Organisatie | Steenwijkerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2018 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten Steenwijkerland 2018 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 229 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-12-2017 | 01-01-2019 | Wijziging Hoofdstuk 2 van de Tarieventabel | 19-12-2017 | 2017-RAAD-00038 | |
09-12-2017 | 23-12-2017 | Nieuwe regeling | 07-11-2017 | 2017-RAAD-00019 |
De raad van de gemeente Steenwijkerland;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 oktober 2017,
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
urnenmuur: een muur, waarin urnen in aparte nissen worden geplaatst, op de gemeentelijke begraafplaatsen Blankenham, Blokzijl, De Nieuwe Landen, De Voorst, Duinhof, Giethoorn, Heetveld, Het Thijhof, Kallenkote-oud, Kuinre, Meppelerweg, Oldemarkt, Ossenzijl, Scheerwolde, Toutenburg en de gemeentelijke urnenmuur op de bijzondere begraafplaats te Wanneperveen;
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats, voor het door of vanwege de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats en voor het gebruik van de gemeentelijke urnenmuur op de bijzondere begraafplaats te Wanneperveen.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.4 van de tarieventabel, worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is het onderhoudsrecht bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.4 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde onderhoudsrecht als bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.4 van de tarieventabel als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Artikel 8 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten, met uitzondering van het onderhoudsrecht bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.4 van de tarieventabel, worden betaald binnen 8 dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet het onderhoudsrecht bedoeld in hoofdstuk 6, onderdeel 6.4 van de tarieventabel, worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
In afwijking van het tweede lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 5.000,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de lijkbezorgingsrechten.
De “Verordening lijkbezorgingsrechten Steenwijkerland 2017”, vastgesteld bij raadsbesluit van 8 november 2016, nummer 2016/87, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
TARIEVENTABEL behorende bij de “Verordening lijkbezorgingsrechten Steenwijkerland 2018”.
HOOFDSTUK 1 GRAFRECHTEN BEGRAVEN
HOOFDSTUK 2 GRAFRECHTEN ASBEZORGING
HOOFDSTUK 3 GRAFRECHTEN GEDENKMUUR
HOOFDSTUK 4 BEGRAVEN, BIJZETTEN VAN URNEN EN VERSTROOIEN
HOOFDSTUK 5 OPGRAVEN, HERBEGRAVEN, ASBUSVERWIJDERING EN TERUGPLAATSING
HOOFDSTUK 6 GRAFBEDEKKING, GRAFKELDERS EN ONDERHOUD