raden van de deelnemende gemeente stuurt.
Artikel 4. Inrichting accountantscontrole
De bepalingen in lid 1 en 2 regelen de verhouding tussen de accountant en het dagelijks bestuur. In het 3e lid is opgenomen dat periodiek overleg plaatsvindt tussen de accountant en vertegenwoordigers van het dagelijks bestuur, het algemeen bestuur en/of van de organisatie. In aansluiting op de praktijk in de afgelopen jaren staat hier nu “en/of” in plaats van “en”.
Artikel 5. Toegang tot informatie
Dit artikel bevat bepalingen over de toegang tot informatie voor de accountant.
Artikel 6. Overige controles en opdrachten
In artikel 6 zijn bepalingen opgenomen die het speelveld van de accountant afbakenen voor andere controles of opdrachten bij de GGD. Deze mogen niet de onafhankelijkheid van de accountant in het geding brengen.
Verder kan het dagelijks bestuur in bepaalde gevallen een andere dan de door het algemeen bestuur aangewezen accountant in te schakelen.
Dit artikel gaat over de wijze waarop de accountant aan het bestuur en de organisatie rapporteert. Bij ernstige afwijkingen informeert de accountant het algemeen bestuur. Aan de bepaling in de oude verordening is toegevoegd is dat dit door tussenkomst van het dagelijks bestuur gebeurt en dat het dagelijks bestuur een reactie meezendt.
Verder is bepaald dat de accountant zijn verslag van bevindingen bespreekt met een vertegenwoordiging van het algemeen bestuur. Dit gebeurt voorafgaand aan de behandeling van de jaarrekening door het algemeen bestuur.
Artikel 8. Intrekken oude verordening
Omdat er veel tekstuele aanpassingen zijn en de oude verordening indertijd niet is gepubliceerd, is het praktischer om de oude verordening in te trekken en een nieuwe verordening vast te stellen. De oude controleverordening blijft nog van toepassing op de jaarstukken van het begrotingsjaar 2017.
Artikel 9. Inwerkingtreding en 10. Citeertitel
De nieuwe verordening treedt in werking per 1 januari 2018. Deze dus van toepassing op de accountantscontrole van de jaarrekening en deelverantwoordingen vanaf 2018.