Organisatie | Amersfoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Regionale uitvoeringsdienst Utrecht Mandaatbesluit RUD Utrecht gemeente Amersfoort |
Citeertitel | Mandaatbesluit RUD Utrecht gemeente Amersfoort |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Mandaatbesluit RUD Utrecht gemeente Amersfoort.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-12-2017 | nieuwe regeling | 21-11-2017 |
De in artikel 1 van de gemeenschappelijke regeling RUD Utrecht opgenomen definities zijn van toepassing op dit besluit. Daarnaast wordt in dit besluit verstaan onder
Artikel 2: Mandaat en ondermandaat
Het mandaat, bedoeld in het eerste lid, behelst niet de bevoegdheid tot beslissen op bezwaarschriften, bedoeld in artikel 6:4, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede het vertegenwoordigen van de gemeentelijke bestuursorganen in beroeps- en hogerberoepsprocedures bij de bestuursrechter.
Het mandaat, bedoeld in het eerste lid, behelst niet de bevoegdheid tot besluiten tot de inzet van het bevelsinstrumentarium uit hoofdstuk IV, §1 en 3 alsmede artikelen 55b en 74 Wet bodembescherming, besluiten tot het nemen van ongewone maatregelen als bedoeld in de artikelen 30, 32 en 33 Wet bodembescherming en besluiten tot het gedogen van onderzoek als bedoeld in de artikelen 70, 71 en 72 Wet bodembescherming.
Artikel 3: Uitsluiting BRZO- en RIE 4-inrichtingen
Het mandaatbesluit geldt niet ten aanzien van bevoegdheden die betrekking hebben op vergunningverlening, toezicht en handhaving van de BRZO- en RIE 4-inrichtingen.
Bij de uitoefening van een mandaat wordt het daaromtrent gestelde bij of krachtens wettelijke regelingen, besluiten, verordeningen, circulaires, aanwijzingen, richtlijnen, beleidsregels van het Rijken het collegebetrokken dan wel, indien dat in een van de genoemde regelsis bepaald, in achtgenomen, conform de algemene en specifieke instructies en financiële afspraken die gelden op grondvan de regeling voor de uitoefening van de betreffende taak.
Onverminderd het eerste en derde lid heeft een ieder aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat is verleend een voorafgaande informatieplicht en een signaleringsplicht jegens het college indien de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid voor het college gelet op de inhoud van het besluit, de geadresseerde of de politieke gevoelens in de gemeenteraad of de samenleving naar verwachting politieke en maatschappelijke gevolgen zal hebben of indien een besluit tot consequentie kan hebben dat de gemeente aansprakelijk wordt gesteld of anderszins in rechte wordt aangesproken. In de gevallen, bedoeld in de vorige volzin, verschaft de directeur de benodigde informatie en voert overleg met het college alvorens de bevoegdheden, bedoeld in artikel 2, uit te oefenen.
Artikel 6: Volmacht en machtiging
Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijk gesteld de verlening van:
De directeur draagt zorg voor periodieke verslaglegging van de door hem in mandaat genomen besluiten via de reguliere planningscyclus en control cyclus, een en ander in overleg met de mandaatgevers. De verslaglegging wordt ter kennisneming het ter zake bevoegd bestuursorgaan wordt gezonden.
Ingeval van uitoefening van ondermandaat worden uitgaande stukken overeenkomstig het hiervoor bepaalde ondertekend, met dien verstande dat de naam, de functieaanduiding en de handtekening van de gemandateerde medewerker in de plaats van de naam, de functieaanduiding en de handtekening van de eerst gemandateerde, wordt geplaatst.