Organisatie | Maastricht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling sociaal investeren Maastricht 2017. |
Citeertitel | Regeling Sociaal Investeren Maastricht 2017 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
regeling vervangt de Regeling Sociaal Investeren Maastricht 2016
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-11-2017 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 07-11-2017 |
ARTIKEL 1 DEFINITIES EN BEGRIPPEN
In deze regeling wordt verstaan onder:
Maatwerkvoorziening: een individuele voorziening ter compensatie van de beperkingen in de zelfredzaamheid of participatie die de cliënt ondervindt. Dit voor zover de cliënt deze beperkingen naar het oordeel van het college niet op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociaal netwerk dan wel met gebruikmaking van algemeen gebruikelijke voorzieningen of algemene voorzieningen kan verminderen of wegnemen.
Algemene voorziening: voorziening die ook gebruikt wordt door mensen met een beperking maar niet speciaal is voor hen bedoeld is. Dit soort voorzieningen is algemeen verkrijgbaar cq toegankelijk voor alle burgers en het gebruik door mensen met een beperking brengt niet (veel) meerkosten met zich mee.
ARTIKEL 2 DOEL VAN DE REGELING
Deze regeling heeft tot doel het tot stand brengen van een structurele verandering in het sociaal domein, waarmee burgers in een kwetsbare positie daadwerkelijk worden bereikt en zoveel mogelijk gewoon mee kunnen doen en waar zij zo nodig worden ondersteund, zodat er minder individuele voorzieningen nodig zijn.
Aanvullend aan de in artikel 3 benoemde algemene subsidiecriteria dient de subsidieaanvrager aannemelijk te maken dat de beoogde investering een bijdrage zal leveren aan de doelstelling onder artikel 2 alsmede minimaal één van de onderstaande specifieke subsidiecriteria:
De subsidieaanvraag wordt afgewezen indien naar oordeel van het College van B & W:
a. De beoogde investering geen bijdrage levert aan de te behalen doelstelling geformuleerd in artikel 2; en/of
b. niet wordt voldaan aan de algemene criteria in artikel 3; en/of
c. de beoogde investering geen bijdrage levert aan minimaal één van de criteria, genoemd in artikel 4; en/of
d. de aanvraag niet binnen de in artikel 10 lid 1 genoemde termijn is ontvangen, voorzien van alle gegevens en bescheiden die noodzakelijk zijn voor de beoordeling van de aanvraag (en met inachtneming van een hersteltermijn van 7 dagen).
HOOFDSTUK 4 AANVRAAG EN VASTSTELLING
ARTIKEL 8 DE AANVRAAGPROCEDURE
Na ontvangst van het pitchformulier wordt een ambtelijke voorselectie uitgevoerd om te beoordelen of de beoogde investering voldoet aan de doelstelling van deze regeling. Uitsluitend aanvragers waarvan de beoogde investeringen voldoen aan de doelstelling van de regeling, worden uitgenodigd om de beoogde investering te pitchen aan het in artikel 9 bedoelde beoordelingsteam.
ARTIKEL 11 VASTSTELLING, REKENING EN VERANTWOORDING
De aanvraag tot vaststelling dient te bevatten:
een overzicht van de uitgevoerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening). De financiële verantwoording sluit aan op de bij de aanvraag opgegeven begroting waarvoor een investeringsvoorschot is verleend. Verschillen tussen begroting en realisatie worden toegelicht;
een accountantsverklaring. De financiële verantwoording wordt voorzien van een verklaring van een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van boek 2 van het Burgerlijk wetboek, waaruit de getrouwheid van deze verantwoording blijkt en tevens tot uitdrukking komt dat aan de voorwaarden is voldaan;
Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling Sociaal Investeren Maastricht 2017”
Aldus vastgesteld door het college van Burgemeester en Wethouders van Maastricht d.d. 7 november 2017.
Voor de transformatie van het sociale domein is het noodzakelijk om meer algemene voorzieningen te realiseren, waardoor er minder relatief dure individuele voorzieningen nodig zijn. Aanvullend aan de reguliere subsidiemogelijkheden van de Gemeente Maastricht is deze regeling bedoeld voor eenmalige investeringen die daadwerkelijk bijdragen aan het bereiken van mensen in een kwetsbare positie en zo nodig te ondersteunen, dat zij zoveel mogelijk kunnen meedoen aan de normale samenleving, zonder dat er hiervoor specifieke (individuele of maatwerkvoorzieningen voor nodig zijn. Deze regeling is ingesteld om er voor te zorgen dat het sociaal domein structureel uit het (teruglopende) beschikbare budget gefinancierd kan worden. Investeringen die in aanmerking komen voor subsidie moeten daarom aannemelijk maken dat zij leiden tot financieel rendement.
