Organisatie | Woudrichem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Procedureverordening Bestuursschadevergoeding 2000 |
Citeertitel | Procedureverordening Bestuurschadevergoeding 2000 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-01-2001 | 01-12-2008 | nieuw verordening | 18-12-2000 Altena Nieuws 04 januari 2001 | nr. 67 agendapunt 17 raadsvergadering 18 december 2000 |
In deze verordening wordt verstaan onder:adviseur : de per geval door B&W aan te wijzen onafhankelijk adviseur;belanghebbende : de belanghebbende als bedoeld in arikel 49 WRO dan wel degene die zich op grond van enige andere schadevergoedingsregeling met een verzoek om schadevergoeding tot de gemeente(raad) heeft gewend;bevoegd orgaan : het gemeentelijke orgaan dat in de betreffende wettelijke regeling dan wel in een gemeentelijke schadevergoedingsregeling is aangewezen om ter zake van een schadevergoeding een besluit te nemen of, bij gebreke van zodanige aanwijzing, de gemeenteraad;college : het college van burgermeesters en wethouders.
Het college kan een formulier vaststellen, waaran door de belanghebbende voor de indiening van een aanvraag op grond van deze verordening gebruik dient te worden gemaakt.
Tenzij de aanvraag kennelijk ongegrond is, stelt het college de aanvraag binnen vijf weken in handen van de adviseur, waarvan de belanghebbende zo spoedig mogelijk in kennis wordt gesteld.
Het bevoegd orgaan wijst het verzoek zonder nader onderzoek af, indien het naar zijn oordeel kennelijk niet-ontvankelijk ofkennelijk ongegrond is, indien het, onverminderd het bepaalde in artikel 4:5 van de Algemene wet besfuursrecht, niet de vereiste gegevens bevat, dan wel indien verzoeker nalatig is om de door de adviseur gevraagde informatie te verschaffen.
Artikel 5 Voorbereiding advies
De adviseur stelt de belanghebbende en het bevoegd orgaan in de gelegenheid hun zienswijze naar voren te brengen, waarbij van hetgeen mondeling naar voren is gebracht melding wordt gemaakt in het schrftelijke advies.
Het bevoegd orgaan beslist binnen twaalf weken na het verstrijken van de in artikel 6, lid 3, bedoelde termijn. Indien de beslissing het toekennen van schadevergoeding inhoudt, wordt het bedrag vastgesteld. In het besluit wordt bepaald vóór welke datum de schadevergoeding moet zijn geregeld of betaalbaar gesteld.