Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Bunnik

BELEIDSREGELS STANDPLAATSEN GEMEENTE BUNNIK 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBunnik
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBELEIDSREGELS STANDPLAATSEN GEMEENTE BUNNIK 2017
CiteertitelBeleidsregels standplaatsen gemeente Bunnik 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp
Externe bijlageVerhuurvoorwaarden standplaatsen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Actueel/Bunnik/CVDR642374.html

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-11-2017nieuwe regeling

24-10-2017

gmb-2017-192420

Tekst van de regeling

Intitulé

BELEIDSREGELS STANDPLAATSEN GEMEENTE BUNNIK 2017

 

Aanhef

De raad van de gemeente Bunnik,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24-10-2017

Gelet op artikel 147 en artikel 149 van de Gemeentewet

Besluit vast te stellen de beleidsregels standplaatsen gemeente Bunnik 2017

Inleiding

Deze beleidsregels zijn opgesteld ten behoeve van de harmonisatie van de ambulante handel binnen de gemeente Bunnik. Met de harmonisatie zijn de bestaande kaders voor markt- en standplaatsen vertaald tot een eenduidig beleid. Een onderdeel hiervan is het opstellen van beleidsregels voor standplaatsen en het formeel opheffen van de warenmarkt.

Met het collegebesluit van 21 februari 2017 en het Open huis van 30 maart 2017 hebben het college en de raad van de gemeente Bunnik ingestemd met de voorgestelde koers voor harmonisatie.

Doel van de beleidsregels

 

Het doel van de beleidsregels voor standplaatsen is:

  • Vastleggen van een duidelijk en transparant beleid inzake de verlening van standplaatsvergunningen.

  • Voorkomen dat de openbare orde wordt verstoord en dat standplaatsen overlast veroorzaken.

  • Voorzieningenniveau in de gemeente beschermen.

Wettelijk kader

 

Algemene plaatselijke verordening

Artikel 5:17 en artikel 5:18 van de APV vormen de wettelijke basis voor standplaatsen. In artikel 5:17 wordt onder standplaatsen verstaan: het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel. Onder een standplaats wordt niet verstaan:

  • 1.

    een vaste plaats op een jaarmarkt of markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet;

  • 2.

    een vaste standplaats op een evenement als bedoeld in artikel 2:24.

 

In artikel 5:18 wordt verder vermeld dat een vergunning eveneens kan worden geweigerd indien het niet voldoet aan redelijke eisen van welstand of in strijd is met het geldend bestemmingsplan. Indien in een deel van de gemeente redelijkerwijs te verwachten is dat door het verlenen van de vergunning voor een standplaats voor het verkopen van goederen een redelijk verzorgingsniveau voor de consument ter plaatse in gevaar komt, kan de vergunning ook geweigerd worden. Ten slotte is een inschrijving in het handelsregister van de Kamer van Koophandel verplicht en mag een onderneming of persoon niet meer dan twee vergunningen binnen de gemeente innemen.

 

Artikel 1:8 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) geeft weigeringsgronden voor een standplaatsvergunning. De vergunning kan door het bevoegd gezag (college) worden geweigerd in het belang van de openbare orde, openbare veiligheid, de volksgezondheid en/of de bescherming van het milieu.

 

Vanuit dit wettelijk kader kan het college beleidsregels vaststellen waarin wordt aangegeven wanneer wel of niet tot het afgeven van een standplaatsvergunning wordt overgegaan.

 

Afbakening beleidsregels

De beleidsregels hebben geen betrekking op detailhandel binnen bestaande gebouwen en tijdelijke verkoopstallen voor ter plaatse voortgebrachte producten in het buitengebied. De beleidsregels gaan ook niet in op specifiek aangeduide locaties voor detailhandel in het buitengebied, hiervoor zijn voldoende kaders gesteld in het bestemmingsplan “Buitengebied Bunnik 2011”.

Venten is in de beleidsregels ook buiten beschouwing gelaten, hiervoor zijn reeds kaders gesteld in de APV.

Beleidsregels

1.1 Locaties standplaatsen

 

Vaste standplaatsen

Op basis van de geldende bestemmingsplannen binnen de gemeente kunnen vaste standplaatsen worden aangevraagd ter plaatse van de aanduiding: “specifieke vorm van detailhandel – standplaats’’, binnen de bestemming ‘’Verkeer’’ zoals opgenomen in bestemmingsplan Dorp Bunnik 2012, Dorp Odijk 2012 en Dorp Werkhoven 2012. Voor de locatie Kerkpad-Langstraat in Bunnik kunnen vaste standplaatsen worden aangevraagd ter plaatse van het besluitvlak (OU 457432), binnen de bestemming “Verkeer”. De aanvraag dient passend te zijn binnen de geldende bestemmingsplanregels.