De regeling is bedoeld voor een ieder die zich partner toont voor de gemeentelijke maatschappelijke opgaven van de transformatie van het sociale domein, bijvoorbeeld door burgers, ondernemers, maatschappelijke instellingen enz.
Met transformatie van voorzieningen wordt bedoeld dat voorzieningen een hele andere vorm kunnen hebben dan nu. Een nieuwe vorm hoeft daarbij juist niet alleen betrekking te hebben op of de Wmo of op de Jeugdwet of op de Participatiewet. Eén nieuwe vorm die meerdere beleidsdoelen combineert en daarmee wellicht een bijdrage levert aan het verminderen van bijvoorbeeld een individuele voorziening op de Participatiewet én een voorziening van de Jeugdwet enz. is zeker denkbaar en draagt bij aan de daadwerkelijke gedachten achter de gelijktijdige invoering van de Wmo2015, de Jeugdwet en Participatiewet.
Naast investeren op vernieuwende diensten mag de investering ook betrekking hebben op het ontwikkelen van een technisch/digitaal product om de eigen kracht en de eigen regie van de hulpvrager te versterken.
Artikel 1: Definities en begrippen
Bij de definitie van subsidieplafond wordt conform de Algemene Subsidieverordening van de gemeente Maastricht verwezen naar de Algemene wet bestuursrecht. Concreet: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies binnen de raad vastgestelde begroting.
Artikel 3: Algemene subsidiecriteria
De subsidie is eenmalig en bedoeld voor projecten van maximaal van 2 jaren. Het financieel rendement mag, mits goed onderbouwd, na een langere termijn zichtbaar worden.
Het Maastrichtse sociale beleid legt de nadruk op preventie, op het versterken van de individuele en collectieve burgerkracht en op het vergroten van de algemene voorzieningen. Subsidieaanvragen moeten aantonen dat zij, naast de algemene doelstelling, daarom ook aan minstens één van de genoemde specifieke eisen voldoen.
Artikel 5: Verplichtingen subsidieontvanger
Binnen 3 maanden na toekenning van de subsidie moet worden gestart met de uitvoering van het plan. De subsidieontvanger is verplicht alle wijzigingen ten aanzien van het ingediende plan zelf direct te melden bij de gemeente. Indien blijkt dat de uitvoering vertraging ondervindt, is het mogelijk dat de subsidie wordt teruggevorderd.
Voor de beoordeling van de subsidieaanvragen wordt een beoordelingsteam ingesteld. Dit team heeft een adviserende taak aan college van burgemeester en wethouders,
Naast de binnen deze regeling genoemde afwijzingsgronden kan de subsidieaanvraag ook afgewezen worden op grond van de weigeringsgronden van de Algemene Subsidieverordening 2015 (ASV) van de Gemeente Maastricht.
De weigeringsgronden van de ASV houden in dat de aanvraag kan worden afgewezen indien de beoogde investering:
Met deze regeling beoogt het college nieuwe onorthodoxe manieren te vinden voor de transformatie van het sociaal domein. Dé uitdaging van deze regeling is partners te vinden die zich niet van oudsher bevinden op het terrein van het sociaal domein. Om deze reden wordt de formele aanvraagprocedure vooraf gegaan met een pitch-procedure. Dit wil zeggen dat initiatiefnemers in de gelegenheid worden gesteld om eerst hun idee cq beoogde investering te ‘pitchen’ aan een extern beoordelingsteam. Het beoordelingsteam beslist of de initiatiefnemer het idee verder mag uitwerken naar een investeringsplan. Na een positieve beslissing van het beoordelingsteam ontvangt de initiatiefnemer een aanvraagformulier van de Gemeente Maastricht.
Artikel 9 Wijze van beoordeling
Voor de beoordeling van de pitches wordt een beoordelingsteam ingesteld van 5 personen, waarvan 2 collegeleden en 3 externen. Het beoordelingsteam wordt versterkt door een ambtelijk secretaris. De beoordeling omvat een inhoudelijke én financiële toets.
Op het moment dat het formele aanvraagformulier is uitgereikt, krijgt de initiatiefnemer 10 weken de tijd om het aanvraagformulier te retourneren met het investeringsplan, de begroting en het terugverdienmodel. Tijdens deze periode wordt een medewerker van de gemeente Maastricht aangewezen als contactpersoon om de initiatiefnemer wegwijs te maken in de bestaande voorzieningen en om hem te ondersteunen in het leggen van verbindingen met bestaande professionele en vrijwillige aanbieders.
Op basis van artikel 8, 9 en 10 is het stappenplan voor het indienen van een aanvraag als volgt: