Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Epe

Verordening op de heffing en invordering van leges 2011

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEpe
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van leges 2011
CiteertitelLegesverordening 2011
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbelastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 156, lid 2, aanhef en onderdeel h en art. 229, lid 1, aanhef en onderdeel b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Regeling gemeentelijke belastingen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-11-201101-01-20122e wijziging: art.2, art. 3, hfdst. 2 van titel 1 tarieventabel

03-11-2011

Veluws Nieuws, 15-11-2011

collegebesluit 2011-79281
10-02-201101-01-201116-11-20111e wijziging: art. 12, art. 1.1.2.1

18-01-2011

Veluws Nieuws, 08-02-2011

collegebesluit 2011-00370
02-12-201010-02-2011nieuwe regeling

25-11-2010

Veluws Nieuws, 30-11-2010

raadsbesluit 2010-23433

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges 2011

Raadsbesluit  2010 registratienummer: 2010-23433

DE RAAD DER GEMEENTE EPE

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

gelet op artikel 156, tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

BESLUIT

Vast te stellen de volgende verordening op de heffing en invordering van leges 2011.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ‘week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ‘maand’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    ‘APV’: de actuele Algemene plaatselijke verordening van de gemeente Epe;

  • f.

    ‘GBA’: de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

a.    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

b.    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of handelingen worden verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerst lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    ontheffingen op grond van artikel 2:73a van de APV (carbidschieten).

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

  • 4.

    Belastingbedragen van minder dan € 2,50 worden niet geheven.

  • 5.

    Voor de toepassing van het bepaalde in het derde lid wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde aanslagen leges of andere heffingen aangemerkt als één belastingbedrag.

  • 6.

    In afwijking in zoverre van het bepaalde in het eerste lid, bedraagt het tarief 90% van het tarief zoals opgenomen in de tarieventabel en naar beneden afgerond op hele euro’s indien een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, uittreksel, beschikking e.d. langs de daartoe geopende elektronische weg wordt ingediend en de daarvoor verschuldigde leges gelijktijdig met de aanvraag langs de daartoe geopende elektronische weg worden betaald.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge, een gedagtekende schriftelijke of elektronische kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur of elektronisch bericht. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of door toezending van het elektronische bericht aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6

    • a.

      mondeling of elektronisch wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving.

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen zes weken na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1.

    Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2.

    Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

    • a.

      van zuiver redactionele aard zijn;

    • b.

      een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

  • 1.

    onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

  • 2.

    hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

  • 3.

    hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

  • 4.

    onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekking uit GBA);

  • 5.

    hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

  • 6.

    onderdeel 1.9.1 (verklaringen omtrent het gedrag);

  • 7.

    hoofdstuk 13 (kansspelen).

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

De Legesverordening 2010 van 12 november 2009, laatstelijk gewijzigd bij collegebesluit van 9 juli 2010, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten:

a. die zich voor die datum hebben voorgedaan;

b. waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast, met dien verstande dat de van toepassing zijnde tarieven worden verhoogd met 9,4%, waarbij de uitkomst rekenkundig wordt afgerond op twee decimalen.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de tweede dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2011.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2011.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2011.

Epe, 25 november 2010

De raad voornoemd, 

de plv. voorzitter, H.J. van Kessel.

de griffier, V. Smit.

Tarieventabel leges  

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2011.

 

Indeling tarieventabel

 

Titel 1              Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1       Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2       Reisdocumenten

Hoofdstuk 3       Rijbewijzen

Hoofdstuk 4       Verstrekkingen uit de GBA

Hoofdstuk 5       Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp)

Hoofdstuk 6       Bestuursstukken

Hoofdstuk 7       Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 8       Overige publiekszaken

Hoofdstuk 9       Gemeentearchief

Hoofdstuk 10     Huisvestingswet

Hoofdstuk 11     Leegstandswet

Hoofdstuk 12     Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 13     Kansspelen

Hoofdstuk 14     Telecommunicatie

Hoofdstuk 15     Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 16     Diversen

 

Titel 2              Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1       Begripsomschrijving

Hoofdstuk 2       Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3       Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4       Vermindering

Hoofdstuk 5       Teruggaaf

Hoofdstuk 6       Intrekking

Hoofdstuk 7       Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8       Bestemmingswijziging zonder activiteit

Hoofdstuk 9       In deze titel niet benoemde beschikking

 

Titel 3              Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1       Horeca

Hoofdstuk 2       Organiseren evenementen

Hoofdstuk 3       Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4       Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 5       Overige beschikkingen

Hoofdstuk 6       In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

Titel 1              Algemene dienstverlening

 

Hoofdstuk 1              

Burgerlijke stand

 

 

 

 

 

 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap op:

 

 

1.1.1.1

maandag tot en met donderdag

250,00

1.1.1.2

vrijdag

275,00

1.1.1.3

zaterdag

700,00

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

 

 

1.1.2.1

maandag tot en met donderdag

250,00

1.1.2.2

vrijdag

275,00

1.1.2.3

zaterdag

700,00

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap in kasteel Cannenburgh te Vaassen op:

 

 

1.1.3.1

donderdag

580,00

1.1.3.2

vrijdag

634,00

1.1.3.3

zaterdag

715,00

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in kasteel Cannenburgh te Vaassen op:

 

 

1.1.4.1

donderdag

580,00

1.1.4.2

vrijdag

634,00

1.1.4.3

zaterdag

715,00

1.1.5

De tarieven, genoemd onder 1.1.1 en 1.1.2 worden verhoogd met

100,00

 

indien één of beide partners om aanwijzing van een huwelijkslocatie heeft verzocht, als bedoeld in artikel 2 van de Regeling aanwijzing huwelijkslocaties gemeente Epe 2008, of zoals deze regeling laatstelijk is gewijzigd of vervangen en de voltrekking, registratie of omzetting op de gevraagde locatie plaatsvindt.