 

Incidentele standplaatsen

Incidentele standplaatsen kunnen worden aangevraagd voor locaties met de bestemming “Verkeer” binnen de bebouwde kom van Bunnik en binnen de bebouwde kom van Werkhoven en Odijk (alle bestemmingen). Onder een incidentele standplaats wordt verstaan: een plaats voor het verkopen van goederen met een kraam, wagen of tafel op een locatie voor een vooraf bepaalde beperkte duur van maximaal drie maanden op één of meerdere dagen in de week wordt ingenomen. De periode kan maximaal één keer verlengd worden met maximaal 3 maanden. Voor incidentele standplaatsen zijn de beleidsregels zoals beschreven in artikel 1.2 t/m 1.4 niet van toepassing. Artikel 1.5 gaat afzonderlijk in op de behandeling van aanvragen voor incidentele standplaatsen.

1.2 Maximumstelsel

De beschikbare ruimte voor standplaatsen in de kernen Bunnik, Odijk en Werkhoven is beperkt. Standplaatsen worden over het algemeen ingenomen binnen bestaande parkeerplaatsen, die noodzakelijk zijn om te voorzien in de parkeerbehoefte. Om de standplaatsen vrij te houden op tijden dat ze mogen worden ingenomen, is een parkeerverbod van kracht.

Om tijdens de bezetting van de standplaatsen in het centrum van de verschillende kernen de doorstroming voor hulpdiensten en regulier verkeer en voldoende parkeergelegenheid te kunnen garanderen, moet het aantal standplaatsen worden gemaximaliseerd. Het maximum aantal vaste standplaatsen voor de kern Bunnik bedraagt 8 op locatie Langstraat en 1 op locatie Van Hardenbroeklaan. Voor de kern Werkhoven bedraagt het maximale aantal vaste standplaatsen 1, voor de kern Odijk is dit 5 standplaatsen.

 

1.3 Tijdstippen

Het innemen van een standplaats kan verder worden geordend door tijdstippen aan te wijzen wanneer een standplaats mag worden ingenomen. Onderstaande verdeling naar dagen van de week en dagdelen geeft een nadere invulling aan het maximum aantal standplaatsvergunningen. Na het verstrijken van de tijd dat vanuit de standplaats mag worden verkocht, is maximaal 1 uur opruimtijd toegestaan.

 

Locatie

Dag

Tijdstip

Maximum aantal vergunningen

Van Hardenbroeklaan, Bunnik

Maandag t/m donderdag en zaterdag

7.30 – 18.00 uur

5*

Langstraat, Bunnik

Vrijdag

7.30 – 13.00 uur

8

De Meent, Odijk

Woensdag

7.30 – 13.00 uur

5

De Meent, Odijk

Donderdag t/m zaterdag

7.30 – 18.00 uur

3*

De Brink, Werkhoven

Dinsdag, vrijdag en zaterdag

7.30 – 18.00 uur

3*

*maximaal 1 vergunning per dag

 

1.4 Brancheverdeling

Een verdere verfijning van het maximum aantal standplaatsvergunningen kan worden bereikt door een onderverdeling naar een aantal branches in te stellen. Dit is noodzakelijk omdat het aantal aanvragen voor deze branches groter is dan het aantal af te geven vergunningen. Om te voorkomen dat er zich nieuwe branches aandienen waar een groot aantal aanvragen voor worden gedaan, geldt per overige branche een maximum van 2 vergunningen.

 

Branche

Verdeling locaties

Maximum aantal vergunningen

Vis

Bunnik 1, Odijk 2, Werkhoven 1

4

AGF

Bunnik 1, Odijk 1, Werkhoven 1

3

Brood

Bunnik 1, Odijk 1, Werkhoven 0

2

Zuivel

Bunnik 1, Odijk 1, Werkhoven 1

3

Bloemen

Bunnik 1, Odijk 1, Werkhoven 0

2

Vietnamees

Bunnik 2, Odijk 1, Werkhoven 0

3

Per overige branche

Bunnik 1, Odijk 1, Werkhoven 0

2

 

Om een goede brancheverdeling over de verschillende kernen in de gemeente te garanderen is er ook een minimum aantal af te geven vergunningen van toepassing.

