Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Enkhuizen

Gedragscode Integriteit Wethouders Enkhuizen 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEnkhuizen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGedragscode Integriteit Wethouders Enkhuizen 2017
CiteertitelGedragscode Integriteit Wethouders Enkhuizen 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpGedragscode wethouders

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 41c, tweede lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-10-2017Nieuwe regeling

03-10-2017

gmb-2017-180013

Zaaknummer 670233

Tekst van de regeling

Intitulé

Gedragscode Integriteit Wethouders Enkhuizen 2017

De raad van de gemeente Enkhuizen;

 

overwegende dat de raad op 1 november 2016 de Gedragscode Integriteit Raadsleden heeft vastgesteld

 

overwegende dat deze gedragscode model heeft gestaan voor de Gedragscode Integriteit Wethouders

 

gelet op artikel 41c lid 2 Gemeentewet

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 22 augustus 2017

besluit:

 

vast te stellen de navolgende Gedragscode Integriteit Wethouders

Preambule

Omwille van de leesbaarheid wordt in deze gedragscode de mannelijke vorm gebruikt; overal waar ‘hij’ staat, kan uitdrukkelijk ook ‘zij’ gelezen worden. Evenzo voor ‘hem’ en ‘haar’ en voor overige verwijzingen naar mannelijke/vrouwelijke persoonsvormen.

Artikel 1 - onderzoek

  • 1.

    Een kandidaat-wethouder dient, voordat tot benoeming tot wethouder wordt overgegaan, een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) te overleggen.

  • 2.

    Een uitgebreider extern onderzoek kan deel uitmaken van de procedure, voorafgaande aan de benoeming van een kandidaat-wethouder tot wethouder.

Artikel 2 - belangenverstrengeling

  • 1.

    Een wethouder mag zijn invloed en stem niet gebruiken om een persoonlijk belang veilig te stellen of het belang van een ander(e organisatie) bij wie hij een persoonlijke betrokkenheid heeft.

    Een wethouder moet actief en uit zichzelf belangenverstrengeling en de schijn van belangen-verstrengeling, tegengaan.

  • 2.

    Een wethouder onthoudt zich alleen van deelname aan de stemming in het college van B&W als er sprake is van een beslissing waarbij belangenverstrengeling dreigt; het gaat dan om kwesties waar hij zelf een persoonlijk belang bij heeft, of om kwesties waarbij het gaat om een belang van een individu of organisatie waarbij hij een substantiële betrokkenheid heeft.

  • 3.

    Een wethouder onthoudt zich bij beslissingen waarbij belangenverstrengeling dreigt, niet alleen van stemming (zie lid 2) maar ook van de beïnvloeding van de besluitvorming in de andere fases van het besluitvormingsproces.

Artikel 3 - nevenfuncties

  • 1.

    Een wethouder mag de functies genoemd in artikel 36b lid 1 sub a tot en met r van de Gemeentewet niet uitoefenen. Bij de beoordeling hiervan wordt rekening gehouden met de uitzonderingen genoemd in artikel 36b, lid 2 en 3 van de Gemeentewet.

  • 2.

    Een wethouder mag de overeenkomsten en handelingen genoemd in artikel 41c lid 1 van de Gemeentewet niet aangaan, tenzij het College van Gedeputeerde Staten ontheffing verleent.

  • 3.

    Een wethouder maakt betaalde en onbetaalde functies die hij vervult naast zijn wethouderschap openbaar. Een wethouder maakt tevens de inkomsten uit die functies openbaar als de wethouder niet in deeltijd werkt.

  • 4.

    De gemeentesecretaris draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst met functies van wethouders. Op deze lijst wordt tevens vermeld of de werkzaamheden al dan niet bezoldigd zijn en – als de wethouder niet in deeltijd werkt – wat de inkomsten zijn uit die functies. De lijst ligt ter inzage bij de afdeling P. en O. en wordt gepubliceerd op de website van de gemeente.

  • 5.

    Een wethouder doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt als dat belang groter is dan 5% van het aandelenkapitaal; ook tussentijds ontstaan financiële belangen worden openbaar gemaakt.

  • 6.