 

 

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

 

1.1.6.1

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

17,00

1.1.6.2

een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

28,95

1.1.7

Het tarief bedraagt voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen, per getuige

17,00

1.1.8

Het tarief bedraagt per jaar voor het afsluiten van een abonnement op het wekelijks verstrekken van opgaven uit de registers van de burgerlijke stand:

 

 

1.1.8.1

ten behoeve van nieuwsbladen voor wat betreft een gezamenlijke opgave van geboorten, huwelijksaangiften, huwelijk/partnerschapsregistratie en overlijden, uitgezonderd adressen

1.106,00

1.1.8.2

ten behoeve van anderen dan genoemd in onderdeel 1.1.7.1 met vermelding met adressen van:

 

 

1.1.8.2.1

geboorten

543,00

1.1.8.2.2

huwelijksaangiften

543,00

1.1.8.2.3

huwelijken/partnerregistraties

543,00

1.1.8.3

Indien de opgaaf als bedoeld in één van de vorige onderdelen eenmaal per maand worden verlangd wordt het tarief verhoogd met

125,00

1.1.9

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan bestede 5 minuten

7,45

1.1.10

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

 

1.1.11

Voor het in behandeling nemen van een verzoek tot verkrijging van de Nederlandse nationaliteit via optie of naturalisatie als bedoeld in de Rijkswet op het Nederlanderschap, gelden de tarieven zoals deze zijn opgenomen in het Besluit optie- en naturalisatiegelden 2002.

 

 

 

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

 

 

 

 

 

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen, een reisdocument voor vreemdelingen,

 

 

 

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als hiervoor bedoeld (zakenpaspoort),

 

 

 

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort),

 

 

 

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument,

 

 

 

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een al uitgegeven reisdocument: de daarvoor vermelde maximumtarieven genoemd in artikel 6, lid 2, onderdelen a tot en met g, van het Besluit paspoortgelden, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

 

 

1.2.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Paspoortwet: de daarvoor vermelde maximumtarieven genoemd in artikel 6, lid 2, onderdelen d en e, van het Besluit paspoortgelden, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05

 

 

1.2.3

De tarieven genoemd in 1.2.1 en 1.2.2 worden bij een spoedlevering vermeerderd met het daarvoor genoemde bedrag in artikel 6, lid 2, onderdeel h, van het Besluit paspoortgelden, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

 

 

1.2.4

De tarieven genoemd in 1.2.1 en 1.2.2 worden bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument en het bijschrijven van één of meer kinderen, slechts één keer per reisdocument berekend.

 

 

1.2.5

De tarieven genoemd in 1.2.1 en 1.2.2 worden bij een spoedlevering van een bijschrijvingssticker vermeerderd met het daarvoor genoemde bedrag in artikel 6, lid 2, onderdeel i, van het Besluit paspoortgelden, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

 

 

1.2.6

De tarieven genoemd in 1.2.1. en 1.2.2 worden vermeerderd met een bedrag van:

 

 

1.2.6.1

in geval van een vermissing

22,60

1.2.6.2

in geval van een volgende vermissing binnen één jaar

45,20

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

 

 

 

 

 

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een:

 

 

1.3.1.1

rijbewijs, het in artikel 1, lid 1 van de Regeling vergoeding afdracht rijbewijzen bedrag, vermeerderd met

37,20

1.3.1.2

rijbewijs voor 70-jarigen en ouder en voor aanvragers in het bezit van een medische indicatie waardoor de geldigheidsduur wordt beperkt, het in artikel 1, lid 1 van de Regeling vergoeding afdracht rijbewijzen bedrag, verhoogd met

28,05

1.3.2

de tarieven genoemd in 1.3.1 worden bij een spoedlevering verhoogd met het bedrag genoemd in artikel 1, lid 2 van de Regeling vergoeding afdracht rijbewijzen en verminderd met het bedrag genoemd in artikel 1, lid 1 van die Regeling

 

 

1.3.3

de tarieven genoemd in 1.3.1 worden vermeerderd met een bedrag van

 

 

1.3.3.1

in geval van een vermissing

22,60

1.3.3.2

in geval van een volgende vermissing binnen één jaar

45,20

 

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de GBA

 

 

 

 

 

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de GBA moet worden geraadpleegd.

