Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Voorst

Verordening Persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVoorst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening
CiteertitelVerordening persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet sociale werkvoorziening, art. 7, lid 10

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-07-200801-07-200801-01-2019nieuwe regeling

07-07-2008

Voorster Nieuws, 16-07-2008, G 344

2008-2739

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening

De raad van de gemeente voorst,

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van

23 mei 2008 inzake Verordeningen Wet sociale werkvoorziening (Wsw);

gelet op artikel 7, tiende lid van de Wsw;

overwegende dat de raad bij verordening nadere regels dient vast te stellen met betrekking tot het verstrekken van Persoonsgebonden budgetten.

B E S L U I T:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening Persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Voorst;

    • b.

      gemeente: de gemeenten die deelnemen in de Gemeenschappelijke regeling Delta;

    • c.

      de wet: de Wet sociale werkvoorziening;

    • d.

      periodieke subsidie: de loonkostensubsidie en overige aan de werkgever te verstrekken vergoedingen voor structurele kosten.

  • 2.

    De begripsomschrijvingen in de wet zijn van toepassing op de begrippen die in deze verordening worden gebruikt.

Artikel 2 De hoogte van de rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten

Het college stelt elk jaar vóór 31 december de hoogte vast van de rechtstreeks aan de subsidieverlening verbonden uitvoeringskosten voor elk te verstrekken persoonsgebonden budget voor het daarop volgende kalenderjaar.

Artikel 3 Invulling voorwaarden adequate werkplek

  • 1.

    Het college verstrekt op aanvraag aan iedere Wsw-geïndiceerde die daar recht op heeft een persoonsgebonden budget begeleid werken Wsw, indien werkgever en begeleidingsorganisatie er zorg voor dragen dat de arbeidsplaats voor de sw-geïndiceerde adequaat wordt ingevuld.

  • 2.

    De werkgever voldoet aan de volgende vereisten:

    • a.

      de aangeboden arbeidsplaats en de omvang daarvan zijn, gelet op de indicatiestelling en mogelijkheden van de sw-geïndiceerde, als passend aan te merken;

    • b.

      de duur van het dienstverband bedraagt tenminste 6 maanden, met een mogelijkheid tot verlenging.

  • 3.

    De begeleidingsorganisatie voldoet aan de volgende vereisten:

    • a.

      de begeleidingsorganisatie is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel;

    • b.

      de begeleidingsorganisatie en/of haar medewerkers zijn gekwalificeerd voor het begeleiden van de doelgroep of de sw-geïndiceerde voor wie het Persoonsgebonden budget is bestemd;

    • c.

      de begeleidingsorganisatie heeft aantoonbare kennis en ervaring in het werkveld;

    • d.

      de begeleidingsorganisatie is in het bezit van de erkenning als jobcoach van het UWV;

    • e.

      de begeleidingsorganisatie heeft in het werkgebied een vestiging.

Artikel 4 De wijze van vaststelling van de periodieke subsidie aan de werkgever

  • 1.

    Het college stelt op voorstel van de Wsw-geïndiceerde de hoogte van de subsidie aan de werkgever vast.

  • 2.

    Ingeval een voorgestelde loonkostensubsidie niet hoger is dan 70% van het bruto loon van de Wsw-geïndiceerde, wordt de loonkostensubsidie door het college op dat bedrag vastgesteld;

  • 3.

    Indien bij toepassing van het vorige lid het college gerede twijfel heeft aan de juiste hoogte van de loonkostensubsidie vindt, in afwijking van het vorige lid, een loonwaardeonderzoek plaats, op basis waarvan de hoogte van de loonkostensubsidie wordt vastgesteld. Daarbij kan een externe deskundige worden ingeschakeld.

  • 4.

    In ieder geval vindt een loonwaardeonderzoek plaats als de voorgestelde hoogte voor een loonkostensubsidie hoger is dan het percentage genoemd in lid 2.

  • 5.

    Onverminderd het bepaalde in de artikelen 5 en 10 van deze verordening vindt jaarlijks een loonwaardebepaling plaats in geval er sprake is van een dienstverband voor onbepaalde tijd.

Artikel 5 Herziening van de loonkostensubsidie

  • 1.

    Op verzoek van de werkgever kan een loonkostensubsidie worden herzien als hier, gelet op de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit van de werknemer, aanleidingvoor is.