    De gemeentesecretaris draagt zorg voor een geactualiseerde openbare lijst met financiële belangen van wethouders. De lijst ligt ter inzage bij de afdeling P. en O. en wordt gepubliceerd op de website van de gemeente.

  • 7.

    Oud-wethouders worden gedurende een jaar na het eind van de zittingstermijn uitgesloten van het buiten dienstbetrekking tegen beloning verrichten van werkzaamheden bij de gemeente, met uitzondering van het raadslidmaatschap.

Artikel 4 - geschenken

  • 1.

    Een wethouder mag zijn invloed en zijn stem niet laten kopen of beïnvloeden door geld, goederen of diensten die hem zijn gegeven of hem in het vooruitzicht zijn gesteld.

  • 2.

    Een wethouder moet actief en uit zichzelf elke schijn van corruptie tegengaan.

  • 3.

    Een wethouder neemt geen geschenken aan die hem uit hoofde van of vanwege zijn functie worden aangeboden, tenzij:

    • a)

      het weigeren, teruggeven of terugsturen de gever ernstig zou kwetsen of bijzonder in verlegenheid zou brengen;

    • b)

      het weigeren, teruggeven of terugsturen om praktische redenen onwerkbaar is;

    • c)

      het gaat om een incidentele, kleine attentie (zoals een bloemetje of fles wijn) waarbij er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 4.

    Alle geschenken die om een van de in lid 3 genoemde redenen niet zijn geweigerd, teruggegeven of teruggestuurd, of om andere redenen toch in het bezit zijn van de wethouder, worden gemeld aan de gemeentesecretaris.

  • 5.

    Alle geschenken die om een van de in lid 3, met uitzondering van sub c genoemde redenen niet zijn geweigerd, teruggegeven of teruggestuurd, of om andere redenen toch in het bezit zijn van de wethouder, worden alsnog teruggestuurd dan wel worden eigendom van de gemeente.

  • 6.

    De gemeentesecretaris draagt zorg voor de registratie van giften en hun gemeentelijke bestemming. Dit register ligt ter inzage bij de afdeling P. en O. en wordt gepubliceerd op de website van de gemeente.

  • 7.

    Een wethouder accepteert geen faciliteiten en diensten van anderen die hem uit hoofde van of vanwege zijn functie worden aangeboden, tenzij:

    • a)

      het weigeren ervan het bestuurswerk onmogelijk of onwerkbaar zou maken en

    • b)

      tegelijkertijd er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 8.

    Een wethouder gebruikt faciliteiten of diensten van anderen die uit hoofde of vanwege de bestuursfunctie worden aangeboden, niet voor privédoeleinden.

  • 9.

    Een wethouder accepteert lunches, diners, recepties en andere uitnodigingen die door anderen betaald of georganiseerd worden, alleen als;

    • a)

      dat behoort tot de uitoefening van het bestuurswerk,

    • b)

      de aanwezigheid beschouwd kan worden als functioneel (protocollaire taken, formele vertegenwoordiging van de gemeente, uitnodiging met beschreven doel omtrent de wenselijkheid van de aanwezigheid), en

    • c)

      tegelijkertijd er geen schijn van corruptie of belangenverstrengeling is.

  • 10.

    Een wethouder accepteert werkbezoeken waarbij reis- en verblijfkosten door anderen betaald worden alleen bij hoge uitzondering. Een dergelijke invitatie dient altijd te worden besproken in het college van B&W. De invitatie mag alleen geaccepteerd worden als het bezoek aantoonbaar van groot belang is voor de gemeente en de schijn van corruptie minimaal is. Van een dergelijk werkbezoek wordt altijd een verslag gedaan aan het college. Bij buitenlandse werkbezoeken wordt schriftelijk verslag gedaan aan het college, met afschrift naar de raad.

Artikel 5 - conformeren aan beleid

  • 1.

    Een wethouder houdt zich aan het beleid dat is vastgesteld voor het gebruik van gemeentelijke faciliteiten en financiële middelen.

  • 2.

    Een wethouder houdt zich aan het beleid dat is vastgesteld voor het gebruik van interne voorzieningen van algemene aard, zoals werkkamer, computerapparatuur met toebehoren, laptop, tablet, (mobiele) telefoon, fax en dergelijke.

  • 3.