 

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

1.4.2.1

gegevens, per verstrekking

26,30

1.4.2.2

een uittreksel uit de GBA

7,35

1.4.2.3

een bewijs van Nederlanderschap

7,35

1.4.3

In afwijking van onderdeel 1.4.2.1 geldt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit GBA het tarief zoals dat is opgenomen in artikel 37a, tweede lid, van de Regeling GBA.

 

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de GBA, voor ieder daaraan bestede 5 minuten

7,45

 

Hoofdstuk 5

Verstrekkingen op grond van de Wbp

 

 

 

 

 

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wbp of een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wbp: de maximaal toelaatbare tarieven als genoemd in het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp.

 

 

1.5.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van het voorgaande onderdeel meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

 

 

Hoofdstuk 6

Bestuursstukken

 

 

 

 

 

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een exemplaar van de gemeentebegroting of de gemeenterekening

24,00

 

Hoofdstuk 7

Vastgoedinformatie

 

 

 

 

 

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een (fotokopie van) een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.7.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: de kostprijs die de gemeente Epe moet betalen, vermeerderd met

10,00

 

zoals dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is meegedeeld. Voor de toepassing van de vorige volzin geldt als dag van het in behandeling nemen van de aanvraag, de vijfde werkdag na de dag waarop het bedrag aan leges aan de aanvrager in kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor die vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

 

1.7.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

14,80

1.7.2.2

de legger, bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

14,80

1.7.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

14,80

1.7.2.4

het openbare register van beschermde monumenten, bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

14,80

1.7.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen (Wkpb), dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wkpb

14,80

1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van informatie uit het Bodem Informatie Systeem voor elk daaraan besteed kwartier

34,20

1.7.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel van kadastrale stukken of informatie gelden de tarieven zoals die zijn opgenomen in de Regeling tarieven Kadaster.

 

 

 

Hoofdstuk 8

Overige publiekszaken

 

 

 

 

 

 

1.8

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.8.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

30,05

1.8.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

6,15

1.8.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

9,95

 

Hoofdstuk 9

Gemeentearchief

 

 

 

 

 

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende (digitale) stukken, voor iedere daaraan bestede 5 minuten

7,45

 

Hoofdstuk 10

Huisvestingswet

 

 

 

 

 

 

1.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Huisvestingswet

37,05

 

Hoofdstuk 11

Leegstandswet

 

 

 

 

 

 

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.11.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke huur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet

44,45

1.11.2

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandswet

44,45

 

Hoofdstuk 12

Winkeltijdenwet

 

 

 

 

 

 

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.12.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

44,45

1.12.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.12.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

44,45

1.12.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.12.1 bedoelde ontheffing

44,45

 

Hoofdstuk 13

Kansspelen

 

 

 

 

 

 

1.13.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

 

1.13.1.1

voor één kansspelautomaat

56,50

1.13.1.2

Voor meer dan één kansspelautomaat, voor de eerste kansspelautomaat € 56,50 en voor iedere volgende kansspelautomaat

34,00

1.13.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

44,45

 

Hoofdstuk 14

Telecommunicatie

 

 

 

 

 

 

1.14.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

512,00

1.14.1.1

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

1.024,00

1.14.1.2

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

 

Indien een begroting als bedoeld in de vorige volzin is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

Hoofdstuk 15

Verkeer en vervoer

 

 

 

 

 

 

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.15.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV)

205,00

1.15.1.2

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

17,70

1.15.1.3

Voor een medische keuring ten behoeve van het aanvragen van een gehandicaptenparkeerkaart

21,50

1.15.1.4

tot het verstrekken van een Eigen Verklaring

28,85

1.15.1.5

tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van artikel 5:2, 5:6 of 5:8 van de APV (parkeren)

178,00

1.15.2

Indien de aanvrager de ontheffing als bedoeld onderdeel 1.15.1.1 aanvraagt in verband met zijn handicap bedraagt het tarief in afwijking in zoverre van dat onderdeel

51,85

 

Hoofdstuk 16

Diversen

 

 

 

 

 

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

1.16.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

2,35

1.16.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

 

1.16.1.2.1

per pagina op papier tot en met A4-formaat

0,10

1.16.1.2.2

per pagina op papier groter dan A4-formaat, tot en met A3-formaat

0,20

1.16.1.2.3

per pagina op papier groter dan A3-formaat

1,00

1.16.1.3

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

44,45

1.16.1.4

stukken of uittreksel, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

0,65

1.16.2

De onder 1.16.1 genoemde tarieven worden met een factor 1,5 vermenigvuldigd indien de verstrekking in kleur plaatsvindt.