  • 2.

    De loonkostensubsidie kan ambtshalve worden gewijzigd als hier gerede aanleiding toe is.

Artikel 6 De vergoeding aan de begeleidingsorganisatie

  • 1.

    De hoogte van de vergoeding aan de begeleidingsorganisatie en de omvang van het aantal uren begeleiding wordt door partijen in onderling overleg vastgesteld. Tussentijdse aanpassingen hierin zijn mogelijk indien partijen dit vooraf overeenkomen.

  • 2.

    De kosten van een begeleidingsorganisatie in verband met het zoeken van een begeleid werkenplaats komen alleen voor vergoeding in aanmerking als dit leidt tot het tot stand komen van een arbeidsovereenkomst voor minimaal 6 maanden.

Artikel 7 Vergoeding voor eenmalige noodzakelijke kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht

  • 1.

    Het college kan een vergoeding verstrekken voor de eenmalige kosten van aanpassing van de omstandigheden waaronder de arbeid wordt verricht als uit een deskundigenrapport blijkt dat aanpassingen op de werkplek noodzakelijk zijn, deze persoonsgerelateerd zijn en het niet redelijk is dat deze kosten door de werkgever worden gedragen.

  • 2.

    Kosten voor aanschaf van apparatuur, kosten voor de werkplek en kosten voortvloeiend uit arbowetgeving die de werkgever uit hoofde van normaal en goed werkgeverschap voor iedere werknemer zou moeten maken komen niet in aanmerking voor vergoeding door het college.

  • 3.

    Een vergoeding wordt alleen verstrekt indien er sprake is van een dienstverband van minimaal 6 maanden.

  • 4.

    Aanpassingen waarvan de kosten hoger zijn dan 50% van de beschikbare subsidie komen niet voor een vergoeding in aanmerking. In dat geval wordt de arbeidsplaats niet als passend beschouwd.

  • 5.

    Het college regelt de wijze van uitbetaling van de vergoeding.

Artikel 8 Indienen van de aanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor een persoonsgebonden budget wordt ingediend door middel van een volledig ingevulde aanvraag. De aanvraag wordt mede ondertekend door werkgever en de begeleidingsorganisatie.

  • 2.

    Het college kan ten behoeve van de aanvraag een aanvraagformulier vaststellen.

Artikel 9 Beslistermijn

  • 1.

    Het college besluit over de aanvraag binnen 4weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.

  • 2.

    Het college kan dit besluit met ten hoogste 4 weken verdagen. Het college stelt de aanvrager hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 10 Het besluit tot verlenen van de periodieke subsidie

Het besluit tot verlening van een periodieke subsidie bevat in ieder geval:

  • a.

    de hoogte van de periodieke subsidie en de wijze waarop deze kan worden aangepast;

  • b.

    wijze van bevoorschotting van de subsidie;

  • c.

    de verplichtingen van de werkgever.

Artikel 11 Het vaststellen van de periodieke subsidie

  • 1.

    De werkgever verstrekt binnen 4weken na afloop van het kalenderjaar aan het college een schriftelijke opgave van het door hem in het voorgaande jaar betaalde bruto CAO-loon van de Wsw-geïndiceerde, vermeerderd met alle werkgeverslasten.

  • 2.

    Het college stelt de periodieke subsidie over het afgelopen jaar binnen 4 weken na ontvangst van deze opgave vast.

  • 3.

    De periodieke subsidie aan de werkgever kan niet meer bedragen dan de voor de aanvrager beschikbare rijkssubsidie minus de som van de vastgestelde uitvoeringskosten, de vastgestelde vergoeding voor de begeleidingsorganisatie (inclusief BTW) en te verstrekken vergoedingen op grond van artikel 7 van deze verordening.

Artikel 12 Verrekening met de voorschotten

De subsidie wordt overeenkomstig de vaststelling binnen vier weken betaald, onder verrekening van de betaalde voorschotten.

Artikel 13 Verplichtingen van de werkgever

De werkgever doet onmiddellijk schriftelijke mededeling aan het college van alle feiten en omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de verstrekking van de subsidie.

Artikel 14 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening.

  • 2.

    Zij treedt in werking op 1 juli 2008.

Twello, 7 juli 2008

de raad

drs. S.J. Peet drs. J.T.H.M. Penninx

griffier voorzitter