Organisatie | Enschede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2018 |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffingen 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Reinigingsheffingen |
Deze verordening vervangt de Verordening reinigingsheffingen 2017
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-01-2019 | Nieuwe regeling | 18-12-2017 |
De Raad van de gemeente Enschede, gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 21 november 2017,
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2018.
Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan de ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Met betrekking tot de belasting die per jaar wordt geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De belasting als bedoeld in hoofdstuk II van de tarieventabel wordt geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
Als contante betaling van de rechten genoemd in hoofdstuk 2 wordt mede begrepen een rechtsgeldige ondertekende eenmalige incasso machtiging.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting bedoeld in Hoofdstuk 1, onderdeel 1.1.1, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als bedoeld in Hoofdstuk 1, onderdeel 1.1.1, als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Termijn van betaling
In afwijking van het eerste lid kunnen op verzoek van de belastingplichtige de aanslagen worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste twee bedraagt en maximaal 10, indien aan het navolgende wordt voldaan:
IV Hoofdstuk Aanvullende bepalingen
Artikel 20 Nadere regels door college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 22, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
1. Ingeval een nota of ander schriftuur voor het in rekening brengen van de kosten voor het brengen van huishoudelijk afval moet worden toegezonden, wordt hiervoor € 10,00
2. Indien de belastingplichtige wil wisselen van containervolume, dan wel een extra restcontainer ter beschikking krijgt dan bedragen de kosten € 35,00
3. Indien de belastingplichtige bij verwijtbaar verlies of diefstal een nieuwe set containers aanvraagt, dan bedragen de kosten per keer € 65,00
Hoofdstuk 3 Maatstaven en tarieven jaarlijkse reinigingsrechten
Hoofdstuk 4 Maatstaven en tarieven overige reinigingsrechten