 

 

 

Titel 2              Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

 

 

 

 

 

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

 

De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van de werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

 

De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van de werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economische verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

 

2.1.1.3

sloopkosten: niet van toepassing in Epe

 

 

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

 

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

 

2.1.3

In deze titel voorkomen begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

Hoofdstuk 2

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 

 

 

 

 

 

 

Niet van toepassing in Epe

 

 

 

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

 

 

 

 

 

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grond een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

 

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief indien de bouwkosten:

 

 

 

 

 

 

 

 

2.3.1.1.1

€ 5.000,- of minder bedragen

4,77% van de bouwkosten met een minimum van € 106,00

 

 

2.3.1.1.2

meer dan € 5.000,- maar niet meer dan € 50.000,- bedragen

€ 238,50 vermeerderd met 3,08% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 5.000,- te boven gaan

 

 

2.3.1.1.3

meer dan € 50.000,- maar niet meer dan € 250.000,- bedragen

€ 1.624,50 vermeerderd met 2,99% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000,- te boven gaan

 

 

2.3.1.1.4

meer dan € 250.000,- maar niet meer dan € 500.000,- bedragen

€ 7.604,50 vermeerderd met 2,81% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 250.000,- te boven gaan

 

 

2.3.1.1.3

meer dan € 500.000,- maar niet meer dan € 750.000,- bedragen

€ 14.629,50 vermeerderd met 2,41% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 500.000,- te boven gaan

 

 

2.3.1.1.3

meer dan € 750.000,- bedragen

€ 20.654,50 vermeerderd met 2,35% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 750.000,- te boven gaan, met een maximum van € 120.000.

 

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

 

 

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit

 

 

150%

 

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges

 

 

 

 

 

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

2.3.2.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief

88,85

 

2.3.3

Planologische strijdigheid waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

 

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 10, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking)

134,00

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 20, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking)

223,00

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 30, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)

3.733,00

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast

(tijdelijke afwijking)

223,00

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast

(afwijking van exploitatieplan)

88,85

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag

 

 

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving)

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag

 

 

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit)

88,85

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 10, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking)

134,00

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 20, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking)

223,00

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 30, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)

3.733,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast

(tijdelijke afwijking)

223,00

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast

(afwijking van exploitatieplan)

88,85

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag

 

 

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving)

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag

 

 

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit)

88,85

2.3.4.9

indien de aanvraag als bedoeld in onderdeel 2.3.4.3 wordt geweigerd voordat deze in procedure wordt gebracht, bedraagt het tarief in afwijking in zoverre van dat onderdeel

223,00

 

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief

 

2.3.5.1

bij een oppervlakte van minder dan 500 m2

€ 243,00 vermeerderd met € 0,51/m2 van de totale vloeroppervlakte van de bouwlagen

2.3.5.2

bij een oppervlakte van 500 m2 of meer, maar minder dan 1.000 m2

€ 278,00 vermeerderd met € 0,44/m2 van de totale vloeroppervlakte van de bouwlagen

2.3.5.3

bij een oppervlakte van 1.000 m2 of meer, maar minder dan 2.500 m2

€ 308,00 vermeerderd met € 0,41/m2 van de totale vloeroppervlakte van de bouwlagen

2.3.5.4

bij een oppervlakte van 2.500 m2 of meer

€ 408,00 vermeerderd met € 0,37/m2 van de totale vloeroppervlakte van de bouwlagen

 

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde dorpsgezichten

 

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument

267,00

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht

267,00

2.3.6.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening 2010 aangewezen dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief

267,00

 

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd dorpsgezicht

 

 

2.3.7.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in het bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening of artikel 8.1.1 van de bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief

267,00

 

 

 

 

 

Asbesthoudende materialen

 

 

2.3.7.2

In afwijking van het bepaalde in onderdeel 2.3.7.1 bedraagt het tarief

66,65

 

indien de aanvraag betrekking heeft op het verwijderen van hechtgebonden asbest bevattende platen met een maximum van 35 m2.

 

 

 

 

Aanleggen of veranderen weg

 

 

2.3.8

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief

227,00

 

 

Uitweg/inrit

 

 

2.3.9

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief

227,00

 

2.3.10

Kappen

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:11 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief

165,00

 

2.3.11

Opslag van roerende zaken

 

 

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie, waardoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief

145,00

 

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief

356,00

2.3.12.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

356,00

 

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

311,00

 

2.3.14

Andere activiteiten

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

 

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief

88,85

2.3.14.2

behoort tot en bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief

 

 

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

 

 

 

 

 

88,85

2.3.14.2.2

Als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

Beoordeling bodemrapport

 

 

2.3.16

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

191,00

2.3.16.2

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport, waarbij nader onderzoek noodzakelijk is

408,00

2.3.16.3

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport, waarbij sanering noodzakelijk is

950,00

2.3.16.4

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

149,00

 

2.3.17

Advies

 

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning

356,00

 

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

 

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

 

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

356,00

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven

356,00

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4

Vermindering

 

 

 

 

 

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

 

 

2.4.1.1

bij 5 tot 10 activiteiten

 

2%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

 

 

2.4.1.2

bij 10 tot 15 activiteiten

 

3%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

 

 

2.4.1.3

bij 15 of meer activiteiten

 

5%

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

 

 

 

Hoofdstuk 5

Teruggaaf

 

 

 

 

 

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning bouwactiviteiten

 

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten, als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

De teruggaaf bedraagt

 

25%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning bouwactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 2 jaren na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt

25%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning bouwactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

De teruggaaf bedraagt

50%

 

van de op grond van dat onderdeel voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak.

