Organisatie | Reimerswaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening scheepvaartrechten 2018 |
Citeertitel | |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening Scheepvaartrechten 2018 |
Externe bijlage | Tarieventabel Verordening Scheepvaartrechten 2018 |
Geen
artikel 229 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-01-2019 | nieuwe regeling | 21-11-2017 | 17.003250 |
Artikel 1 Aard van de heffingen, belastbare feiten
1. Overeenkomstig de volgende bepalingen van deze verordening worden in deze gemeente de navolgende scheepvaartrechten geheven ter zake van:
a. het gebruik met een vaartuig overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die in beheer en onderhoud zijn bij de gemeente;
b. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.
2. De in het eerste lid bedoelde rechten worden gepreciseerd in:
a. havengeld, zijnde het recht dat wordt geheven voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig in de vissershaven;
b. liggeld, zijnde het recht dat wordt geheven voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig in de jachthaven;
Voor de toepassing van de bepalingen van deze verordening wordt verstaan onder:
een nacht: een periode van zonsondergang tot zonsopgang
Belastingplichtig voor de heffing van het haven- en liggeld en de betaling van elektriciteitskosten is de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, degene die het vaartuig heeft gecharterd, of degene die als vertegenwoordiger van één van deze optreedt.
1. Grondslagen voor de berekening van scheepvaartrechten zijn:
a. de oppervlakte van het vaartuig, uitgedrukt in vierkante meters;
b. de lengte van het vaartuig, uitgedrukt in strekkende meters;
c. de oppervlakte van de ponton van de Nederlandse Mosselveiling B.V., vastgesteld op 1.600 vierkante meter;
d. het wateroppervlak van een ligplaats, uitgegeven aan de op de kaden gevestigde bedrijven voor bedrijfsdoeleinden, uitgedrukt in vierkante meters;
De rechten als genoemd in artikel 1 worden geheven naar de tarieven, die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, zulks met inachtneming van daarin gegeven aanwijzingen en van het bepaalde in artikel 6.
Voor de toepassing van de tarieven:
a. wordt de oppervlakte van een vaartuig gesteld op het product van de lengte over alles en de grootste breedte;
b. wordt de lengte van een vaartuig gesteld op de lengte over alles;
c. wordt een gedeelte van een eenheid van inhoud, van oppervlakte of van lengte voor een volle eenheid gerekend;
d. wordt een gedeelte van een nacht, dag, maand of kwartaal voor een gehele gerekend;
e. binnen een kalenderjaar kunnen maximaal zes maandtarieven in rekening gebracht worden;
f. wordt voor het verbruik van elektriciteit geen recht geheven over de eerste 360 kWh op jaarbasis.
De rechten als genoemd in artikel 1 worden geheven door middel van aanslag of andere gedagtekende schriftelijke kennisgeving dan wel mondelinge kennisgeving.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld
1. Het haven- of liggeld is verschuldigd zodra het gebruik van de haven begint.
2. In afwijking van het bepaalde onder lid 1, wordt het haven- of liggeld bij wijze van abonnement geacht te zijn ingegaan op de eerste dag van het tijdvak waarop het abonnement betrekking heeft, dit met uitzondering voor het haven- en liggeld voor een jaarabonnement. Dit is geacht te zijn ingegaan per de datum van toewijzing.
Artikel 9 Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de in artikel 1 genoemde rechten betaald worden ingeval:
a. aanslag: binnen drie maanden en wel in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later;
b. andere gedagtekende schriftelijke kennisgeving: binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;
c. mondelinge kennisgeving: op het moment van het doen van de kennisgeving.
2. In afwijking in zoverre van lid 1a geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 200,-- doch minder is dan € 75.000,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingplichtige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in vier gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt een maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in lid 1, en 2 gestelde termijnen.
Indien haven- of liggeld bij wijze van abonnement wordt geheven, vindt geen verrekening plaats van tijdens de abonnementsperiode reeds op andere wijze geheven haven- of liggeld.
De in de tarieventabel als genoemd in artikel 5 opgenomen bedragen zijn inclusief de af te dragen omzetbelasting.
Artikel 13 Restitutie en overschrijving
1. Van het haven- of liggeld dat wordt betaald naar een termijn van een jaar wordt, indien het gebruik van de haven is geëindigd voor het verstrijken van de termijn, op schriftelijk verzoek van de be¬lastingplichtige, restitutie verleend voor zoveel twaalfden van het betaalde bedrag als er in dat jaar na de beëindiging van het gebruik van de haven nog volle kalendermaanden overblijven. Het vermelde in de vorige zin geldt niet voor liggeld in het jaar van ligplaatstoewijzing.
2. Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt het voor het vervangen vaartuig over de nog niet verstreken kalendermaanden van de lopende termijn betaalde haven- of liggeld op verzoek van de belastingplichtige verrekend met het verschuldigde haven- of liggeld over die kalendermaanden voor het vervangende vaartuig.
Artikel 14 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van havengelden.
Het verlenen van kwijtschelding als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) vindt ten aanzien van de rechten als genoemd in artikel 1 van deze verordening geen toepassing.
Artikel 16 Inwerkingtreding en citeerartikel
De "Verordening scheepvaartrechten 2017" van 22 november 2016 wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.
Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening scheepvaartrechten 2018”.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Reimerswaal,
gehouden op 21 november 2017.
de griffier, de voorzitter,
Tarieventabel, als bedoeld in artikel 5 van de verordening scheepvaartrechten 2018 van de gemeente Reimerswaal.
Maand, kwartaal en jaar zijn abonnementen
Onder een dag wordt verstaan een aaneengesloten tijdvak van 24 uren beginnende op 0.00 uur.
Onder een nacht wordt verstaan de periode van zonsondergang tot zonsopgang daaropvolgend.
Onder een maand wordt een periode van 30 dagen verstaan.
Onder een kwartaal wordt een kalenderkwartaal verstaan.
Onder een jaar wordt een kalenderjaar verstaan.
Een gedeelte van een nacht, dag, maand of kwartaal wordt een gehele gerekend.
Alle genoemde tarieven zijn inclusief 21% omzetbelasting.