 

Kern

Minimale brancheverdeling

Vergunningen t.o.v. totaal

Bunnik

1 Vis, 1 AGF, 1 Zuivel, 1 Bloemen, 1 Poelier en 1 Brood

6 van 13

Odijk

1 Vis, 1 AGF, 1 Zuivel, 1 Bloemen, 1 Poelier en 1 Brood

6 van 8

Werkhoven

1 Vis, 1 AGF en 1 Zuivel

3 van 3

 

Indien de bovenstaande minimum bezetting niet meer wordt gehaald door het vertrek van een ondernemer in één van deze branches, dan wordt de vertrekkende ondernemer in de gelegenheid gesteld een vervanger aan te dragen. Indien er geen vervanger beschikbaar is, zal de gemeente hierop gericht adverteren.

 

1.5 Incidentele standplaatsen

Een aanvraag voor een incidentele standplaats kan worden verleend indien de aanvraag ingedeeld kan worden in één van de onderstaande categorieën:

  • a.

    Standplaats voor de verkoop van op het eigen perceel voortgebrachte producten op een andere locatie indien niet geparkeerd kan worden op het eigen terrein;

  • b.

    Standplaats voor dienstverlening: aanbod van diensten in het kader van de volksgezondheid en (verkeers)veiligheid;

  • c.

    Standplaats voor maatschappelijke doeleinden, zoals verkiezingen;

  • d.

    Standplaats voor tijdgebonden producten die elders in winkels of op vaste standplaatsen binnen de gemeente niet of nauwelijks aangeboden worden (bijvoorbeeld oliebollen, kerstbomen en ijs). Hierbij dient te worden afgewogen of de locatie passend is voor de aanvraag en er geen overlast voor de omgeving ontstaat.

1.6 Procedure toewijzing

Iedere aanvraag tot het innemen van een standplaats moet afzonderlijk beoordeeld worden. Aan de hand van de weigeringsgronden in de APV (artikel 5:18 en artikel 1:8) en aan de hand van voorliggend beleidsdocument moet een afweging gemaakt worden of een vergunning kan worden verleend. Bij een aanvraag voor een standplaatsvergunning worden de beleidsregels uit artikel 1.1 t/m artikel 1.5 doorlopen:

  • a.

    Indien een aanvraag niet past wordt deze afgewezen;

  • b.

    Indien een aanvraag passend is wordt deze verleend op volgorde van binnenkomst;

  • c.

    Indien meerdere ondernemers zich melden op een advertentie (zie artikel 1.4), wordt de standplaats toegewezen doormiddel van loting.

Op een standplaatsvergunning zijn de algemene voorwaarden zoals opgenomen in bijlage 2 “Algemene verhuurvoorwaarden standplaatsen” van toepassing.

1.7 Standplaatsgelden

Voor het aanvragen van een standplaatsvergunning worden leges in rekening gebracht conform de gemeentelijke Legesverordening. Voor het innemen van een standplaats op gemeentegrond wordt een vergoeding in rekening gebracht conform bijlage 1: “Tarieventabel standplaatsgelden”. De gemeente zal hiervoor een aparte huurovereenkomst aangaan met de standplaatshouder. De tarieven zijn inclusief stroom (16 tot 32 Ampère) bij de standplaatsen aan de Meent in Odijk, de Brink in Werkhoven en de Langstraat in Bunnik. Voor de standplaats aan de Van Hardenbroeklaan in Bunnik zijn geen gemeentelijke stroomvoorzieningen beschikbaar.

1.8 Bijzondere bepaling beleidsregels

Op grond van artikel 4.84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het volgende van toepassing op voorliggende beleidsregels:

Het bestuursorgaan handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.

 

Slotbepalingen

Deze beleidsregels zijn vastgesteld bij besluit van 24-10-2017.

 

De beleidsregels treden in werking op 26-10-2017.

 

De ondernemers op de wachtlijst worden geïnformeerd over de nieuwe beleidsregels voor standplaatsen en indien mogelijk geplaatst. Na het vaststellen van dit besluit is de wachtlijst opgeheven.

 

Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels Standplaatsen Gemeente Bunnik 2017”.

 

 

Aldus besloten op 24-10-2017

ondertekening

De secretaris De burgemeester