 

 

Hoofdstuk 6

Intrekking

 

 

 

 

 

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is

44,45

 

Hoofdstuk 7

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

 

 

 

 

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project

88,85

 

Hoofdstuk 8

Bestemmingswijzigingen zonder activiteit

 

 

 

 

 

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot

 

 

2.8.1.1.

het verkrijgen van een beoordeling ruimtelijke ontwikkeling door het college

669,00

2.8.1.2.

het verkrijgen van een beoordeling ruimtelijke ontwikkeling door de gemeenteraad

2.365,00

2.8.2.1.

het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

 

 

2.8.2.1.1.

indien ter zake vooraf een beoordeling ruimtelijke ontwikkeling door de gemeenteraad is aangevraagd

5.449,00

2.8.2.1.2

in andere gevallen

7.145,00

 

Hoofdstuk 9

In deze titel niet benoemde beschikking

 

 

 

 

 

 

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking

88,85

Titel 3  Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

Hoofdstuk 1

Horeca

 

 

 

 

 

 

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en horecawet

356,00

3.1.2

Indien een vergunningaanvraag als bedoeld in 3.1.1 uitsluitend betrekking heeft op een wijziging van een leidinggevende, bedraagt het tarief in afwijking in zoverre van het bepaalde in dat onderdeel

88,85

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een

 

 

3.1.3.1

melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en horecawet

134,00

3.1.3.2

aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en horecawet

44,45

3.1.3.3

vergunning op grond van artikel 2:28 van de APV (exploitatie horeca)

266,45

3.1.3.4

ontheffing op grond van artikel 2:29 van de APV (afwijking sluitingsuur)

44,45

3.1.4

Indien de aanvraag als bedoeld in de onderdelen 3.1.1, 3.1.2 of 3.1.3.3 wordt aangevraagd door een plaatselijke non-profitinstelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard en waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers bedraagt het tarief voor dat onderdeel

51,85

 

Hoofdstuk 2

Organiseren evenementen

 

 

 

 

 

 

3.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de APV

51,85

 

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven

 

 

 

 

 

 

3.3.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

 

3.3.1

een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:4, eerste lid, van de APV, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2

2.499,00

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:15, tweede lid, van de APV

88,85

 

Hoofdstuk 4

Brandbeveiligingsverordening

 

 

 

 

 

 

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening

66,65

 

Hoofdstuk 5

Overige beschikkingen

 

 

 

 

 

 

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een

 

 

3.5.1.1

ontheffing op grond van artikel 4:18 van de APV (recreatief nachtverblijf)

44,45

 

vermeerderd met,

 

 

 

in geval van overnachting op gemeentegrond, per persoon per nacht

2,10

 

in geval van overnachting niet op gemeentegrond, per persoon per nacht

0,80

3.5.1.2

vergunning op grond van artikel 5:13 van de APV (collecteren)

16,35

3.5.2

Indien voor enige aanvraag op grond van deze titel advies bij bureau BIBOB wordt aangevraagd, wordt het betreffende tarief vermeerderd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

3.5.3

Indien een begroting als bedoeld in 3.5.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

Hoofdstuk 6

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

 

 

 

 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

44,45

Behoort bij raadsbesluit van 25 november 2010, nr. 2010-23433

de raadsgriffier van de gemeente Epe,

V.J.S.M. Smit

Toelichting op de Legesverordening

Omwille van het voorkomen van enorme hoeveelheden tekst, verwijzen wij voor een toelichting naar de toelichting op de VNG-modelverordening leges, zoals deze onder meer te vinden is op www.modelverordeningen.nl. Hieronder worden de specifieke keuzes en afwijkingen voor Epe nader toegelicht.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

Derde lid

Uit efficiencyoverweging is bepaald dat bedragen onder de € 2,50 niet worden geheven.

Vierde lid

Hiermee wordt bewerkstelligd dat indien er meerdere aanslagen op één biljet worden verzameld, de grens van € 2,50 per biljet geldt.

Vijfde lid

Om elektronische dienstverlening te bevorderen wordt een lager tarief gehanteerd bij aanvragen die elektronisch worden ingediend en ook direct worden betaald.

Artikel 6 Wijze van heffing

In dit artikel is een extra bepaling opgenomen om ook op elektronische wijze te kunnen heffen.

Artikel 7 Termijnen van betaling

Eerste lid, onderdeel a

In dit onderdeel is een extra bepaling opgenomen in verband met heffing op elektronische wijze.

Tarieventabel

Titel 1 Algemene dienstverlening

1.1.5

Het is sinds 2008 mogelijk om op verzoek op een andere locatie te trouwen dan in het gemeentehuis. In de praktijk blijkt dat dit tot extra kosten leidt ten opzichte van een traditionele huwelijksvoltrekking in het gemeentehuis. Zo moet de locatie worden beoordeeld en moet er een besluit worden genomen om de bewuste locatie aan te wijzen als trouwlocatie. Een en ander heef ertoe geleid dat er een toeslag wordt ingesteld voor dergelijke trouwlocaties. Het tarief daarvan sluit aan bij de extra tijdsbesteding die hiermee is gemoeid (ruim een uur).