    Een wethouder houdt zich aan de regelgeving en het beleid dat is vastgesteld met betrekking tot onkostenvergoedingen en declaraties.

Artikel 6 - informatieverstrekking

  • 1.

    Het college van Burgemeester & Wethouders verstrekt alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft, tenzij dit in strijd is met het openbaar belang. Het college kan geheimhouding opleggen overeenkomstig de wet.

  • 2.

    Een wethouder betracht maximale openheid als het gaat om zijn eigen beleid en beslissingen en om de beweegredenen daarvoor. Hij handelt in overeenstemming met de geldende openbaar-heidsregelingen zoals de Gemeentewet en de Wet openbaarheid van bestuur.

  • 3.

    Een wethouder die de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het geheime of vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behalve als de wet hem tot mededeling verplicht.

  • 4.

    Een wethouder maakt niet ten eigen bate of ten bate van een ander gebruik van in de uitoefening van het ambt verkregen informatie.

  • 5.

    Een wethouder gaat zorgvuldig en correct om met aan hem gerichte brieven en e-mailberichten.

Artikel 7 - onderling gedrag

  • 1.

    Politici bejegenen elkaar correct in woord, gebaar en geschrift.

  • 2.

    Politici bejegenen de griffie en andere ambtenaren correct in woord, gebaar en geschrift.

  • 3.

    Politici houden zich tijdens de college- en raadsvergadering aan het reglement van orde en volgen de aanwijzingen van de voorzitter op.

  • 4.

    Politici onthouden zich in woord, gebaar en geschrift, inclusief elektronische berichten, van persoonlijke aanvallen op individuele ambtenaren in raads- en collegevergaderingen en in het openbaar.

Artikel 8 - naleving van gedragscode en toezicht

  • 1.

    De raad stelt in het eerste trimester van elke nieuwe raadsperiode de gedragscode vast voor elk van de bestuursorganen: de raad, het college (wethouders) en de burgemeester.

  • 2.

    De raad ziet erop toe dat de gedragscodes worden nageleefd.

  • 3.

    De raad ziet er in het bijzonder op toe dat de raad, de fracties en de individuele raads- en commissieleden de eigen gedragscode naleven. De griffier ondersteunt de raad hierbij.

  • 4.

    Het college ziet er in het bijzonder op toe dat het college en de individuele collegeleden de gedragscode van de wethouders naleven. De gemeentesecretaris ondersteunt het college hierbij.

  • 5.

    De burgemeester ziet er in het bijzonder op toe dat hij de gedragscode van de burgemeester naleeft. De gemeentesecretaris en de griffier ondersteunen de burgemeester hierbij.

  • 6.

    De raad, het college en de burgemeester leggen jaarlijks een gezamenlijke verklaring af over het functioneren van de drie gedragscodes. De griffier en de gemeentesecretaris ondersteunen hen hierbij.

  • 7.

    Een wethouder die twijfelt of een handeling die hij wil verrichten of nalaten een overtreding van de code zou kunnen zijn wint, hierover advies in bij de gemeentesecretaris.

  • 8.

    Een wethouder die vermoedt dat een regel van de gedragscode wordt overtreden door een raads- of commissielid, een andere wethouder of de burgemeester, is gehouden hiervan melding te doen. Indien het een raads- of commissielid of een andere wethouder betreft bij de burgemeester. Indien het de burgemeester betreft in eerste instantie bij de vicevoorzitter van de raad. In tweede instantie bij de commissaris van de Koning.

  • 9.

    In het geval er een concreet vermoeden is dat een raads- of commissielid, een wethouder of de burgemeester een regel van de gedragscode heeft overtreden, kan er opdracht gegeven worden een onderzoek hiernaar te verrichten.

  • 10.

    In het geval is komen vast te staan dat er sprake is van overtreding van een regel van de gedragscode dan kan dit leiden tot een sanctie.

Artikel 9 - inwerkingtreding

Deze gedragscode treedt in werking op de dag na de dag van openbare publicatie.

 

Aldus besloten door de raad van de gemeente Enkhuizen in zijn openbare vergadering van 3 oktober 2017.

De raad voornoemd,

de griffier,

H.C.Lankman

de voorzitter,

J.G.A.Baas