1.1.7

Er is net als voorgaande jaren een afzonderlijk tarief opgenomen voor het van gemeentewege beschikbaar stellen van getuigen. Het VNG-model voorziet daar niet in.

1.1.8

De abonnementen op registers van de burgerlijke stand in Epe zijn anders vormgegeven dan het VNG-model. Aangesloten is bij de praktijk en hoe dit in het verleden in de legesverordening was geregeld.

1.1.9

Voor naspeuringen werkt Epe met tijdseenheden van 5 minuten in plaats van met 15 minuten (VNG-model). Dit is gedaan omdat naspeuringen veelal minder dan 15 minuten in beslag nemen.

1.1.11

Het verkrijgen van de Nederlandse nationaliteit via optie of naturalisatie is niet geregeld in het VNG-model. De reeds gebruikte tekst uit de oude legesverordening is overgenomen.

1.2.1. reisdocumenten

Het Besluit paspoortgelden vermeld de maximaal mogelijke tarieven. Epe hanteert al sinds jaar en dag deze maximumtarieven, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05 (in verband met een praktische afhandeling aan de balie). In de regel worden de nieuwe tarieven pas bekend na het opstellen van de legesverordening. Er is daarom voor gekozen om te verwijzen naar het Besluit paspoortgelden voor wat betreft de te hanteren tarieven en daarbij aan te sluiten bij de genoemde maximumtarieven voor de respectievelijke diensten die aangevraagd c.q. verleend worden. Zo werkt een eventuele wijziging in de maximale tarieven automatisch door in de door de gemeente te heffen tarieven.

1.2.5

Er zijn tarieven opgenomen voor vermissingen. Het VNG-model kent deze niet.

1.3.1

Epe kent onderscheid in tarief tussen rijbewijzen voor 70 jarigen of ouder en aanvragers waarbij de geldigheidsduur is beperkt vanwege medische redenen. Dit is gedaan omdat die mensen het rijbewijs vaker moeten aanvragen. Vanwege het feit dat dit gemeentelijk beleid is, voorziet het VNG-model daar niet in. Het tarief bestaat uit een deel rijksleges, dat geregeld is in de Regeling vergoeding afdracht rijbewijzen en een deel gemeenteleges. Als de rijksleges worden verhoogd, werkt dat door in het totaaltarief dat tot op heden in de verordening was genoemd. In de regel plegen ook hier, net als bij de reisdocumenten, de rijkstarieven rijkelijk laat bekend gemaakt te worden. Er is daarom voor gekozen om te verwijzen naar de bedragen, genoemd in de Regeling vergoeding afdracht rijbewijzen, en deze te verhogen met het deel gemeenteleges. Zo werkt een eventuele wijziging van de rijkstarieven automatisch door in de door de gemeente te heffen leges.

1.3.3

Net als bij de reisdocumenten worden ook bij rijbewijzen extra leges in rekening gebracht in geval van vermissingen.

1.4.2

Epe kent geen tarief meer voor abonnementen omdat deze in de praktijk niet voorkomen. Wel opgenomen zijn tarieven voor een GBA-uittreksel en voor het doornemen van de GBA.

Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hiervoor zijn geen tarieven opgenomen.

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen op grond van de Wbp

In het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp zijn maximale tarieven vastgesteld die in rekening gebracht mogen worden. Epe sluit aan bij die maxima en benoemt deze niet meer afzonderlijk in de legesverordening.

Hoofdstuk 6 Bestuursstukken

Epe kent alleen een tarief voor het verstrekken van gemeentebegroting en –rekening.

1.7.1

Voor (bestemmings)plannen wordt gewerkt met de zogenaamde begrotingsconstructie omdat de prijs erg afhankelijk is van het aantal pagina’s, grootte, kleur. Wanneer iemand een dergelijke aanvraag indient, zal de gemeente de kostprijs doorberekenen inclusief € 10 opslag in verband met de verwerking van de aanvraag.

1.7.3

De gemeente verstrekt op verzoek informatie uit het Bodem Informatie Systeem. Deze bepaling kende het VNG-model niet.

1.7.4

Aan de balie kunnen ook bepaalde kadastrale uittreksels e.d. worden verstrekt. Voor de tarieven is aangesloten bij de Regeling tarieven kadaster. Het VNG-model kent deze bepaling niet.

Hoofdstuk 9 Gemeentearchief

Er is gekozen voor een algemeen tarief voor kopieën in hoofdstuk 16. Daarom worden voor het gemeentearchief alleen tarieven geregeld in verband met het doornemen van het archief. Het VNG-model voorziet in een veelheid aan tarieven voor verschillende soorten uittreksels.

Hoofdstuk 10 Huisvestingswet

In Epe wordt één type vergunning verstrekt. In het VNG-model zijn andersoortige, voor Epe overbodige vergunningen opgenomen.

Gemeentegarantie

Epe verstrekt geen gemeentegaranties, dus een tarief is niet nodig.

Marktstandplaatsen

De bepalingen hieromtrent zijn opgenomen in de marktgeldverordening

1.13 Kansspelen

In Epe worden vergunningen voor kansspelautomaten voor één jaar verstrekt. Dat maakt sommige bepalingen uit het VNG-model overbodig.

Kinderopvang

Hiervoor is geen afzonderlijk tarief opgenomen.

1.14 Telecommunicatie

Het VNG-model voorziet in ingewikkelde bepalingen, afhankelijk van de lengte van de sleuf die gegraven wordt. Aangezien het een vergunning betreft die veelal een zelfde soort tijdsbesteding kent, is gekozen voor vaste tarieven.

1.15.1.4

Voor het verstrekken van een Eigen Verklaring kent het VNG-model geen tarief, terwijl Epe dat wel altijd hanteert.

1.15.1.5

Voor het parkeren van bepaalde grote voertuigen moet vergunning worden aangevraagd. Het VNG-model voorziet niet in een tariefsbepaling.

1.15.2

Voor gehandicapten is een speciaal, lager, tarief opgenomen voor het aanvragen van ontheffing van het RVV. Dit is gemeentelijke beleid, daarom kent het VNG-model geen bepaling hiervoor.

Hoofdstuk 16 Diversen

Er is gekozen voor de bepalingen ten aanzien van kopieën, uittreksels e.d. zoals die eerder in de legesverordening waren opgenomen. Het VNG-model kent uitgebreidere, maar ingewikkelde bepalingen.

Titel 2 Dienstverlening vallen onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

In Epe wordt vooroverleg beschouwd als dienstverlening. In de meeste gevallen leidt vooroverleg alsnog tot een aanvraag. De opbrengsten komen dus toch wel binnen. Door goed vooroverleg wordt veelal voorkomen dat er aanvragen binnenkomen die niet voldoen aan de eisen. Dat is ook winst bij het afhandelen ervan.

2.3.1 Bouwactiviteiten

De tariefstructuur van het VNG-model zit iets anders in elkaar dan Epe al sinds jaar en dag hanteert. Belangrijk is dat ook Epe een degressieve gestaffelde tariefstructuur kent.

Extra welstandstoets

In Epe worden hiervoor geen extra leges in rekening gebracht.

Verplicht advies agrarische commissie

In Epe bestaat zo’n commissie niet, dus worden hiervoor geen extra leges in rekening gebracht.

Beoordeling aanvullende gegevens

Er is voor gekozen om hiervoor geen extra leges te heffen. Het betekent extra administratie, terwijl het niet veel extra geld oplevert.

2.3.3.1 t/m 2.3.3.5 en 2.3.3.8 (afwijking bestemming)

Het VNG-model gaat uit van een percentage ten opzichte van de basisleges voor het bouwen. In Epe is bij het invoeren van de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening onderzoek gedaan naar de gemiddelde tijdsbesteding van de diverse ontheffingen. Daaruit zijn vaste tarieven naar voren gekomen.

2.3.3.6 en 2.3.3.7 (provinciaal en nationaal belang)

De inschatting is dat projecten van een dergelijke omvang zich in Epe niet of nauwelijks zullen voordoen. Aangezien een inschatting van de extra kosten die dit wellicht met zich meebrengt niet te maken zijn, is gekozen voor een zelfde bedrag als voor de basisleges voor bouwen.

2.3.4.9 weigering voor het in procedure brengen

Leges zijn verschuldigd voor het in behandeling nemen van een aanvraag. Sommige aanvragen leiden tot forse legesbedragen. Die zijn in feite alleen terecht als de gehele procedure wordt doorlopen. Nu komt het voor dat mensen via het ambtelijk apparaat informeren of de gemeente mee wil werken aan een bepaalde wijziging. Indien blijkt dat de gemeente dat niet kan of wil, wordt dat ambtelijk meegedeeld. Deze dienstverlening schaart de gemeente onder algemene voorlichting, dus legesvrij. Het komt echter ook voor dat mensen vervolgens nog een officiële aanvraag indienen, waarop een beslissing van het college wordt verlangd. Het antwoord is dan al bekend, maar het kost wel extra tijd om dit uit te werken in een formeel besluit. Er is dan sprake van een aanvraag en van een individualiseerbaar belang, zodat legesheffing mogelijk is. De procedure van wijziging wordt dan niet in gang gezet, zodat de kosten beperkt blijven. Om legesheffing in dergelijke gevallen ook te laten aansluiten bij de kosten die de gemeente gemiddeld maakt, is hiervoor een afzonderlijk tarief ingesteld.

Als de gemeente wel wil c.q. kan meewerken, dan wordt de procedure tot het wijzigen van de bestemming wel opgestart. Leidt dat er uiteindelijk toe dat de aanvraag geweigerd wordt, dan geldt deze bepaling niet en is het hoge tarief verschuldigd.

2.3.5 brandveiligheid

Het VNG-model kent slechts één vast tarief. In Epe wordt al jaren gewerkt met een gestaffeld tarief, afhankelijk van de grootte van het object.

2.3.7.2 asbesthoudende materialen

Het VNG-model kent een tarief voor alle gevallen waarin er sprake is van asbesthoudende materialen. Al jaren geleden is in Epe ervoor gekozen om alleen voor relatief kleine objecten (tot 35 m2) een speciaal tarief te hanteren. Het gaat met dan name om particulieren. De gemeente wil hen niet ontmoedigen om een vergunning aan te vragen in verband met de veiligheid/gezondheid. Wanneer er grote objecten worden gesloopt waarin asbest is verwerkt, zal het normale tarief voor slopen betaald moeten worden.

2.3.8 Aanleggen of veranderen van een weg

De gemeente kent hiervoor geen bepalingen in de APV. Aangezien de provinciale tarieventabel wel bedragen kent voor dergelijke aanvragen, is deze bepaling opgenomen en is qua tarief aangesloten bij de provincie.

2.3.9 Uitweg/inrit

De gemeente kent hiervoor geen bepalingen in de APV. Aangezien de provinciale tarieventabel wel bedragen kent voor dergelijke aanvragen, is deze bepaling opgenomen en is qua tarief aangesloten bij de provincie.

2.3.11 Opslag van roerende zaken

De gemeente kent hiervoor geen bepalingen in de APV. Aangezien de provinciale tarieventabel wel bedragen kent voor dergelijke aanvragen, is deze bepaling opgenomen en is qua tarief aangesloten bij de provincie. Gekozen is voor één tarief in plaats van het onderscheid dat het VNG-model maakt, omdat de provincie ook geen onderscheid maakt.

2.3.16.1 Beoordeling bodemrapport

Het VNG-model kent slechts één tarief. Gebleken is dat er grote verschillen bestaan in tijdsbesteding tussen de diverse soorten bodemrapporten.

2.3.16.2 Bodemrapport, nader onderzoek nodig

Het gaat hierbij om bodemrapporten die aanleiding geven tot nader onderzoek. Dat nadere onderzoek betekent meer werk. Dat rechtvaardigt een hoger tarief.

2.3.16.3 Bodemrapport, sanering nodig

Indien na het nader onderzoek blijkt dat sanering noodzakelijk is, levert dat veel meer werk op. Dat rechtvaardigt een hoger tarief.

2.5.1 Teruggaaf na intrekking aanvraag

In afwijking van het VNG-model kent Epe geen onderscheid in het moment van intrekken van de aanvraag. Verder wordt teruggaaf alleen verleend voor de basisleges voor bouwen en niet voor slopen of een aanlegvergunning. Dat laatste vanwege de gematigde tarieven die daarvoor gelden.

2.8. Bestemmingsplanwijzigingen zonder activiteit

De procedure voor bestemmingsplanwijzigingen is in 2010 aangepast. De aanvrager heeft een keuze: eerst een ruimtelijke beoordeling (principe-uitspraak) door het college of de raad en vervolgens de procedure, ofwel in één keer aanvragen. Aangezien het hier gaat om forse verschillen in ambtelijke tijdsbesteding, is dat tot uitdrukking gebracht in de tarieven. De VNG kent slechts één tarief en dat sluit niet aan op het Eper beleid.

Titel 3 Dienstverlening vallend Europese dienstenrichtlijn

3.1.2 wijziging leidinggevende

Het VNG-model kent geen bepaling voor wijzigingen van leidinggevende. Daarmee is minder tijd gemoeid, zodat net als voorgaande jaren ook nu hiervoor weer een lager tarief wordt gehanteerd.

3.1.3.3 horeca-exploitatie en 3.1.3.4 afwijking sluitingsuur

Het VNG-model kent hiervoor geen bepalingen. Deze bepalingen zijn overgenomen uit de oude legesverordening.

3.1.4

Voor plaatselijke non-profitinstellingen wordt een maatschappelijk tarief gehanteerd voor aanvragen om een drank- en horecavergunning of een horeca-exploitatievergunning. Dit is gemeentelijke beleid, zodat het niet in de modelverordening is opgenomen.

Hoofdstuk 2 Organiseren van evenementen (of markten)

Voor Epe is één tarief opgenomen voor evenementen. Het VNG-model kent nog meer bepalingen die omwillen van de eenvoud niet worden gebruikt.

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Deze bepalingen zijn tot op heden nooit toegepast, maar zijn opgenomen voor het geval dat. Daarbij is gebruik gemaakt van vereenvoudigde bepalingen ten opzichte van het VNG-model.

Splitsingsvergunning woonruimte

Hiervoor is geen tarief opgenomen aangezien dit weinig voorkomt.

Leefmilieuverordening

Aangezien Epe een dergelijke verordening niet kent, is hiervoor geen tarief opgenomen.

Hoofdstuk 5 Overige beschikking

Het VNG-model heeft geen bepalingen voor vergunningen voor recreatief nachtverblijf of collecteren. Vanuit de oude legesverordeningen zijn deze bepalingen overgenomen.

Verder is een bepaling opgenomen om kosten te kunnen verhalen indien een zogenaamd BIBOB onderzoek nodig is. Omdat van tevoren niet bekend is wanneer dat het geval is, zal dat altijd eerst aan de aanvrager worden meegedeeld. Als hij zijn aanvraag vervolgens intrekt, wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Zo wordt voorkomen dat de aanvrager wordt verrast met een hoge belastingaanslag.

2010-12-06